Bediening
Vergrendeling
Om te voorkomen dat de kookplaat of
kookzones per ongeluk worden inge-
schakeld of instellingen worden gewij-
zigd, is dit apparaat voorzien van een
vergrendeling.
De vergrendeling kan worden geacti-
veerd als de kookplaat is uitgescha-
keld, maar ook als het apparaat in ge-
bruik is.
Wordt de vergrendeling geactiveerd,
als de kookplaat uitgeschakeld is, dan
kan deze niet meer worden ingescha-
keld.
Wordt de vergrendeling geactiveerd,
als de kookplaat in gebruik is, dan kan
deze alleen nog beperkt worden be-
diend:
– De vermogensstanden van de kook-
zones en de instellingen van de
kookwekkers kunnen niet worden ge-
wijzigd.
– De kookzones, de kookplaat en de
kookwekkers kunnen wel worden uit-
geschakeld, maar daarna niet weer
worden ingeschakeld.
22
Zo activeert u de vergrendeling:
Druk zo lang op de vergrendelings-
toets a totdat het controlelampje er-
boven gaat branden.
Na korte tijd gaat het controlelampje au-
tomatisch uit.
Het gaat weer branden, zodra u
– de vergrendelingstoets a aanraakt.
– iets wilt instellen.
Zo schakelt u de vergrendeling uit:
Druk zo lang op de vergrendelings-
toets a totdat het bijbehorende
controlelampje uitgaat.