Inhoudsopgave
Advertenties
Type EZR
Voor het monteren van een kooi van 152 mm /
6 inch met bevestigde begrenzerplaat (nummer 71),
smeert u de O-ring licht (nummer 121) en plaatst u
deze op de begrenzerplaat. Bevestig de kooi met
de tapbouten (nummer 126) aan de begrenzerplaat,
door de bouten aan te halen tot 10 tot 12 ft-lbs /
14 tot 16 N•m.
Bij de maten DN 50 x 25 / NPS 2 x 1 moet de
onderste adapter (nummer 132) op de kooi
worden gemonteerd voordat deze in het huis wordt
geplaatst. Smeer de O-ringen van de onderste
adapter licht (nummers 121 en 67) en leg de
onderste adapter op een vlakke ondergrond. Druk
vervolgens de kooi omlaag in de onderste adapter.
5. Smeer de boven- en onderkant van de buitenste
rand (kraalgebied) van de membraan en plaats de
membraan- en pluggroep (nummer 9) op de kooi
(nummer 7). Zorg ervoor dat de kraal in de groef van
de kooi zit. Smeer de uitsparing van de bovenste plug
(nummer 5). Bij de maten DN 50 x 25 / NPS 2 x 1
moet de bovenste adapter (nummer 131) op de kooi
worden gemonteerd voor de kap (nummer 2). Smeer
de O-ring van de bovenste adapter (nummer 133)
licht en druk de bovenste adapter vervolgens op
de kooi.
6. Voordat u de slagindicator of slagindicatorplug
installeert, dient u de kap (nummer 2) in de juiste
richting te installeren.
WAARSCHUWING
!
Zorg dat u een Type EZR-kap gebruikt. De
Type EZR-kap is NIET uitwisselbaar met
andere Fisher™ E-huiskappen. Installatie
van een onjuiste kap kan leiden tot breuk
van de asgroep en falen van het systeem.
De kap kan worden geïdentificeerd door de
Type EZR-markeringen op de bovenkant.
7. Smeer de tapbouten (nummer 3) en bevestig de
kap (nummer 2) met behulp van een gelijkmatig
kruiselings patroon. Het kan nodig zijn om op de
kap te duwen om de tapbouten te starten. Draai de
tapbouten aan tot het juiste koppel (zie tabel 13).
18
ONDERSTE PLUG
(NUMMER 11)
GEFLENSDE
BORGMOER
(NUMMER 13)
O-RING
(NUMMER 10)
Figuur 9. Onderdelen membraan- en pluggroep
MEMBRAAN
(NUMMER 9)
(NUMMER 14)
O-RING
BOVENSTE PLUG
(NUMMER 70)
8. Smeer de schroefdraad van de slagindicatorgroep
licht en installeer de fitting van de indicator
(nummer 19) in de kap (nummer 2, figuur 14);
draai vast tot het juiste koppel (zie tabel 13).
Onderhoud membraan- en pluggroep
De membraan- en pluggroep kan worden vervangen
als één geheel (een membraanpatroon) of er kunnen
individuele onderdelen binnen de groep worden
vervangen. Bij het vervangen van losse onderdelen
dient u elk onderdeel te inspecteren op schade en
slijtage en onderdelen waar nodig te vervangen.
Naar de nummers voor de volgende montage- en
demontageprocedure wordt verwezen in figuur 9 en 14.
1. Plaats een schroevendraaier of soortgelijk
gereedschap door het gat in de bovenste plug
(nummer 5).
2. Verwijder de geflensde borgmoer (nummer 13) uit
de onderste plug (nummer 11). Hierdoor wordt de
gehele groep losgemaakt.
Opmerking
Verwijder op DN 25, 32 x 25 en 50 x 25
/ NPS 1, 1-1/4 x 1 en 2 x 1 huizen de
inbusbout (nummer 129) en de borgring
(nummer 130) uit de onderste plug.
3. Verwijder de onderste plug (nummer 11) en de
O-ring van de onderste plug (nummer 10).
4. Verwijder de membraan (nummer 9).
5. Verwijder de O-ringen van de bovenste plug
(nummers 14 en 70).
6. Controleer alle onderdelen op schade of slijtage en
vervang ze indien nodig.
7. Zorg ervoor dat u alle O-ringen smeert voordat u de
onderdelen in elkaar zet en installeert.
8. Houd de bovenste plug vast (nummer 5). Plaats
de onderdelen op de bovenste plug in de
volgende volgorde:
O-RING
(NUMMER 5)
Advertenties
Inhoudsopgave
