Inhoudsopgave Veiligheidsinformatie.....................7 Printer voorbereiden voor faxen..................8 Faxverbinding kiezen...........................8 RJ11-adapter gebruiken........................9 Rechtstreeks aansluiten op een wandaansluiting voor telefoons............12 Rechtstreeks aansluiten op een wandaansluiting voor telefoons in Duitsland........12 Aansluiten op een telefoon........................13 Aansluiten op een antwoordapparaat....................14 Aansluiten op een computer met een modem...................16 Digitale telefoondienst gebruiken......................17 Faxen met het bedieningspaneel................18 Aan de slag............................18...
Pagina 4
Testpagina afdrukken met de computer..................123 Afdrukkwaliteit verbeteren.......................124 Buitenkant van de printer reinigen....................124 Reinig de scannerlens en de witte roller..................125 Inktcartridges opnieuw vullen......................126 Inktcartridges van Lexmark gebruiken.....................126 Cartridges bestellen.........................126 Papier en andere supplies bestellen....................127 Informatie over de printer........................127 Contact opnemen met de klantenondersteuning................130 Problemen oplossen....................131...
Pagina 5
Problemen met kopiëren oplossen....................157 Problemen met scannen oplossen....................159 Problemen met vastgelopen en verkeerd ingevoerd papier oplossen..........164 Foutberichten...........................167 Instellingen worden niet opgeslagen....................174 Standaardfabrieksinstellingen van de printer herstellen..............174 Software verwijderen en opnieuw installeren..................176 Kennisgevingen......................177 Uitgavebericht..........................177 Productinformatie..........................178 Stroomverbruik..........................184 Verklarende woordenlijst voor netwerken...............192 Inhoudsopgave...
Dit product is ontworpen, getest en goedgekeurd volgens de strenge internationale veiligheidsvoorschriften die van toepassing zijn op het gebruik van specifieke Lexmark onderdelen. De veiligheidsvoorzieningen van bepaalde onderdelen zullen niet altijd duidelijk zichtbaar zijn. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het gebruik van vervangende onderdelen.
Printer voorbereiden voor faxen Let op: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Installeer dit product nooit tijdens onweer en sluit nooit kabels, zoals het netsnoer of de telefoonlijn, aan tijdens onweer. Faxverbinding kiezen U kunt de printer aansluiten op apparatuur zoals een telefoon, antwoordapparaat of computermodem. Zie de onderwerpen onder Installatieproblemen oplossen in het hoofdstuk Problemen oplossen als er problemen optreden.
RJ11-adapter gebruiken Land/regio • • Verenigd Koninkrijk Italië • • Ierland Zweden • • Finland Nederland • • Noorwegen Frankrijk • • Denemarken Portugal Als u de printer op een antwoordapparaat of ander telecommunicatieapparaat wilt aansluiten, gebruikt u de adapter voor de telefoonlijn die in de doos bij de printer is geleverd.
Pagina 10
Opmerking: wanneer u deze afdekplug eenmaal hebt verwijderd, functioneren land- of regiospecifieke apparaten die u op de aangegeven wijze via de adapter op de printer aansluit, niet correct. Sluit uw telecommunicatieapparaat rechtstreeks aan op de EXT-poort achter op de printer. Waarschuwing: raak de kabels of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan wanneer er een fax wordt verzonden of ontvangen.
Pagina 11
Sluit uw telecommunicatieapparaat rechtstreeks aan op de EXT-poort achter op de printer. Waarschuwing: raak de kabels of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan wanneer er een fax wordt verzonden of ontvangen. Land/regio • Duitsland • Oostenrijk • Zwitserland In de EXT-poort aan de achterzijde van de printer bevindt zich een afdekplug.
Rechtstreeks aansluiten op een wandaansluiting voor telefoons Sluit de printer rechtstreeks aan op een wandaansluiting voor telefoons om kopieën te maken en faxen te verzenden of ontvangen zonder een computer. U hebt een telefoonsnoer en een wandaansluiting voor telefoons nodig. Sluit het ene uiteinde van het telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer.
Als u dezelfde lijn wilt gebruiken voor communicatie via fax en telefoon, sluit u een tweede telefoonsnoer (niet meegeleverd) aan op de telefoon en de F-aansluiting van een werkende wandaansluiting voor telefoons. Als u dezelfde lijn wilt gebruiken voor het opnemen van berichten op uw antwoordapparaat, sluit u een tweede telefoonsnoer (niet meegeleverd) aan op het antwoordapparaat en de andere N-aanlsuiting van de wandaansluiting voor telefoons.
Sluit een telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer en op een werkende wandaansluiting voor telefoons. Verwijder de afdekplug uit de EXT-poort van de printer. Sluit het andere telefoonsnoer aan op een telefoon en op de EXT-poort van de printer. Verwante onderwerpen: •...
Pagina 15
• Drie telefoonsnoeren • Een wandaansluiting voor telefoons Sluit een telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer en op een werkende wandaansluiting voor telefoons. Verwijder de afdekplug uit de EXT-poort van de printer. Sluit een tweede telefoonsnoer aan op de telefoon en het antwoordapparaat. Sluit een derde telefoonsnoer aan op het antwoordapparaat en op de EXT-poort van de printer.
Verwante onderwerpen: • “RJ11-adapter gebruiken” op pagina 9 Aansluiten op een computer met een modem Sluit de printer aan op een computer met een modem om faxen te verzenden met de software. Opmerking: De installatieprocedures kunnen per land of regio verschillen. Zie het verwante onderwerp RJ11- adapter gebruiken voor meer informatie over het aansluiten van de printer op telecommunicatieapparaten.
Sluit een tweede telefoonsnoer aan op de computermodem en op de EXT-poort van de printer. Verwante onderwerpen: • “RJ11-adapter gebruiken” op pagina 9 Digitale telefoondienst gebruiken De faxmodem is een analoog apparaat. Bepaalde apparaten kunnen op de printer worden aangesloten zodat u digitale telefoondiensten kunt gebruiken.
Faxen met het bedieningspaneel Aan de slag Papier in de printer plaatsen Controleer het volgende: • U gebruikt papier dat geschikt is voor inkjetprinters. • Als u fotopapier, glossy papier of extra zwaar, mat papier gebruikt, moet u dit met de glanzende of afdrukzijde naar u toe plaatsen.
Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen U kunt maximaal 30 vellen van een origineel document in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen om ze te scannen, te kopiëren of te faxen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI. Schuif de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van het papier.
Faxen verzenden Faxnummer opgeven met het bedieningspaneel Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen. Geef een faxnummer op met: Het toetsenblok Geef een faxnummer op met het toetsenblok. Opmerkingen: • U kunt een telefoonkaartnummer opnemen als onderdeel van het faxnummer. •...
Fax verzenden met het bedieningspaneel Controleer of de printer is ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen. Geef een faxnummer of snelkeuzenummer (1-89) op; druk op Snelkiesnummer 1, 2, 3, 4 of 5; of druk op Telefoonboek om een nummer in de snelkeuzelijst of groepskeuzelijst te selecteren.
Opmerking: De faxnummers worden op het ingestelde tijdstip gekozen en de fax wordt verzonden naar alle opgegeven faxnummers. Als een fax niet kan worden verzonden naar bepaalde nummers, wordt voor die nummers een nieuwe poging gedaan op basis van de instellingen voor opnieuw kiezen. Zie 'Telefoonlijn bezet' voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen voor opnieuw kiezen.
Druk herhaaldelijk op tot de gewenste instelling wordt weergegeven. Druk op om de instelling op te slaan. Het lampje Automatisch beantwoorden gaat branden. Als het aantal belsignalen dat u hebt ingesteld is bereikt, wordt de binnenkomende fax automatisch ontvangen door de printer. Handmatig een fax ontvangen Controleer of het lampje Automatisch beantwoorden niet brandt.
Code voor het handmatig beantwoorden van faxen opgeven met het bedieningspaneel Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Faxinstellingen wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Bellen en antwoorden verschijnt. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Toetscode handm.
Kiesinstellingen aanpassen Telefoonboek op het bedieningspaneel gebruiken Het telefoonboek van het bedieningspaneel is een lijst met snelkeuze-items (1-89) en groepskeuze-items (90-99). U opent als volgt een item in het menu Telefoonboek: Druk op het bedieningspaneel op Telefoonboek. Druk herhaaldelijk op tot het gewenste item verschijnt.
Druk op Druk herhaaldelijk op tot Voorv. kzn wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Maken wordt weergegeven als u de instelling wilt wijzigen. Druk op Geef het kiesvoorvoegsel op dat voorafgaand aan elk telefoonnummer moet worden gekozen. Druk op om de instelling op te slaan.
Houd een lege snelkiesknop gedurende twee seconden ingedrukt. Als u aanvullende snelkiesknoppen wilt programmeren, herhaalt u stap 2 tot en met stap 3. Opmerking: u kunt ook een lege snelkiesknop programmeren wanneer u wordt gevraagd een faxnummer op te geven. Aantal belsignalen instellen voordat een fax automatisch wordt ontvangen met het bedieningspaneel Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen.
Druk herhaaldelijk op tot Naam op fax verschijnt. Druk op Geef uw naam op met het toetsenblok. Opmerking: u kunt maximaal 24 tekens opgeven. Druk op om de instelling op te slaan. Druk herhaaldelijk op tot Faxnummer verschijnt. Druk op Geef het faxnummer op met het toetsenblok.
Pagina 29
Druk herhaaldelijk op tot Voettekst fax wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Aan wordt weergegeven. Druk op Tijdens de installatie van de printer wordt u gevraagd de datum en de tijd op te geven. Ga als volgt te werk als u deze informatie nog niet hebt opgegeven: Druk op Instellingen.
Faxtaken beheren Faxen doorsturen De functie voor het doorsturen van faxen kunt u gebruiken om faxen te ontvangen wanneer u zich niet in de buurt van de printer bevindt. Er zijn drie instellingen beschikbaar voor het doorsturen van faxen: • Uit: (standaardinstelling).
Druk herhaaldelijk op tot Bellen en verzenden verschijnt. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Belmethode wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Achter PBX verschijnt. Druk op om deze instelling op te slaan. Verwante onderwerpen: • “Bedieningspaneel gebruiken” op pagina 96 Rapporten met faxgebeurtenissen afdrukken via het bedieningspaneel Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen.
Ongewenste faxen blokkeren met het bedieningspaneel Als u beschikt over de functie voor nummerweergave, kunt u faxen blokkeren die afkomstig zijn van bepaalde nummers en/of faxen blokkeren waarop geen nummer wordt weergegeven. Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Faxinstellingen wordt weergegeven.
Patroon nummerweergave wijzigen met het bedieningspaneel De printer ondersteunt twee soorten nummerweergave: Patroon 1 (FSK) en Patroon 2 (DTMF). Afhankelijk van het land of de regio waar u woont en de telecomaanbieder die u gebruikt, moet u mogelijk overschakelen naar een ander patroon om nummerweergave te activeren.
Faxen met de computer Aan de slag Papier in de printer plaatsen Controleer het volgende: • U gebruikt papier dat geschikt is voor inkjetprinters. • Als u fotopapier, glossy papier of extra zwaar, mat papier gebruikt, moet u dit met de glanzende of afdrukzijde naar u toe plaatsen.
Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen U kunt maximaal 30 vellen van een origineel document in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen om ze te scannen, te kopiëren of te faxen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI. Schuif de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van het papier.
PBX kunt u gebruiken om de printer zo in te stellen dat niet wordt gewacht tot de kiestoon herkend is voordat het faxnummer wordt gekozen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Faxconfiguratieprogramma.
Kiesinstellingen aanpassen Contacten toevoegen uit het adresboek Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Faxconfiguratieprogramma. Selecteer het tabblad Snelkeuze. Klik op Klik in het adresboek op de contactpersoon die u wilt toevoegen en sleep deze naar de snelkeuzelijst van de printer.
U kunt een kiesvoorvoegsel toevoegen aan het begin van elk nummer dat u kiest. Het kiesvoorvoegsel kan maximaal acht cijfers, komma's, punten en/of de volgende symbolen bevatten: * # + - ( ). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Faxconfiguratieprogramma.
U kunt dit hulpprogramma ook gebruiken om de snelkeuzelijst te maken en te bewerken. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Faxconfiguratieprogramma.
Pagina 40
Locatie Handelingen Verzenden • De kiesmethode selecteren die u wilt gebruiken. • Een voorvoegsel invoeren. • Een belvolume selecteren. • Instellen hoe vaak een nummer opnieuw moet worden gekozen als de fax niet kan worden verzonden tijdens de eerste poging, en de wachttijd tussen die pogingen instellen.
Verzendsnelheid voor faxen instellen U kunt de verzendsnelheid voor de uitgaande faxen instellen of wijzigen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Faxconfiguratieprogramma. Klik in het dialoogvenster Faxconfiguratieprogramma op de tab Verzenden.
Rapporten met faxgebeurtenissen afdrukken Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Faxconfiguratieprogramma. Klik in het dialoogvenster Faxconfiguratieprogramma op de tab Fax/rapport afdrukken. Selecteer een van de volgende opties in het voorgrondmenu Faxbevestigingsrapport: Opmerkingen: •...
Afdrukken Aan de slag Sensor voor papiersoort gebruiken De printer is uitgerust met een sensor die automatisch de papiersoort vaststelt. De sensor voor papiersoort stelt automatisch vast welke papiersoort in de All-In-One is geplaatst en past de instellingen dan voor u aan. Als u bijvoorbeeld een foto wilt afdrukken, plaatst u fotopapier in de printer.
Wenskaarten, indexkaarten, fotokaarten en briefkaarten in de printer plaatsen U kunt maximaal 25 wens-, index-, foto- of briefkaarten per keer in de printer plaatsen. Plaats de kaarten met de afdrukzijde naar u toe in de printer. Controleer het volgende: • De kaarten zijn in het midden van de papiersteun geplaatst.
• U gebruikt volledige etiketvellen. Bij gedeeltelijke vellen (met ontbrekende etiketten) kunnen de etiketten tijdens het afdrukken losraken, waardoor het papier kan vastlopen. • De etiketvellen zijn in het midden van de papiersteun geplaatst. • De papiergeleiders zijn tegen de randen van de etiketvellen geschoven. Opmerking: Etiketten moeten langer drogen.
Bannerpapier in de printer plaatsen U kunt maximaal 20 vellen bannerpapier per keer in de printer plaatsen. Verwijder al het papier van de papiersteun voordat u het bannerpapier in de printer plaatst. Scheur alleen het aantal pagina's af dat u nodig hebt om de banner af te drukken. Plaats de stapel bannerpapier achter de printer.
• Lexmark fotopapier: uitmuntend extra zwaar inkjetfotopapier voor alledaags gebruik dat speciaal is ontworpen voor Lexmark inkjetprinters, maar dat geschikt is voor alle inkjetprinters. Het papier is niet duur en levert fantastische resultaten. •...
Open het gewenste bestand en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Opmerking: Als u geen specifieke printer opgeeft, zijn er slechts een beperkt aantal opties voor papierformaat beschikbaar. Als u de naam van de printer selecteert, zijn er meer opties voor papierformaat beschikbaar.
• “Dialoogvenster Druk af gebruiken” op pagina 108 Afbeelding verscherpen Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik op Voorbeeld/bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen. Selecteer Voorvertoning in het dialoogvenster.
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open de gewenste foto en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Selecteer in het voorgrondmenu Papierformaat het formaat van het papier in de printer. Selecteer een richting voor afdrukken.
Open de gewenste foto en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Selecteer in het voorgrondmenu Papierformaat het formaat van het papier in de printer. Opmerking: Selecteer een optie met (Zonder rand). Als u bijvoorbeeld fotopapier van het formaat Letter plaatst, selecteert u US Letter (zonder rand).
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open het gewenste bestand en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Kies in het voorgrondmenu Papierformaat het formaat van de enveloppen in de printer. Selecteer een richting voor afdrukken.
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open het gewenste bestand en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Selecteer in het voorgrondmenu Papierformaat het papierformaat dat u wilt gebruiken. Selecteer een richting voor afdrukken.
Verwante onderwerpen: • “Transparanten in de printer plaatsen” op pagina 45 Banners afdrukken Verwijder al het papier uit de papiersteun. Scheur alleen het aantal pagina's af dat u nodig hebt voor de banner (maximaal 20 vellen). Plaats de stapel bannerpapier op de bovenklep. Plaats alleen het eerste vel van het bannerpapier in de papiersteun met de vrije rand van de banner in de printer.
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open het gewenste bestand en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Kies Paginakenmerken in het voorgrondmenu Instellingen. Papierformaat selecteren. Selecteer een richting voor afdrukken.
Selecteer in het derde voorgrondmenu de optie Aantal en pagina's. Geef het aantal gewenste exemplaren op. Verwante onderwerpen: • “Dialoogvenster Druk af gebruiken” op pagina 108 Laatste pagina eerst afdrukken (omgekeerde paginavolgorde) Voor Mac OS X 10.4.2 of hoger: Open het gewenste bestand en klik op Archief Druk af.
U annuleert als volgt een afdruktaak vanaf de computer: Terwijl het document wordt afgedrukt, klikt u op het printerpictogram in het Dock. Selecteer de taak die u wilt annuleren in het wachtrijvenster. Klik op het pictogram Verwijder. Verwante onderwerpen: • “Bedieningspaneel gebruiken”...
Kopiëren Aan de slag Papier in de printer plaatsen Controleer het volgende: • U gebruikt papier dat geschikt is voor inkjetprinters. • Als u fotopapier, glossy papier of extra zwaar, mat papier gebruikt, moet u dit met de glanzende of afdrukzijde naar u toe plaatsen.
Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen U kunt maximaal 30 vellen van een origineel document in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen om ze te scannen, te kopiëren of te faxen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI. Schuif de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van het papier.
Kopieertaken een aanverwante taken uitvoeren Kopieën maken Plaats papier in de printer. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Selecteer op het bedieningspaneel de modus Kopiëren. Druk op Kleur of Zwart. Als u een instelling wilt aanpassen Druk op het bedieningspaneel op Druk herhaaldelijk op tot het gewenste menu-item wordt weergegeven en druk op...
Druk op Druk herhaaldelijk op tot Papiersoort wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot de papiersoort die in de printer is geplaatst, wordt weergegeven. Druk op Druk op Kleur of Zwart. Verwante onderwerpen: • “Bedieningspaneel gebruiken” op pagina 96 Meerdere afbeeldingen kopiëren op een pagine met het bedieningspaneel Plaats papier in de papiersteun.
Druk herhaaldelijk op tot de gewenste instelling wordt weergegeven. Opmerking: Als u Als u een aangepast formaat wilt opgeven, houdt u ingedrukt tot het gewenste formaat wordt weergegeven en drukt u op Druk op Kleur of Zwart. Verwante onderwerpen: • “Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen”...
Exemplaren sorteren met het bedieningspaneel Als u meerdere exemplaren van een document met meerdere pagina's afdrukt, kunt u ervoor kiezen om elk exemplaar als een set (gesorteerd) af te drukken of de exemplaren af te drukken als groepen van dezelfde pagina's (niet gesorteerd).
Scannen Aan de slag Originele documenten in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen U kunt maximaal 30 vellen van een origineel document in de automatische documentinvoer (ADI) plaatsen om ze te scannen, te kopiëren of te faxen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI. Schuif de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van het papier.
Meer informatie over de scanopties van het Takencentrum Bepalen waarnaar u gescande afbeeldingen wilt verzenden Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Selecteer de scanbestemming in het voorgrondmenu Stuur gescand beeld naar.
Kleurinstellingen aanpassen bij het scannen U kunt de kleurinstellingen handmatig aanpassen voor de beste kleurenuitvoer. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik in het Takencentrum op Voorbeeld/bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen.
Scaninstellingen aanpassen in het dialoogvenster Scannen U kunt de scaninstellingen aanpassen en creatieve scantaken uitvoeren in het dialoogvenster Scannen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik op Voorbeeld/bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen.
Pagina 68
Het dialoogvenster Scannen bestaat uit drie hoofdgedeelten: het tabblad Instellingen, het tabblad Aanpassingen en het voorbeeldgedeelte. Locatie Optie Functie Tabblad Instellingen Instellingen voor scannen Een vooringestelde scaninstelling selecteren volgens de kleur en het documenttype van de scan. Opmerking: selecteer Aangepaste instellingen om de scaninstellingen handmatig aan te passen in plaats van een vooringestelde scaninstelling te gebruiken.
U kunt de functie Automatisch bijsnijden gebruiken om bepaalde belangrijke gedeelten te benadrukken of alleen een bepaald gedeelte van een afbeelding weer te geven. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
“Takencentrum gebruiken” op pagina 112 Helderheid van een afbeelding aanpassen Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik in het Takencentrum op Voorbeeld/Bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen.
U kunt aangeven dat u het dialoogvenster Scannen wilt overslaan en het gescande document rechtstreeks naar de geselecteerde toepassing wilt verzenden. U past als volgt de instelling Voorkeuren aan: Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik in de menubalk op Lexmark Takencentrum.
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Meerdere pagina's scannen met de automatische documentinvoer Plaats originele documenten met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Selecteer Prompt voor meerdere pagina's. Met deze optie worden alle documenten in de ADI automatisch gescand en wordt een genummerde bestandsnaam gemaakt op basis van de bestandsnaam die u hebt opgegeven.
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document of originele afbeelding met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik op Voorbeeld/bewerken.
Opmerking: deze functie kunt u alleen gebruiken als ABBYY FineReader 5 Sprint X is geïnstalleerd. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
U kunt pincode toewijzen voor scannen via een netwerk wanneer u de printersoftware voor de eerste keer installeert. Zo nodig kunt u de code later wijzigen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Scannen naar een computer via een netwerk Controleer het volgende: • De printer is aangesloten op het netwerk via een afdrukserver, en of de printer en de computer waarop u de scan wilt ontvangen, zijn ingeschakeld. • De printer is geconfigureerd voor scannen via een netwerk (rechtstreeks afdrukken via IP). Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI).
Werken met foto's Aan de slag Sensor voor papiersoort gebruiken De printer is uitgerust met een sensor die automatisch de papiersoort vaststelt. De sensor voor papiersoort stelt automatisch vast welke papiersoort in de All-In-One is geplaatst en past de instellingen dan voor u aan. Als u bijvoorbeeld een foto wilt afdrukken, plaatst u fotopapier in de printer.
Gebruik dit papier voor het afdrukken van professioneel uitziende foto's met een glossy coating. In combinatie met Lexmark evercolor 2 inkt kunt met dit papier foto's afdrukken die niet verkleuren en die waterbestendig zijn.
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open de gewenste foto en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Selecteer in het voorgrondmenu Papierformaat het formaat van het papier in de printer. Selecteer een richting voor afdrukken.
Pagina 83
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling. Open het gewenste bestand en klik op Archief Pagina-instelling. Kies in het voorgrondmenu Stel in voor 5000 Series. Kies een kaartformaat in het voorgrondmenu Papierformaat. Selecteer een richting voor afdrukken.
Pagina 84
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een originele afbeelding met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Pagina 85
Ga als volgt te werk wanneer u een nieuw item wilt scannen en e-mailen: Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Pagina 86
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI). Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum.
Pagina 87
“Helderheid van een afbeelding aanpassen” op pagina 70 Helderheid van een afbeelding aanpassen Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik in het Takencentrum op Voorbeeld/Bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen.
• “Takencentrum gebruiken” op pagina 112 Afdrukkwaliteit van foto's verbeteren met de software Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Selecteer Foto in het menu Wat wordt er gescand?.
Pagina 89
• “Bedieningspaneel gebruiken” op pagina 96 Afbeelding verscherpen Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik op Voorbeeld/bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen. Selecteer Voorvertoning in het dialoogvenster.
“Printersoftware installeren” op pagina 105. Wanneer het venster Printer selecteren wordt weergegeven, selecteert u Externe printer in de keuzelijst. Takencentrum Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Selecteer in het menu de opties Geavanceerd Netwerktoegang voor scannen.
Selecteer in de lijst met printers de naam van de printer die u wilt gebruiken. Klik op Selecteren. Printer installeren op extra netwerkcomputers Als u de netwerkprinter installeert voor gebruik met meerdere computers op het netwerk, plaats u de installatie-cd in elke extra computer en volgt u de aanwijzingen op het scherm.
Informatie over de printer Informatie over de printeronderdelen Inhoud van de doos controleren Naam Beschrijving Zwarte inktcartridge Cartridges die in de printer kunnen worden geplaatst. Opmerking: u kunt verschillende cartridgecombinaties Kleureninktcartridge gebruiken, afhankelijk van het product. Telefoonhoorn • Binnenkomende telefoongesprekken beant- woorden en met iemand praten via de telefoon •...
Naam Beschrijving Installatie-cd met software • Installatiesoftware voor de printer • Elektronische versie van de Gebruikershandleiding • Mac Help Gebruikershandleiding, Aan de slag of Installatie- Gedrukte brochure met instructies. oplossingen Opmerking: de Gebruikershandleiding vindt u op de cd met installatiesoftware die bij de printer is geleverd. Opmerking: er wordt wellicht een USB-kabel meegeleverd.
Pagina 94
Onderdeel Handeling PictBridge-poort Sluit een digitale PictBridge-camera aan. Papieruitvoerlade Het papier opvangen dat wordt uitgevoerd. Uitvoerlade van de automatische documentinvoer Originele document opvangen nadat het is doorgevoerd (ADI) door de ADI. Display Menu's, instellingsopties, printerstatus en berichten weergeven. 10 Papiergeleiders van de automatische document- Het papier recht houden wanneer het wordt ingevoerd invoer (ADI) in de ADI.
Onderdeel Handeling LINE-poort De printer aansluiten op een werkende telefoonlijn om faxen te verzenden en ontvangen. De printer moet zijn aangesloten op deze telefoonlijn om binnenko- mende faxen te ontvangen. Opmerking: sluit geen extra apparaten aan op de LINE-poort en sluit geen DSL- modem (digital subscriber line), ISDN-modem (integrated services digital network) of kabelmodem aan op de printer.
Lijn de klemmetjes op het bedieningspaneel uit met de gaten op de printer en druk het bedieningspaneel naar beneden. Verwante onderwerpen: • “Bedieningspaneel gebruiken” op pagina 96 • “Onderdelen van de printer” op pagina 93 Knoppen en menu's op het bedieningspaneel gebruiken Bedieningspaneel gebruiken De volgende informatie wordt weergegeven op de display: •...
Pagina 97
Knop Handeling Instellingen Menu's weergeven voor onderhoudsfuncties, papierformaat en -soort, de printer instellen en standaardinstellingen van de printer. Kwaliteit De kwaliteit van een fax, kopie of scan aanpassen. Het menu Faxen, Kopiëren of Scannen weergeven, afhankelijk van de geselecteerde modus. Knop Handeling Modus Faxen...
Pagina 98
Knop Handeling • Een fax-, afdruk-, kopieer- of scantaak annuleren. • Faxnummer wissen of het verzenden van een fax beëindigen en terugkeren naar het standaardvenster voor faxen. • Een menu of submenu sluiten en terugkeren naar het standaardvenster voor faxen, kopiëren of scannen.
Knop Handeling Opnieuw kiezen/Onderbreken In de modus Faxen: • Het laatstgekozen nummer weergeven. Druk op de vijf laatstgekozen nummers weer te geven. • Een onderbreking van drie seconden invoegen in het nummer dat u wilt kiezen om te wachten op een buitenlijn of om verbinding te maken met een geautomatiseerd antwoord- systeem.
Informatie over het menu Scannen Informatie over en gebruik van het menu Scannen: Selecteer op het bedieningspaneel de modus Scannen. Het standaardvenster voor scannen wordt geopend. Druk herhaaldelijk op tot de gewenste scanbestemming wordt weergegeven. Als u geen instellingen wilt wijzigen, drukt u op Kleur of Zwart. Druk op als u een instelling wilt aanpassen.
Pagina 101
Het bericht PictBridge-camera gevonden. Druk op om instellingen te wijzigen. verschijnt op de display. Waarschuwing: Raak de USB-kabel, de netwerkadapter of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan terwijl u afdrukt vanaf een digitale PictBridge-camera. Er kunnen gegevens verloren gaan. Verwijder de USB- kabel of netwerkadapter niet wanneer u afdrukt vanaf een digitale PictBridge-camera.
Menu-item Actie Eén foto centreren op een pagina of het aantal foto's opgeven dat u wilt afdrukken op een Indeling pagina. De afdrukkwaliteit van foto's aanpassen. Kwaliteit De instelling wordt hersteld naar de standaardfabrieksinstelling wanneer de digitale PictBridge-camera wordt verwijderd. De instelling moet apart worden opgeslagen.
Optie Handeling Hoornvolume Het volume van de luidspreker in de hoorn aanpassen in Canada, Guam, Puerto Rico, Amerikaanse Maagdeneilanden of de Verenigde Staten. Opmerking: De optie is niet beschikbaar op andere locaties. Faxinstellingen • Faxgeschiedenis of verzendstatusrapporten afdrukken. • Instellingen aanpassen voor het ontvangen van een fax. •...
Locatie Handelingen Apparaatinstelling Een van de volgende opties selecteren: • Taal om de taalinstelling te wijzigen. • Land om het standaardpapierformaat, de datumnotatie, het aantal patronen voor nummer- weergave en regioselectie voor uw land in te stellen. • Datum/tijd om de datum en tijd in te stellen. •...
Tijdelijke instellingen Modus Kopiëren • Exemplaren • Formaat wijzigen • Lichter/donkerder • Kwaliteit • Afbeelding herhalen • N per vel • Origineel • Soort origineel Modus Scannen • Kwaliteit • Origineel Modus Faxen • Kwaliteit • Lichter/donkerder U wijzigt als volgt de herstelfunctie: Druk op Instellingen.
“Printersoftware installeren” op pagina 105 Dialoogvenster Printer selecteren gebruiken Het dialoogvenster Printer selecteren wordt weergegeven in Lexmark Configuratie-assistent tijdens de installatie. Hierin worden alle beschikbare, gedeelde en externe printers weergegeven die zijn aangesloten op uw computer. Ook kunt u in dit dialoogvenster de printer selecteren die u wilt gebruiken. Ga hiervoor als volgt te werk: Selecteer in het eerste voorgrondmenu Beschikbare printers, Gedeelde printer gebruiken (voor gedeelde printers) of Externe printer.
Dialoogvenster Het instellen van de printer is voltooid Dit dialoogvenster bevat nuttige opties die u kunt gebruiken nadat de printer is geïnstalleerd. Van hieruit kunt u: • Controleren of er speciale aanbiedingen zijn. • Een testpagina afdrukken. Verwante onderwerpen: • “Printersoftware installeren”...
Open het gewenste bestand en klik op Archief Druk af. Het dialoogvenster Druk af wordt weergegeven. • Voor Mac OS X 10.3: • Voor Mac OS X 10.4 en hoger: Kies in het voorgrondmenu Printer 5000 Series. Informatie over de printer...
Pagina 109
Pas de instellingen indien nodig aan. Locatie Kies Functie Aantal en pagina's Aantal Het aantal gewenste exemplaren opgeven. Gesorteerd Meerdere kopieertaken sorteren. Pagina's • Alle pagina's afdrukken. • Een paginabereik afdrukken. • De huidige pagina afdrukken. Lay-out Pagina's per vel Meerdere pagina's afdrukken op één vel papier.
Pagina 110
Lightness Decrease • Lightness Increase • Reduce File Size • Sepia Tone Printerservices Lexmark 5000 Series Hulppro- Het hulpprogramma openen. gramma Problemen oplossen Het Help-centrum openen. Supplies bestellen Naar onze website gaan om printers- upplies te bestellen. Contact opnemen met Lexmark De website van Lexmark bezoeken.
Locatie Kies Functie Geavanceerde opties Spiegel Het document gespiegeld afdrukken. Afbeelding automatisch Vervaging van de afbeelding vermin- verscherpen deren. Overzicht Een overzicht van de huidige afdruk- instellingen weergeven. De volgende knoppen bevinden zich onder aan het dialoogvenster Druk af: Klik op Functie Naar het Help-centrum gaan voor meer informatie.
U opent als volgt Printerservices: Open het gewenste bestand en klik op Archief Druk af. Selecteer Printerservices in het derde voorgrondmenu van boven. Verwante onderwerpen: • “Dialoogvenster Druk af gebruiken” op pagina 108 • “Hulpprogramma gebruiken” op pagina 115 Takencentrum gebruiken Het Takencentrum bevat de basisfuncties voor de meeste scantaken.
Pagina 113
Locatie Handelingen Wat wordt gescand? Selecteer de optie naast de soort object of afbeelding die u scant. Instellingen worden geoptimaliseerd op basis van uw selectie: • Foto • Gemengde afbeeldingen en tekst • Tijdschrift of krant • Zwarte tekst Waarvoor wordt gescande afbeelding gebruikt? Hier geeft u op hoe de scan wordt gebruikt. De resolutie en andere instellingen worden geoptimaliseerd op basis van de geselecteerde optie: •...
Pagina 114
U kunt dit hulpprogramma ook gebruiken om de snelkeuzelijst te maken en te bewerken. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Faxconfiguratieprogramma.
Controleren of er speciale aanbiedingen zijn. U kunt het Hulpprogramma op een van de volgende manieren openen: • Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. • Vanuit een toepassing: Open het gewenste bestand en klik op Archief Druk af.
Pagina 116
– Tabblad Webkoppelingen Verwante onderwerpen: • “Printerservices gebruiken” op pagina 111 Informatie over de printer...
Printer onderhouden Inktcartridges Inktcartridges installeren Klap het bedieningspaneel omhoog. Til de toegangsklep voor de inktcartridge op. Druk de cartridgehouderhendels naar beneden. Printer onderhouden...
Pagina 118
Verwijder de tape van de zwarte inktcartridge en plaats de cartridge in de linkerhouder. Waarschuwing: raak het goudkleurige contactgedeelte aan de achterkant van de cartridge of de metalen spuitopeningen aan de onderkant van de cartridge niet aan. Sluit het deksel van de zwarte inktcartridge. Verwijder de tape van de kleureninktcartridge en plaats de cartridge in de rechterhouder.
Sluit de toegangsklep voor de inktcartridge. Sluit het bedieningspaneel tot dit vastklikt . Op het bedieningspaneel verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd papier in de printer te plaatsen en te drukken om een uitlijningspagina af te drukken. Opmerking: het bedieningspaneel moet zijn gesloten voordat u een nieuwe scan-, afdruk-, kopieer- of faxtaak kunt starten.
De cartridgehouder wordt naar de laadpositie verplaatst, tenzij de printer actief is. Druk de klep van de cartridgehouder naar beneden om het deksel van de cartridgehouder te openen. Verwijder de gebruikte inktcartridge uit de printer. Opmerking: als u beide inktcartridges verwijdert, herhaalt u stap 4 en 5 voor de tweede inktcartridge. Verwante onderwerpen: •...
• “Inktcartridges beschermen” op pagina 122 • “Afdrukkwaliteit verbeteren” op pagina 124 Spuitopeningen van de inktcartridges reinigen Plaats normaal papier in de printer. Druk op Instellingen. Druk herhaaldelijk op tot Onderhoud wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Cartridges reinigen wordt weergegeven. Druk op Druk nogmaals op om te bevestigen dat normaal papier in de printer is geplaatst.
Houd een ander schoon gedeelte van de doek ongeveer drie seconden tegen de contactpunten en veeg de contactpunten voorzichtig schoon in de aangegeven richting. Met een schoon gedeelte van de doek herhaalt u stap 3 en stap 4. Laat de spuitopeningen en de contactpunten volledig opdrogen. Plaats de inktcartridges terug in de printer.
Volg de aanwijzingen op de display. Testpagina afdrukken met de computer Plaats normaal papier in de printer. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Klik op het tabblad Onderhoud op Testpagina afdrukken.
Controleer het papier • U gebruikt het juiste papier voor het document. Als u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt, kunt u voor optimale resultaten het beste Lexmark fotopapier gebruiken. • Gebruik zwaarder of helderwit papier. Selecteer een hogere afdrukkwaliteit Selecteer de modus Kopiëren of Scannen, afhankelijk van de afdruktaak.
Reinig de scannerlens en de witte roller Als de kwaliteit van scans, faxen of kopieën slecht is, moet u wellicht de scannerlens en de witte roller reinigen. Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak de telefoonlijn los van de wandaansluiting voor telefoons.
• Als u de printer gebruikt zonder een computer, klikt u op Annuleer. De garantievoorwaarden van Lexmark zijn niet van toepassing op schade die is veroorzaakt door het gebruik van andere inktcartridges of inkt dan Lexmark inktcartridges of inkt. Cartridges bestellen...
Als u supplies wilt bestellen of een leverancier in de buurt wilt zoeken, kunt u onze website bezoeken op www.lexmark.com. Opmerkingen: • Gebruik voor de beste resultaten alleen Lexmark inktcartridges. • Gebruik Lexmark fotopapier wanneer u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt. Onderdeel Artikelnummer USB-kabel 1021294 Papier Papierformaat Lexmark PerfectFinish fotopapier •...
Lexmark op www.lexmark.com. het gebruik van de printer. Opmerking: raadpleeg de Mac Help als de printer Macintosh-besturingssystemen ondersteunt: Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram van de Help. Hulpprogramma en Printerservices...
Telefonische ondersteuning Bel Telefoonnummers en openingstijden verschillen per land of regio. • V.S.: 1-800-332-4120 Bezoek de website van Lexmark op Maandag - vrijdag (8:00 a.m. www.lexmark.com. Selecteer een -11:00 p.m. ET) land of regio en klik op de koppeling Zaterdag (twaalf uur 's middags tot voor klantenondersteuning.
“Lexmark producten hergebruiken” op pagina 177 • “Contact opnemen met de klantenondersteuning” op pagina 130 Contact opnemen met de klantenondersteuning Hoe kan ik contact opnemen met de klantenondersteuning van Lexmark? U kunt ons bereiken op een van de volgende nummers: • V.S.: 1-800-332-4120 Maandag - vrijdag (8.00 a.m.
Problemen oplossen Installatieproblemen oplossen Onjuiste taal wordt weergegeven op de display Dit zijn mogelijke oplossingen. Voer een van de volgende handelingen uit: Taal wijzigen tijdens eerste installatie Nadat u een taal hebt geselecteerd, wordt Taal opnieuw weergegeven op de display. U wijzigt als volgt de instelling: Druk herhaaldelijk op tot de gewenste taal wordt weergegeven op de display.
Sluit de printer aan op een stopcontact dat eerder voor andere elektrische apparaten is gebruikt. Druk op als het lampje niet brandt. Kabel is niet aangesloten, losgeraakt of beschadigd De printerkabel moet volledig zijn aangesloten en moet onbeschadigd zijn voor goede communicatie. Controleer of USB-kabel is aangesloten op de USB-poort achter op de computer De USB-poort achter op de computer is te herkennen aan het USB-symbool .
Worden er meerdere netwerkprinters weergegeven? Alle Lexmark 5000 Series printers die zijn aangesloten op het netwerk, moeten in het dialoogvenster Printer selecteren worden weergegeven. Als er meerdere printers van hetzelfde type op het netwerk zijn aangesloten, hebt u het MAC-adres nodig van de netwerkprinter waarmee u verbinding wilt maken. Selecteer de printer waarbij dit MAC-adres wordt weergegeven.
Pagina wordt niet afgedrukt Probeer een of meer van de volgende oplossingen: Controleer de berichten Als er een foutbericht wordt weergegeven, gaat u naar “Foutberichten” op pagina 167. Controleer de stroom Zie als het lampje niet brandt “De aan/uit-knop brandt niet” op pagina 131. Plaats het papier opnieuw in de printer Verwijder al het papier uit de printer en plaats het papier vervolgens terug in de printer.
Als de software nog steeds niet correct kan worden geïnstalleerd, bezoekt u onze website op www.lexmark.com om te controleren of er nieuwe versies van de software beschikbaar zijn. Selecteer uw land of regio (tenzij u in de Verenigde Staten woont).
Sluit alle geopende toepassingen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram voor verwijderen. Volg de aanwijzingen op het scherm om de printersoftware te verwijderen.
Controleer de controlelijst voor digitale telefoondiensten De faxmodem is een analoog apparaat. Bepaalde apparaten kunnen op de printer worden aangesloten zodat u digitale telefoondiensten kunt gebruiken. • Als u een ISDN-telefoondienst gebruikt, sluit u de printer aan op een analoge telefoonpoort (R-interfacepoort) op een ISDN-adapter.
Druk op Druk herhaaldelijk op tot de land- of de regio-instelling met een * verschijnt. Ga als volgt te werk als u de landcode wilt wijzigen: Druk herhaaldelijk op tot het land of de regio wordt weergegeven waar u de printer gebruikt. Druk op om de instelling op te slaan.
Druk herhaaldelijk op tot Bellen en antwoorden verschijnt. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Fax doorsturen wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op om de huidige instelling voor Fax doorsturen weer te geven. Als u Fax doorsturen wilt uitschakelen, drukt u herhaaldelijk op tot Uit wordt weergegeven.
Controleer of met de printer een kiestoon wordt vastgesteld • Zie “Fax verzenden terwijl u een gesprek voert (Kzn hrn op haak) met het bedieningspaneel” op pagina 22. • Controleer de instelling voor Belmethode. Luister of u een kiestoon hoort. Als u wel een kiestoon hoort, maar de printer de verbinding verbreekt zonder het nummer te kiezen, is de kiestoon niet herkend.
Controleer de inkt Controleer de inktvoorraden en installeer zo nodig een nieuwe inktcartridge. Reinig de scannerlens en de witte roller Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak de telefoonlijn los van de wandaansluiting voor telefoons. Open het bedieningspaneel. Duw de hendel van de roller voorzichtig naar links en trek de hendel naar voren.
Gegevens van nummerweergave worden niet weergegeven Patroon nummerweergave is wellicht niet correct ingesteld De printer ondersteunt twee soorten nummerweergave: Patroon 1 (FSK) en Patroon 2 (DTMF). Afhankelijk van het land of de regio waar u woont en de telecomaanbieder die u gebruikt, moet u mogelijk overschakelen naar een ander patroon om nummerweergave te activeren.
Fout met telefoonlijn Dit zijn mogelijke oorzaken en oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: Controleer de controlelijst voor digitale telefoondiensten De faxmodem is een analoog apparaat. Bepaalde apparaten kunnen op de printer worden aangesloten zodat u digitale telefoondiensten kunt gebruiken. •...
Controleer of Fax automatisch converteren is ingeschakeld Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Faxinstellingen wordt weergegeven. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Bellen en verzenden verschijnt. Druk op Druk herhaaldelijk op tot Fax autom. converteren wordt weergegeven. Druk op Als er geen sterretje (*) wordt weergegeven naast Aan, drukt u op Fout met externe fax...
Controleer het papier • U gebruikt het juiste papier voor het document. Als u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt, kunt u voor optimale resultaten het beste Lexmark fotopapier gebruiken. • Gebruik zwaarder of helderwit papier. Selecteer een hogere afdrukkwaliteit Selecteer de modus Kopiëren of Scannen, afhankelijk van de afdruktaak.
Gebruik een ander merk papier Bij elk merk papier wordt inkt anders opgenomen en worden kleuren verschillend afgedrukt. Als u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt, kunt u voor optimale resultaten het beste Lexmark fotopapier gebruiken. Controleer de staat van het papier Gebruik alleen nieuw en ongekreukeld papier.
Speciale instructies voor het plaatsen van ondersteunde papiersoorten en speciaal papier Inktvoorraden controleren met de computer Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Als een uitroepteken (!) wordt weergegeven bij een inktcartridge, is de inkt bijna op. Installeer een nieuwe cartridge.
Controleer of de sticker en de tape zijn verwijderd van de onder- en achterzijde van de cartridges. Bevatten de inktcartridges inkt? Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Als een uitroepteken (!) wordt weergegeven bij een inktcartridge, is de inkt bijna op. Installeer een nieuwe cartridge.
Controleer of de sticker en de tape zijn verwijderd van de onder- en achterzijde van de cartridges. Zijn er cartridges die weinig inkt bevatten? Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma.
Als een uitroepteken (!) wordt weergegeven bij een van de inktcartridges, is de inkt bijna op. Installeer een nieuwe cartridge. Zie voor meer informatie het onderstaande verwante onderwerp. Zie voor meer informatie over het bestellen van cartridges het onderstaande verwante onderwerp. Inktvoorraden lijken incorrect Dit zijn mogelijke oplossingen.
Controleer de USB-aansluiting Controleer of de USB-kabel is aangesloten op de computer. De USB-poort achter op de computer is te herkennen aan het USB-symbool. Steek het lange, platte uiteinde van de USB-kabel in deze poort. Controleer of het kleinere, vierkante uiteinde van de USB-kabel is aangesloten op de achterkant van de printer. Controleer of de USB-kabel niet is beschadigd en of het -lampje brandt.
Moet u de inktcartridges uitlijnen? Misschien zijn de inktcartridges niet goed uitgelijnd. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Klik op het tabblad Onderhoud op Uitlijningspagina. Klik op Ga door.
Sluit de USB-kabel voor de printer aan op de printer. Druk op om de printer weer aan te zetten. Transparanten of foto's bevatten witte lijnen Moet u de instellingen voor Kwaliteit/snelheid aanpassen? Open het gewenste document of de gewenste foto en klik op Archief Druk af.
Moet u de inktcartridges uitlijnen? U lijnt als volgt de inktcartridges uit: Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Klik op het tabblad Onderhoud op Uitlijningspagina. Klik op Ga door.
Pagina 155
Klik op het pictogram Maak standaard. Druk een testpagina af om de oplossing te testen. Dubbelklik in de Finder op het pictogram Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Hulpprogramma. Klik op het tabblad Onderhoud op Testpagina afdrukken.
Printer kan niet communiceren met de computer De printer en de computer kunnen geen gegevens uitwisselen. Controleer of de printer is aangesloten op een stopcontact en of het lampje brandt. Zie voor meer informatie het onderstaande verwante onderwerp. Foto bevat vlekken of krassen Zorg ervoor dat u de afdrukzijde van foto's niet aanraakt met uw vingers of scherpe voorwerpen om vlekken en krassen te voorkomen.
Afdrukken vanaf de digitale PictBridge-camera is niet mogelijk Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: Schakel afdrukken vanaf de PictBridge-camera in Selecteer de juiste USB-modus op de camera om afdrukken via PictBridge in te schakelen. Raadpleeg de documentatie bij de digitale camera voor meer informatie.
Pagina 158
Controleer de inkt Controleer de inktvoorraden en installeer zo nodig een nieuwe inktcartridge. Gebruik de procedures voor het verbeteren van de afdrukkwaliteit Zie “Afdrukkwaliteit verbeteren” op pagina 124. Pas de helderheid van de kopie aan Plaats het document met de bedrukte zijde omlaag in de automatische documentinvoer (ADI). Selecteer op het bedieningspaneel de modus Kopiëren.
Documenten of foto's worden slechts gedeeltelijk gekopieerd Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: Controleer hoe het document is geplaatst Het document of de foto moet met de bedrukte zijde omlaag in de automatische documentinvoer (ADI) zijn geplaatst en zijn gecentreerd tussen de papiergeleiders van de ADI.
Sluit alle programma's die niet worden gebruikt om de prestatiesnelheid van de printer te verhogen. Geef een lagere resolutie op Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Problemen oplossen...
Steek de stekker van het netsnoer weer in het stopcontact en sluit de telefoonlijn weer aan op de wandaansluiting voor telefoons. Geef een hogere resolutie op Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram Lexmark 5000 Series Takencentrum. Klik op Voorbeeld/bewerken om het dialoogvenster Scannen te openen.
Selecteer een hogere resolutie voor scannen in het voorgrondmenu Resolutie (DPI) op het tabblad Instellingen. Klik op Scant u een item uit een tijdschrift of krant? Zie als u een item uit een tijdschrift of krant kopieert “Heldere afbeeldingen in tijdschriften of kranten scannen” op pagina 75.
De USB-poort wordt aangegeven met het USB-symbool Verwijder de software en installeer deze opnieuw Sluit alle geopende toepassingen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram voor verwijderen. Volg de aanwijzingen op het scherm om de printersoftware te verwijderen.
Problemen met vastgelopen en verkeerd ingevoerd papier oplossen Er is papier vastgelopen in de papiersteun Druk op om de printer uit te zetten. Pak het papier stevig vast en trek het voorzichtig uit de printer. Druk op om de printer weer aan te zetten. Er is papier vastgelopen in de printer Papier handmatig verwijderen Druk op...
Controleer de plaatsing van het papier • Plaats een kleinere hoeveelheid papier in de printer. • Plaats het papier met de afdrukzijde naar u toe in de printer. (Raadpleeg de instructies die bij het papier zijn geleverd als u niet zeker weet welke zijde de afdrukzijde is.) Zie het gedeelte Aan de slag in het hoofdstuk Afdrukken voor meer informatie over: •...
Afdruktaken hervatten Selecteer in de Finder Programma's Hulpprogramma's Afdrukbeheer of Printerconfiguratie, afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. Dubbelklik op de printer in de lijst met printers. Klik in het voorgrondmenu van de printer op Start taken als u alle afdruktaken in de wachtrij wilt hervatten. Als u een bepaalde afdruktaak wilt hervatten, selecteert u de documentnaam en klikt u op Hervat.
Foutberichten Uitlijningsfout Probeer een of meer van de volgende oplossingen: Tape verwijderen van de inktcartridge Verwijder de inktcartridge uit de printer. Controleer of sticker en tape zijn verwijderd van de cartridge. Plaats de cartridge terug in de printer. Druk op om de inktcartridge uit te lijnen.
Plaats de zwarte of foto-inktcartridge terug in de printer. Als de fout: • opnieuw optreedt, vervangt u de zwarte of foto-inktcartridge door een nieuwe cartridge; • niet opnieuw optreedt, plaatst u de kleureninktcartridge terug in de printer. Als de fout opnieuw optreedt, vervangt u de kleureninktcartridge door een nieuwe cartridge. Verhelp houderstoring Dit zijn mogelijke oplossingen.
Verwijder papier In de automatische documentinvoer (ADI): U maakt als volgt de papierbaan vrij: Klap het bedieningspaneel omhoog. Pak het papier stevig vast en trek het voorzichtig uit de printer. Duw zo nodig de hendel van de roller voorzichtig naar links en trek de hendel naar voren. Til vervolgens de witte roller uit de printer.
Controleer de USB-kabel Controleer of de USB-kabel niet is beschadigd. Sluit het vierkante uiteinde van de USB-kabel stevig aan op de USB-poort achter op de printer. Sluit het rechthoekige uiteinde van de USB-kabel stevig aan op de USB-poort van de computer. De USB-poort wordt aangegeven met het USB-symbool Controleer de externe afdrukserver Als u een externe afdrukserver gebruikt, controleert u of deze is aangesloten.
Schuif de papiergeleiders van de ADI tegen de randen van het papier. Opmerking: U kunt maximaal 30 vellen van een origineel document in de ADI plaatsen. Fout bij document plaatsen Controleer of het document met de bedrukte zijde naar beneden in de automatische documentinvoer (ADI) is geplaatst.
Steek de stekker van het netsnoer weer in het stopcontact. Druk op als de knop niet brandt. Plaats de inktcartridge terug in de printer. Als de fout: • niet opnieuw optreedt, is het probleem verholpen; • opnieuw optreedt, vervangt u de inktcartridge door een nieuwe cartridge. Linkercartridge ontbreekt/Rechtercartridge ontbreekt Een of beide inktcartridges ontbreken of zijn niet juist geïnstalleerd.
Meerdere All-In-One-apparaten gevonden Er is vastgesteld dat er meerdere Lexmark printers rechtstreeks of via een netwerk zijn aangesloten op de computer. U kunt kiezen welke printer u wilt gebruiken: Selecteer de printer in de lijst. Klik op OK. PictBridge-communicatiefout Maak de USB-kabel die bij de camera is geleverd los van de PictBridge-poort aan de voorkant van de printer en sluit de kabel opnieuw aan.
Sluit de netvoeding opnieuw aan Druk op om de printer uit te zetten. Trek de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact. Maak de netvoeding voorzichtig los van de printer. Sluit de netvoeding weer aan op de printer. Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
Opmerking: als u de standaardfabrieksinstellingen hersteld, worden alle printerinstellingen die u hebt geselecteerd verwijderd. Druk op Instellingen. Druk op tot Standaardwaarden verschijnt. Druk op Druk op tot Standaardwaarden instellen verschijnt. Druk op Druk op tot Fabrieksinstellingen verschijnt. Druk op Opmerking: Taal verschijnt op de display. Hiermee wordt aangegeven dat de standaardinstellingen van de printer zijn hersteld.
Sluit alle geopende toepassingen. Dubbelklik in de Finder op de map Lexmark 5000 Series. Dubbelklik op het pictogram voor verwijderen. Volg de aanwijzingen op het scherm om de printersoftware te verwijderen.
Voor technische ondersteuning van Lexmark gaat u naar support.lexmark.com. Voor informatie over supplies en downloads gaat u naar www.lexmark.com. Als u geen toegang hebt tot internet, kunt u ook per post contact opnemen met Lexmark: Lexmark International, Inc. Bldg 004-2/CSC...
PerfectFinish zijn handelsmerken van Lexmark International, Inc. Andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders. Conventies Opmerking: hiermee wordt aangegeven dat een bepaald gedeelte nuttige informatie bevat. Waarschuwing: hiermee wordt aangegeven dat een handeling kan leiden tot schade aan de hardware of software van het product.
Opmerking: Gebruik een correct afgeschermde en geaarde kabel, bijvoorbeeld Lexmark artikelnummer 1021294 voor USB-aansluiting, om er zeker van te zijn dat u handelt conform de FCC-voorschriften voor elektromagnetische storingen voor een apparaat van Klasse B.
Pagina 180
Het AEEA-logo geeft aan dat er in de Europese Unie specifieke programma's en procedures zijn voor het hergebruiken van elektronische producten. Wij moedigen het hergebruiken van onze producten aan. Als u meer vragen hebt over de mogelijkheden voor hergebruik, bezoekt u de Lexmark website op www.lexmark.com voor het telefoonnummer van uw lokale verkoopafdeling.
Printplaten Netvoeding Netsnoeren Aansluitingen Mechanische constructies: schachten, rollers Mechanische constructies: motoren Mechanische constructies: overig Scanner LCD-display O: geeft aan dat de hoeveelheid giftige en gevaarlijke stof in alle homogene materialen van het onderdeel lager is dan de vastgestelde concentratielimiet zoals uiteengezet in SJ/T11363-2006. X: geeft aan dat de hoeveelheid giftige en gevaarlijke stof in alle homogene materialen van het onderdeel hoger is dan de vastgestelde concentratielimiet zoals uiteengezet in SJ/T11363-2006.
Pagina 182
If you experience trouble with this equipment, for repair or warranty information, contact Lexmark International, Inc. at www.lexmark.com or your Lexmark representative. If the equipment is causing harm to the telephone network, the telephone company may request that you disconnect the equipment until the problem is resolved.
Using this product in Switzerland This product requires a Swiss billing tone filter (Lexmark part number 14B5109) to be installed on any line which receives metering pulses in Switzerland. The Lexmark filter must be used, as metering pulses are present on all analog telephone lines in Switzerland.
Uso del prodotto in Svizzera Questo prodotto richiede un filtro toni Billing svizzero, (codice Lexmark 14B5109), da installare su tutte le linee che ricevono impulsi remoti in Svizzera. È necessario utilizzare il filtro Lexmark poiché gli impulsi remoti sono presenti su tutte le linee analogiche in Svizzera.
Softwareprogramma niet op andere wijze onderhevig is aan een geschreven licentieovereenkomst voor software tussen u en Lexmark of zijn leveranciers, uw gebruik beheerst van enig Softwareprogramma dat is geïnstalleerd op of wordt geleverd door Lexmark voor gebruik in combinatie met uw Lexmark product. De term 'Softwareprogramma'...
Pagina 186
Als dergelijke bepalingen van toepassing zijn, beperkt Lexmark, voor zover Lexmark hiertoe in staat is, hierbij zijn aansprakelijkheid voor het schenden van deze bepalingen tot een van de volgende acties: vervanging van het Softwareprogramma of teruggave van het bedrag dat is betaald voor het Softwareprogramma.
Pagina 187
UPGRADES. Om een Softwareprogramma dat als upgrade wordt aangeduid, te mogen gebruiken, moet u beschikken over een licentie voor het originele Softwareprogramma dat door Lexmark is aangeduid als in aanmerking komend voor de upgrade. Na het uitvoeren van de upgrade mag u het originele Softwareprogramma dat de basis vormde voor de upgrade, niet langer gebruiken.
Pagina 188
(inclusief contract, schending, niet-ontvankelijkheidsverklaring, nalatigheid, onjuiste voorstelling of onrechtmatige daad) is beperkt tot een maximum van $5.000 of het bedrag dat is betaald aan Lexmark of zijn Geautoriseerde wederverkopers voor de betreffende licentie voor het Softwareprogramma waardoor de schade is veroorzaakt of die het onderwerp is van, of direct verwant is aan, de oorzaak van de gerechtelijke vordering.
Pagina 189
—Is manufactured from new parts, or new and serviceable used parts, which perform like new parts —Is, during normal use, free from defects in material and workmanship If this product does not function as warranted during the warranty period, contact a Remarketer or Lexmark for repair or replacement (at Lexmark's option).
Pagina 190
To obtain warranty service you may be required to present proof of original purchase. You may be required to deliver your product to the Remarketer or Lexmark, or ship it prepaid and suitably packaged to a Lexmark designated location. You are responsible for loss of, or damage to, a product in transit to the Remarketer or the designated location.
Lexmark's liability for actual damages from any cause whatsoever will be limited to the amount you paid for the product that caused the damages. This limitation of liability will not apply to claims by you for bodily injury or damage to real property or tangible personal property for which Lexmark is legally liable.
Verklarende woordenlijst voor netwerken ad-hocmodus Een instelling voor een draadloos apparaat waarmee het rechtstreeks kan communiceren met andere draadloze apparaten zonder een toegangspunt of router. Een draadloos netwerk dat geen toegangspunt gebruikt. ad-hocnetwerk AutoIP-adres Een IP-adres dat automatisch wordt toegewezen door een netwerkapparaat. Als het apparaat is ingesteld op DHCP, maar er geen DHCP-server beschikbaar is, kan er een AutoIP-adres worden toegewezen door het apparaat.
Pagina 193
router Een apparaat dat één netwerkverbinding deelt met meerdere computers of andere apparaten. De hoofdrouter beheert het netwerkverkeer. signaalsterkte Indicatie van de sterkte waarmee een uitgezonden signaal wordt ontvangen. SSID (Service Set Identifier) De naam van een draadloos netwerk. Als u een printer aansluit op een draadloos netwerk, moet de printer dezelfde SSID gebruiken als het netwerk.