Als de lader niet leest dat het accupakket vol is, blijft de lader
proberen het accupakket volledig op te laden. In dit geval brandt het
groene lampje mogelijk niet, het is echter mogelijk dat het
accupakket volledig is opgeladen. Om te controleren of het
accupakket is opgeladen, controleert u de laadindicator op het
display van het dashboard voordat u gaat rijden.
Als het accupakket het laden beëindigt voordat de lader de
eerder genoemde status heeft bereikt, gaat de lader verder
met zijn cyclus en laadt het accupakket verder op totdat het
accupakket is losgekoppeld van de lader, of de lader de
eerder genoemde volledige status heeft bereikt.
De timer van het accumanagementsysteem activeert de
modus langdurige opslag. De modus langdurige opslag wordt
geactiveerd als het contactslot gedurende 30 dagen niet in
de ON-positie heeft gestaan. Wanneer het
accumanagementsysteem wordt geactiveerd, wordt het
accupakket tot 60% ontladen. Het accupakket blijft dan
ongeveer 1% per dag ontladen. Wanneer de laadstatus 30%
bereikt, zal de lader tot 60% laden en dit blijven herhalen.
Let op: Om de modus langdurige opslag te verlaten en de
motorfiets op te laden tot 100%, moet het contactslot in de
ON-positie worden gezet en terug in de OFF-positie om de
timer van het accumanagementsysteem te resetten.
LET OP: Het wordt niet aanbevolen om de motor fiets
aangesloten op de lader te laten staan voor langdurige opslag,
omdat dit voorkomt dat de motor fiets in de "slaapstand" gaat en
de levensduur van uw accupakket(ten) kan verkor ten. Zie
"Parkeren en langdurige opslag", op pagina
Het accupakket laden
WAARSCHUWING! Laad het Zero-accupakket altijd op in een
goed geventileerde omgeving en uit de buur t van brandbare
materialen. Als u uw Zero-motor fiets buiten laadt, doe dat dan
niet in de regen.
WAARSCHUWING! Laad het Zero-accupakket alleen op met de
Zero-lader of goedgekeurde Zero-accessoireladers. Het gebruik
van niet-goedgekeurde laders of accessoires kan leiden tot
beschadiging van cellen of een defecte accu.
Als de interne temperatuur van het accupakket onder 32 °F
(0 °C) of boven 122 °F (50 °C) ligt, accepteer t het accupakket
geen lading totdat de temperatuur tussen deze limieten ligt. Als
het accupakket onlangs snel is ontladen door agressief rijden,
kan de interne temperatuur ook boven 122 °F (50 °C) komen te
liggen, ook als de omgevingstemperatuur lager is.
Als u een accupakket heeft dat zich niet laat laden, dient u
ervoor te zorgen dat de interne temperatuur onder 122 °F (50 °C)
komt te liggen. Als het accupakket net op bijna vol vermogen
en/of in warme omstandigheden gebruikt is, kan het mogelijk
niet worden opgeladen. U moet het laten afkoelen en in ca.
30 minuten of minder kan weer worden opgeladen.
Accupakket en laden
6.27.
5.3