A
Linkerrichtingaanwijzer
B
Systeemwaarschuwingsindicator
C
Temperatuurwaarschuwingsindicator
D
Controlelampje motor
E
Indicator activering
Knippert groen als er een linker bocht wordt geselecteerd met de
richtingaanwijzerschakelaar. Deze pijl blijft knipperen totdat de
richtingaanvraag is geannuleerd.
Geeft aan dat er een systeemwaarschuwing is gedetecteerd.
Zie
"Systeemwaarschuwingsindicator", op pagina 7.2
informatie.
Een knipperend lampje geeft aan dat een of meer onderdelen van de
aandrijflijn hun temperatuurlimiet naderen. De prestaties worden niet
beïnvloed.
Als het lampje continu brandt, geeft dit aan dat een of meer
onderdelen van de aandrijflijn hun temperatuurgrens hebben
overschreden. De prestaties zullen beperkt zijn totdat het onderdeel
(de onderdelen) voldoende is (zijn) afgekoeld.
Zie
"Temperatuurindicator", op pagina
Geeft aan dat de motorfiets een fout heeft gedetecteerd, waardoor deze
in een staat van permanente vermindering van het koppel is gekomen.
Dit lampje gaat vergezeld van een foutcode op het dashboard.
Zie
"Foutcodes dashboard", op pagina 7.5
Neem contact op met uw dealer en laat de motorfiets onderhouden.
Geeft aan dat de motorfiets onder spanning staat of gereed is om
bereden te worden als de gashendel wordt bediend.
Bediening en onderdelen
voor meer
4.5.
voor meer informatie.
3.11