Flitsinstellingen
De volgende instellingen zijn beschikbaar voor de ingebouwde
fl itser.
Instelling
Instelling
5
A
Flitsbedieningsmodus
B
Flitscompensatie/output
94
MODUS
Ingebouwde Flits
AANPASSEN
Kies uit de volgende opties:
•
TTL: TTL-modus. Pas de fl itscompensatie aan (
C
fl itsmodus (
).
•
M: De fl itser fl itst bij de geselecteerde output (
de helderheid van het onderwerp of de camera-instellingen.
Uitvoer wordt uitgedrukt in fracties van volledige sterkte, van
⁄ tot ⁄. De gewenste resultaten kunnen niet worden bereikt
bij lage waarden als zij buiten de grenzen van het fl itsbedie-
ningssysteem vallen; maak een testopname en controleer de
resultaten.
•
C (COMMANDER): Kies of de fl itser wordt gebruikt om de op
afstand gesynchroniseerde fl itsers te bedienen, bijvoorbeeld als
deel van een studiofl itssysteem.
•
D (UIT): De fl itser fl itst niet.
Pas het fl itsniveau aan. De beschikbare opties verschillen per
geselecteerde fl itsbedieningsmodus (
EINDE
Beschrijving
Beschrijving
A
).
B
) en kies een
B
), ongeacht