Audioapparaten aansluiten (OUTPUT [L/L+R]/[R]-aansluitingen,
[AUX IN]-aansluiting)
Een externe stereosysteem gebruiken voor afspelen
U kunt een stereosysteem aansluiten met de OUTPUT [L/L+R]/[R]-aansluitingen
om het geluid van het instrument te versterken.
Aansluiting voor
hoofdtelefoon
(standaard)
U kunt de [MASTER VOLUME]-draaiknop van het instrument gebruiken om het
volume aan te passen van het geluid dat naar het externe apparaat wordt gestuurd.
Een draagbare audiospeler via de ingebouwde luidsprekers weergeven
U kunt de hoofdtelefoonaansluiting van een draagbare audiospeler aansluiten op de
[AUX IN]-aansluiting van het instrument, zodat u het geluid van die draagbare
audiospeler kunt horen via de ingebouwde luidsprekers van het instrument.
Hoofdtelefoonaansluiting
(stereo mini)
Het ingangssignaal van de [AUX IN]-aansluiting wordt beïnvloed door de
instelling van de draaischijf [MASTER VOLUME] van het instrument, en de
volumebalans met de onderdelen, zoals het hele keyboard, kan worden
aangepast vanuit de BALANCE-display (pagina 54).
Luidspreker met eigen voeding
Audiosignaal
Audiokabel
Draagbare
audiospeler
Hoofdtelefoonaansluiting
Hoofdtelefoonaansluiting
(stereo mini)
Audiosignaal
Audiokabel
OPMERKING
Gebruik audiokabels en -pluggen
zonder impedantiewaarde.
OPMERKING
Gebruik alleen de [L/L+R]-aansluiting voor
het aansluiten van een monoapparaat.
LET OP
Om mogelijke schade te
voorkomen, dient u eerst het
instrument en daarna pas het
externe apparaat in te schakelen.
Als u de stroom wilt uitschakelen,
dient u eerst het externe apparaat,
Ingangsaansluiting
en daarna pas het instrument uit te
schakelen. Omdat dit instrument
Aansluiting voor
automatisch kan worden
hoofdtelefoon
(standaard)
uitgeschakeld via de automatische
uitschakelfunctie (pagina 15),
moet u het externe apparaat
uitschakelen of de automatische
uitschakelfunctie uitzetten als u het
instrument enige tijd niet gaat
gebruiken.
LET OP
Leid de uitvoer van de OUTPUT-
aansluitingen nooit om naar de
[AUX IN]-aansluiting. Als u deze
aansluiting tot stand brengt, wordt
de signaalingang aan de [AUX IN]-
aansluiting uitgevoerd vanuit de
[OUTPUT]-aansluitingen en weer
terug. Hierdoor ontstaat een
terugkoppelingslus die normale
performance onmogelijk maakt en de
apparatuur zelfs kan beschadigen.
LET OP
Om eventuele schade aan de
apparaten te voorkomen, dient u
eerst het externe apparaat en
daarna pas instrument in te
schakelen. Als u de stroom wilt
uitschakelen, dient u eerst het
instrument, en daarna pas het
externe apparaat uit te
schakelen.
OPMERKING
U kunt het ingangsvolume van de
[AUX IN]-aansluiting regelen met
de LIVE CONTROL-knoppen.
Zie pagina 38 voor instructies voor
het toewijzen van de functies aan
de knoppen.
PSR-S670 Gebruikershandleiding
9
89