Zone
Zone type
Nr. Fabriekswaarde Geprogr.
1
Vertraagd 1
2
Vertraagd 1
3
Vertraagd 2
4
Omtrek
5
Omtrek
6
Interieur
7
Interieur
8
Omtrek
9
Omtrek
10
Omtrek
11
Interieur
12
Interieur
13
Omtrek
14
Omtrek
15
Interieur
16
Omtrek
17
Omtrek
18
Omtrek
19
Omtrek
20
Brand
21
Brand
22
Nood
23
Nood
24
24U Stil
25
24U Stil
26
24U Luid
27
24U Luid
28
Geen alarm
29
Geen alarm
30
Geen alarm
* Opmerking: alle zones zijn standaard Deurbel-Uit. Voer uw eigen keuze in de kolom "Deurbel" en programmeer
overeenkomstig.
4.4 DE SYSTEEM PARAMETERS DEFINIEREN
4.4.1 Inleiding
In deze modus kunt u de verschillende instellingen van het
systeem aanpassen naar de wensen en persoonlijk
gedrag van de gebruiker. In figuur 4.4. wordt hiervan een
geïllustreerde procedure weergegeven. In deze illustratie
wordt de fabriekswaarde optie met een donker vakje aan
de rechterkant aangegeven. Om de opties te bekijken
drukt u herhaaldelijk op de
totdat de gewenste optie verschijnt, druk vervolgens op de
knop KEUZE/OK
.
4.4.2 Inloopvertragingen 1 en 2
(fig. 4.4, locatie 01, 02)
De gebruiker kan (als het alarm is ingeschakeld) door twee
ingangen het pand betreden zonder een alarm te
veroorzaken.
Na binnenkomst moet de gebruiker het systeem uitschakelen
voordat de inloopvertraging is verstreken. Als de deur wordt
geopend gaat de inloop pieptoon met een constante snelheid
klinken, in de laatste 10 seconden zal de pieptoon versnellen.
Op locatie nr. 1 (inloopvertraging 1) en locatie nr. 2
(inloopvertraging 2) kunt u de duur van de vertragingstijd
programmeren.
De
beschikbare
vertragingen zijn: 00s, 15s, 30s, 45s, 60s, 3m en 4m.
14
Tabel 1 - ZONE INSTELLINGEN
Zone naam
Fabriekswaarde
Voordeur
Garage
Garagedeur
Achterdeur
Kinderkamer
Kantoor
Eetkamer
Eetkamer
Keuken
Woonkamer
Woonkamer
Slaapkamer
Slaapkamer
Logeerkamer
Slaapkamer 1
Slaapkamer 1
Bijkeuken
Badkamer
Kelder
Brand
Brand
Noodoproep
Noodoproep
Kelder
Kantoor
Zolder
Overloop
Tuin
Hal
Werkplaats
of de
knop
opties
van
iedere
Deurbel (melodie,
zonenaam of Uit)
Geprogr.
4.4.3 Uitloopvertraging
(fig. 4.4, locatie 03)
De uitloopvertraging stelt de gebruiker in staat het systeem
in te schakelen en het beveiligde pand via gespecificeerde
routes te verlaten zonder dat het alarm afgaat. Als het
inschakelcommando is gegeven gaat de uitloopvertraging
pieptoon met een constante snelheid klinken, in de laatste
10 seconden zal de pieptoon versnellen. In locatie 3 kunt u
de uitloopvertragingstijd programmeren. De beschikbare
opties zijn: 30s, 60s, 90s, 120s, 3m, 4m.
4.4.4 Sirenetijd
(fig. 4.4, locatie 04)
Hier bepaalt u hoelang de geïntegreerde sirene en de INT
uitgang zal werken bij een alarm. De tijdsduur begint als
de sirene wordt geactiveerd. De sirene stopt automatisch
zodra de sirene tijdsduur is verstreken.
Beschikbare opties zijn: 1, 3, 4, 8, 10, 15 en 20 minuten.
Opmerking: Sirenetijd wordt bepaald voor het gehele
alarmeringssysteem en niet per partitie.
4.4.5 Alarmvertraging
(fig. 4.4, locatie 05)
Hier kunt u de toegestane tijdsduur selecteren om een
alarm tegen te houden (niet geldig voor alarmtypes
BRAND, 24-UURS STIL, NOODOPROEP, GAS en
WATER). De PowerMax Pro is standaard geprogrammeerd
inclusief een "alarmvertraging". Tijdens dit interval zal de
buzzer luiden maar zullen alarmgevers en de kiezer niet
geactiveerd worden. Als de gebruiker binnen deze tijd het
systeem uitschakelt, wordt het alarm afgebroken.
Beschikbare opties zijn: 00s, 15s, 30s, 45s, 60s, 2, 3, 4m
Partitie
D-302775