I n s t e l l i n g e n
u opnieuw een functie aan de toets wilt toewijzen, selecteert u
Zie Snelkoppelingen in de standby-modus op pagina 22.
Actief standby inschakelen
Als u de toets wilt selecteren voor het activeren van de navigatiefunctie
in de modus Actief standby, selecteert u
Snelkoppelingen
>
Navigatietoets omlaag
Spraakopdrachten
U kunt bellen en telefoonfuncties uitvoeren door spraakopdrachten in te
spreken. Spraakopdrachten zijn taalgevoelig. Zie
Telefoon op pagina 62 voor informatie over het instellen van de taal.
De spraakopdrachten van de telefoon zijn standaard geactiveerd.
Selecteer
Menu
>
en een map. Blader naar een functie.
geactiveerd. Als u de geactiveerde spraakopdracht wilt beluisteren,
selecteert u Afspelen. Zie Uitgebreide spraakgestuurde nummerkeuze
op pagina 25 voor informatie over het gebruiken van spraakopdrachten.
U kunt de spraakopdrachten beheren door naar een telefoonfunctie te
bladeren en een van de volgende opties te selecteren:
Bewerken
of
Verwijderen
functie wijzigen of uitschakelen. Wanneer u de tekst van het spraaklabel
bewerkt, wordt dit toegewezen aan een nieuw spraaklabel.
Alles toevoegen
of
functies in de lijst met spraakopdrachten in- of uitschakelen.
toevoegen
of
Alles verwijderen
spraakopdrachten al ingeschakeld of uitgeschakeld zijn.
■ Connectiviteit
U kunt de telefoon verbinden met een compatibel apparaat via een
infraroodverbinding, een draadloze Bluetooth-verbinding of via een
USB-gegevenskabel (CA-53 of DKU-2). Hier kunt u ook de instellingen
definiëren voor inbelverbindingen voor packetgegevens.
54
Act. standby inschakelen
of
Nav.tts
omhoog/omlaag.
Instellingen
>
Snelkoppelingen
— de spraakopdracht van de geselecteerde
Alles verwijderen
wordt niet weergegeven als alle
Menu
>
Instellingen
>
Navigatietoets
Taal spraakweergave
>
Spraakopdrachten
geeft aan dat het spraaklabel is
— de spraakopdrachten voor alle
Wijs
toe.
>
omhoog,
in
Alles