Naar het geluid vanaf een BLUETOOTH-apparaat luisteren (paringsbediening)
Compatibele BLUETOOTH-versie en -profielen
De luidsprekerinstellingen aanpassen aan uw voorkeuren
De grootte van de luidspreker instellen [Size]
De kantelfrequentie van de luidsprekers instellen [Crossover Freq]
Het luidsprekerniveau instellen [Level]
De afstand tot de luidsprekers instellen [Distance]
Andere functies gebruiken
Een BRAVIA-televisie en andere apparaten met elkaar verbinden ("BRAVIA" Sync)
Wat is "BRAVIA" Sync?
Voorbereidingen voor het gebruik van de "BRAVIA" Sync-functie
De receiver en de aangesloten apparaten tegelijkertijd uitschakelen met de televisie (functie Systeem uitschakelen) "STBY.LINK"
Luisteren naar het televisiegeluid via de luidsprekers die op de receiver zijn aangesloten (functie Geluidsregeling van het systeem)
Direct een ingangsbron van een aangesloten apparaat afspelen (functie One-Touch Play)
Automatisch het optimale geluidsveld selecteren (functie Sound mode/Scène selecteren) "S.F. SYNC"
Informatie over de functie Home Theatre Control
Het menu van de receiver bedienen met de afstandsbediening van de televisie (Eenvoudige bediening met de afstandsbediening)
Over de functie Taal volgen
De slaaptimer gebruiken
De helderheid van het displaypaneel instellen
Energie besparen in de stand-bystand
Informatie op het displaypaneel bekijken
De fabrieksinstellingen herstellen
Instellingen wijzigen met menu op het displaypaneel
De receiver bedienen via het menu op het displaypaneel
Lijst met instellingen die kunnen worden gewijzigd met behulp van het menu op het displaypaneel
Auto Calibration "<A.CAL>"
De fasekarakteristieken van de luidsprekers kalibreren "A.P.M." (Automatische faseafstemming)
Niveau-instellingen "<LEVEL>"
Een testtoon uitvoeren uit elke luidspreker "T. TONE"
Het uitgangsniveau instellen aan de hand van de aangesloten televisie "TV.OFFSET" (functie Verschil televisie-volume)
Luidsprekerinstellingen "<SPKR>"
De afstand van de grond tot het plafond instellen "CEILING.H."
De meeteenheid selecteren "DIST.UNIT"
Ingangsinstellingen "<INPUT>"
Tussen digitale en analoge audio omschakelen "IN MODE"
De naam van elke ingang wijzigen "NAME IN"
Andere audio-ingangsaansluitingen gebruiken "A. ASSIGN"
Audio-instellingen "<AUDIO>"
De audio met de video-uitvoer synchroniseren "A/V SYNC"
De taal van digitale uitzendingen selecteren "DUAL"
Het dynamisch bereik comprimeren "D. RANGE"
De werking van de DTS-decoder omschakelen "NEURAL-X"
2