Het apparaat kan op de volgende
manieren functioneren:
• 220-240 V 2~
Driepolige kabel 3 x 6 mm².
• 220-240 V 3~
Vierpolige kabel 4 x 4mm².
• 220-240 V 1N~
Driepolige kabel 3 x 6 mm².
• 380-415 V 2N~
Vierpolige kabel 4 x 4mm².
• 380-415 V 3N~
Vijfpolige kabel 5 x 1,5 mm².
De waarden verwijzen naar de
diameter van de interne geleider.
Installatie
De stroomkabels hebben
afmetingen die rekening houden
met de gelijktijdigheidsfactor
(conform de norm EN 60335-2-6).
Vaste aansluiting
Voorzie een meerpolige onderbreking voor
de voeding, overeenkomstig de
installatienormen.
De schakelaar dient op een eenvoudig te
bereiken plaats en in de nabijheid van het
apparaat te zijn aangebracht.
Aansluiting met stekker en stopcontact
Controleer of de stekker en het stopcontact
van hetzelfde type zijn.
Gebruik geen verloopstekkers, adapters of
aftakkingen, omdat ze oververhitting of
brand zouden kunnen veroorzaken.
5.3 Voor de installateur
• Na de installatie moet de stekker bereikt
kunnen worden. De voedingskabel mag
niet verbogen of vastgeklemd worden.
• Het apparaat moet volgens de
installatieschema's worden geïnstalleerd.
• Wend u tot het dichtstbijzijnde
servicecentrum als het apparaat niet
correct werkt na alle verificaties te
hebben verricht.
• Licht de gebruiker over de correcte
werking in wanneer het apparaat correct
is geïnstalleerd.
211