Kopieertaken een aanverwante taken uitvoeren
Kopieën maken
1
Plaats papier in de printer.
2
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI).
3
Selecteer op het bedieningspaneel de modus Kopiëren.
4
Druk op Kleur of Zwart.
Als u een instelling wilt aanpassen
1
Druk op het bedieningspaneel op
2
Druk herhaaldelijk op
3
Druk herhaaldelijk op
klik op
.
4
Voor andere submenu's en instellingen, herhaalt u deze stappen.
5
Druk zo nodig herhaaldelijk op
6
Druk op Kleur of Zwart.
Verwante onderwerpen:
•
"Bedieningspaneel gebruiken" op pagina 96
•
"Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen" op pagina 19
Foto's kopiëren
1
Plaats fotopapier in de printer met de glanzende zijde of afdrukzijde naar u toe. (Raadpleeg de instructies die
bij het papier zijn geleverd als u niet zeker weet welke zijde de afdrukzijde is.)
2
Plaats de foto met de bedrukte zijde omlaag in het midden van de automatische documentinvoer (ADI) en schuif
de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van de foto.
3
Selecteer op het bedieningspaneel de modus Kopiëren.
4
Druk op
.
5
Druk herhaaldelijk op
6
Druk op
.
7
Druk herhaaldelijk op
8
Druk op
.
9
Druk herhaaldelijk op
10
Druk op
.
11
Druk herhaaldelijk op
12
Druk op
.
13
Druk herhaaldelijk op
.
of
tot het gewenste menu-item wordt weergegeven en druk op
of
tot het gewenste submenu-item of de gewenste instelling wordt weergegeven en
om terug te keren naar de vorige menu's en andere instellingen op te geven.
of
tot Kwaliteit wordt weergegeven.
of
tot Foto wordt weergegeven.
of
tot Papierinstellingen wordt weergegeven.
of
tot Papierformaat wordt weergegeven.
of
tot het gewenste formaat wordt weergegeven.
Kopiëren
60
.