Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruiksaanwijzing
RFID/codeslot IP66
Bestelnr. 3214306

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Conrad Sygonix 3214306

  • Pagina 1 Gebruiksaanwijzing RFID/codeslot IP66 Bestelnr. 3214306...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    1 Inhoudsopgave Inleiding ................................3 Gebruiksaanwijzingen downloaden ........................3 Bedoeld gebruik ..............................3 Eigenschappen en functies ..........................4 Leveringsomvang ..............................4 Verklaring van symbolen ............................4 Veiligheidsinstructies ............................5 8.1 Algemeen ...............................5 8.2 Algemeen gebruik ............................5 8.3 Gebruiksomgeving ............................5 8.4 Gebruik ................................5 Productoverzicht ..............................6 9.1 Codeslot .................................6 9.2 Aansluitschema ..............................7 10 Montage en aansluiting ............................8 10.1 Voorbereiding voor montage ........................8...
  • Pagina 3 13 Programmering ..............................13 13.1 Programmeermodus activeren/verlaten .....................13 13.2 De codelengte wijzigen ..........................14 13.3 Mastertransponderkaart/mastercode programmeren/wijzigen ..............15 13.4 Transponderkaarten/gebruikerscodes toevoegen en wissen ..............17 13.5 De activeringsduur van de relaisuitgangen programmeren ...............28 13.6 Achtergrondverlichting activeren/deactiveren ...................30 13.7 Signaaltonen activeren/deactiveren ......................31 13.8 Sabotagebeveiliging activeren/deactiveren ....................33 13.9 Codeslot terugzetten naar de fabrieksinstellingen ..................35 14 Programmeervoorbeeld .............................36 14.1 Programmering uitvoeren ..........................36...
  • Pagina 4: Inleiding

    2 Inleiding Hartelijk dank voor de aankoop van dit product. Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk. Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl www.conrad.be 3 Gebruiksaanwijzingen downloaden Gebruik de link www.conrad.com/downloads (of scan de QR-code) om de volledige gebruiksaanwijzing (of nieuwe/ actuele versies indien beschikbaar) te downloaden.
  • Pagina 5: Eigenschappen En Functies

    5 Eigenschappen en functies Stroomvoorziening met DC- en AC-spanning (12 - 24 V) Ondersteunt tot 1010 gebruikers met codes en/of transponders Codelengte 2 tot 6 cijfers Ondersteunt in de handel verkrijgbare EM-transponder voor frequentie 125 kHz 2 afzonderlijk aanstuurbare, spanningsloze relaisuitgangen (NO, NC, COM), schakeltijd instelbaar Ondersteunt de aansluiting van een deurmagneet Aansluiting van een luidspreker/gong/deurbel is mogelijk Geïntegreerd sabotagealarm met visuele detectie...
  • Pagina 6: Veiligheidsinstructies

    8 Veiligheidsinstructies Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en let vooral op de veiligheidsinstructies. Als u de veiligheidsinstructies en informatie voor correct gebruik in deze handleiding niet in acht neemt, dan aanvaarden wij geen aansprakelijkheid voor letsel of materiële schade. Bovendien vervalt in dergelijke gevallen de aansprakelijkheid/garantie.
  • Pagina 7: Productoverzicht

    9 Productoverzicht 9.1 Codeslot A 2 status LED’s LED links: groen/oranje LED rechts: groen/oranje B Bedieningspaneel C Asterisk-knop - fungeert ook als belknop D RFID-sensor E inbusbout om het codeslot in de muurbeugel te bevestigen...
  • Pagina 8: Aansluitschema

    9.2 Aansluitschema WIRING DIAGRAM 12 - 24V AC/DC NO 1 NO 2 COM 1 COM 2 NC 1 NC 2 F Stroomvoorziening 12 - 24 V/DC of AC J GND: Massa voor de knop van relaisuitgang #1, let bij DC op de polariteit +/plus en -/minus relaisuitgang #2 en de deurmagneet bij AC maakt de polariteit niet uit K CM: Voedingsdraad voor de deurmagneet...
  • Pagina 9: Montage En Aansluiting

    10 Montage en aansluiting 10.1 Voorbereiding voor montage Draai eerst de twee borgschroeven van het codeslot (E) aan de onderzijde los met de meegeleverde L-inbus- sleutel. Schuif het codeslot omhoog en klap het uit de muurbeugel. Neem het codeslot uit de muurbeugel. 10.2 Montage van het codeslot Zoek een geschikte plek voor de montage van het codeslot.
  • Pagina 10: Aansluitvoorbeeld

    Voer de kabel door het middelste gat. Sluit de individuele draden volgens het aansluitschema aan. In het de volgende hoofdstuk vindt u een aansluit- voorbeeld. Let bij het aansluiten van de kabels voor de voedingsspanning op de juiste polariteit (plus/+ en min/-). Houd voor alle uitgangen rekening met de contactbelastbaarheid.
  • Pagina 11: Inbedrijfstelling

    Aansluiting van een elektrische poort BP 1 8 Aansluiting van de poort op “NO” van de gebruikte relaisuitgang en op “COM”; het kan ook zinvol zijn om hier bei- de relaisuitgangen te gebruiken, b.v. relaisuitgang #2 voor de poort en relaisuitgang #1 voor de aangesloten deur. 11 Inbedrijfstelling Schakel na voltooiing van de montage (zie hoofdstuk 10) de bedrijfsspanning in.
  • Pagina 12: Voorbereiding Voor Programmeren

    12 Voorbereiding voor programmeren Opgelet! In deze handleiding gebruiken we de term “transponderkaart” of “transponder”. Hiermee worden echter altijd alle soorten transponders bedoeld die compatibel zijn met het codeslot. 12.1 Criteria voor cijfercodes en transponders 12.1.1 Cijfercodes De cijfercodes omvatten de mastercode en de gebruikerscodes. Al deze codes moeten uniek zijn. Het is niet toege- staan om een geprogrammeerde code te gebruiken voor een tweede functie.
  • Pagina 13: Led-Indicators

    12.3 LED-indicators De twee LED's aan de voorkant (A) hebben de volgende functies: Linker LED: De linker LED brandt niet tijdens normaal bedrijf. Als de code/transponder die is ingevoerd om de deur te openen is geaccepteerd, dan brandt de LED groen voor de duur dat de betreffende uitgang is geactiveerd.
  • Pagina 14: Programmering

    13 Programmering Opgelet! Koppel het codeslot tijdens het programmeren niet los van de bedrijfsspanning. Anders kunnen de reeds aanwe- zige gegevens of programmeringen beschadigd raken. Alle codes (b.v. Mastercode, Gebruikerscodes) kunnen 2 tot 6 cijfers bevatten. Een gemengde lengte is niet mogelijk. De geprogrammeerde lengte geldt altijd voor alle codes.
  • Pagina 15: De Codelengte Wijzigen

    13.2 De codelengte wijzigen Opgelet! De codelengte moet eerst geprogrammeerd worden en kan later niet zomaar gewijzigd worden, omdat alle codes gebaseerd zijn op de ingestelde lengte. Als de codelengte wordt gewijzigd, dan worden alle eerder ge- programmeerde codes gewist. De codelengte kan 2 tot 6 cijfers lang zijn.
  • Pagina 16: Mastertransponderkaart/Mastercode Programmeren/Wijzigen

    13.3 Mastertransponderkaart/mastercode programmeren/wijzigen 13.3.1 De mastertransponderkaart programmeren De mastertransponderkaart wordt alleen gebruikt om de programmeermodus te activeren (zie hoofdstuk 13.1). Met de mastertransponderkaart kan geen van de uitgangen worden geschakeld. Er kan maar één mastertransponderkaart in het systeem zitten. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer de mastercode “1234”...
  • Pagina 17: Mastercode Wijzigen

    13.3.3 Mastercode wijzigen De mastercode wordt alleen gebruikt om de programmeermodus te activeren (zie hoofdstuk 13.1). Met de mastercode kan geen van de uitgangen worden geschakeld. Er kan maar één mastertransponderkaart in het systeem aanwezig zijn. De mastercode moet verschillen van de gebruikerscodes. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x de mastercode “1234”...
  • Pagina 18: Transponderkaarten/Gebruikerscodes Toevoegen En Wissen

    13.4 Transponderkaarten/gebruikerscodes toevoegen en wissen Er zijn in totaal 1000 geheugenplaatsen beschikbaar voor gebruikerscodes en/of transponderkaarten voor uitgang #1. Er zijn 10 geheugenplaatsen beschikbaar voor gebruikerscodes of transponderkaarten voor uitgang #2. Wij raden aan om een tabel aan te maken en alle toegangsgegevens nauwkeurig vast te leggen (gebruiker-ID, gebruikerscode, gebruikersnaam, schakelproces voor uitgang #1).
  • Pagina 19 Kaart/cijfercode: Als de gebruiker een transponderkaart moet gebruiken, lees deze dan nu 1x in. Als er echter een gebruikerscode wordt gebruikt, voer deze dan nu in. Let hierbij op de ingestelde codelengte. Het codeslot geeft een lange signaaltoon, de linker LED blijft groen branden en de rechter LED knippert Æ...
  • Pagina 20 Programmeervoorbeeld: alleen gebruikerscode - relaisuitgang #1 Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Programmeercode *0 Programmeercode 01 Gebruiker-ID "000" (mogelijk voor relaisuitgang #1 zijn: 000 - 999) Gebruikerscode “1111”;...
  • Pagina 21 Kaart/cijfercode: Eerst 1x de transponderkaart voor de gebruiker inlezen. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED brandt oranje. Æ Voer nu de te gebruiken gebruikerscode in. Let hierbij wederom op de ingestelde codelengte. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED brandt weer oranje. Æ...
  • Pagina 22 13.4.3 Transponderkaart of gebruikerscode - relaisuitgang #2 Er zijn twee verschillende programmeercodes voor deze programmering. Het is daarbij belangrijk om te weten dat de tweede programmeercode alleen gebruikt kan worden in combinatie met de corresponderende eerste programmeercode. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in.
  • Pagina 23 Programmeervoorbeeld: alleen transponderkaart - relaisuitgang #2 Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Kaart inlezen Programmeercode *4 Gebruiker-ID "00" (mogelijk voor relaisuitgang # 2 zijn: 00 - 09) Transponderkaart inlezen;...
  • Pagina 24 13.4.4 Meerdere transponderkaarten programmeren - relaisuitgang #1 Met deze functie kunt u meerdere transponderkaarten in één keer programmeren. De gebruiker-ID's moeten opeenvolgend zijn voor het aantal kaarten. De gebruiker-ID's worden automatisch aange- maakt. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in.
  • Pagina 25 13.4.5 Meerdere transponders programmeren (met opeenvolgende serienummers) - uitgang #1 Als u meerdere transponders met opeenvolgende serienummers hebt, dan kunt u ze allemaal in één keer toevoegen door de transponder met het laagste serienummer te programmeren. De gebruiker-ID's moeten opeenvolgend zijn voor het aantal kaarten. De gebruiker-ID's worden automatisch aange- maakt.
  • Pagina 26 Programmeervoorbeeld: meerdere (met opeenvolgende serienummers) relaisuitgang #1 Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Kaart inlezen Programmeercode *9 Programmeercode 05 Gebruiker-ID "000" (mogelijk voor relaisuitgang #1 zijn: 000 - 999), b.v. 120 aantal “000”, b.v.
  • Pagina 27 Programmeervoorbeeld: Een gebruiker verwijderen - relaisuitgang #1 Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Gebruiker-ID “000” die moet worden verwijderd (voor relaisuitgang #1 zijn mogelijk: 000 - 999) Gebruiker wissen Programmering opslaan (de linker LED gaat uit en de rechter LED gaat weer groen branden) 13.4.7 Een gebruiker verwijderen - relaisuitgang #2...
  • Pagina 28: Alle Gebruikers Wissen

    13.4.8 Alle gebruikers wissen Met deze functie kunt u alle gebruikers wissen, inclusief de geprogrammeerde gebruikerscodes of transponderkaar- ten. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED verandert van groen naar oranje.
  • Pagina 29: De Activeringsduur Van De Relaisuitgangen Programmeren

    13.5 De activeringsduur van de relaisuitgangen programmeren In de standaardinstelling worden beide relaisuitgangen gedurende 1 seconde geactiveerd als er een geldige gebrui- kerscode of transponderkaart wordt gebruikt. Indien gewenst kan de duur worden ingesteld tussen 1 en 99 seconden. De uitgang kan ook in toggle-modus werken. Dat betekent dat u de uitgang continu kunt activeren of weer kunt de- activeren.
  • Pagina 30 13.5.2 De activeringsduur voor relaisuitgang #2 programmeren Om de activeringsduur voor uitgang #2 te wijzigen, gaat u als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED verandert van groen naar oranje.
  • Pagina 31: Achtergrondverlichting Activeren/Deactiveren

    13.6 Achtergrondverlichting activeren/deactiveren Als de achtergrondverlichting is geactiveerd (standaard), dan brandt deze permanent. Als de achtergrondverlichting is uitgeschakeld, dan wordt deze automatisch ingeschakeld als er op een knop wordt gedrukt. Als er 30 seconden lang geen knop wordt ingedrukt, dan schakelt de achtergrondverlichting automatisch weer uit.
  • Pagina 32: Programmeervoorbeeld: Achtergrondverlichting Activeren/Deactiveren

    13.6.3 Programmeervoorbeeld: Achtergrondverlichting activeren/deactiveren Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Programmeercode *2 Programmeercode 02 om de achtergrondverlichting te activeren of programmeercode 01 te deactiveren; de invoer wordt bevestigd met een lange signaaltoon.
  • Pagina 33: Signaaltonen Deactiveren

    13.7.2 Signaaltonen deactiveren Ga als volgt te werk om de signaaltonen te deactiveren: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED verandert van groen naar oranje. Æ...
  • Pagina 34: Sabotagebeveiliging Activeren/Deactiveren

    13.8 Sabotagebeveiliging activeren/deactiveren De geïntegreerde sabotagebeveiliging controleert visueel de achterkant van het codeslot om te zien of het ongeauto- riseerd is verwijderd. Als de functie geactiveerd is en het codeslot wordt van de muurbeugel verwijderd, dan klinkt er een signaaltoon op het codeslot en op de aansluiting voor een luidspreker/deurbel/gong (M) een sirene. 13.8.1 Sabotagebeveiliging activeren Ga als volgt te werk om de sabotagebeveiliging te activeren: Zet het codeslot in de programmeerstand:...
  • Pagina 35: Programmeervoorbeeld: Sabotagebeveiliging Activeren/Deactiveren

    13.8.3 Programmeervoorbeeld: Sabotagebeveiliging activeren/deactiveren Zet het codeslot in de programmeerstand (voer 2x de mastercode in (standaard “1234”) of lees 1x de master- transponderkaart in). Programmering: Programmeercode *6 Programmeercode 02 om de sabotagebeveiliging te activeren of programmeercode 01 te deactiveren; de invoer wordt bevestigd met een lange signaaltoon Programmering opslaan (de rechter LED brandt weer groen)
  • Pagina 36: Codeslot Terugzetten Naar De Fabrieksinstellingen

    13.9 Codeslot terugzetten naar de fabrieksinstellingen Met deze reset kunt u het codeslot terugzetten naar de fabrieksinstellingen. Opgelet! Daardoor worden alle gebruiker-ID's, gebruikerscodes, transponderkaarten, mastercode, de mastertranspon- derkaart en alle andere instellingen gewist en naar de fabrieksinstellingen teruggezet. De mastercode is dan weer “1234”. Ga als volgt te werk: Zet het codeslot in de programmeerstand: Voer 2x uw mastercode (standaard “1234”) in of lees 1x de mastertransponderkaart in.
  • Pagina 37: Programmeervoorbeeld

    14 Programmeervoorbeeld Om het beter te kunnen begrijpen, willen wij u in dit hoofdstuk een programmeervoorbeeld geven. In dit voorbeeld gaat het om het volgende: Omdat de toegang bijzonder veilig moet zijn, moet een 6-cijferige code worden gebruikt. Naast de mastercode moet voor de programmering ook een mastertransponderkaart worden gebruikt. Twee personen moeten elk via verschillende gebruikerscodes toegang hebben tot de tuindeur.
  • Pagina 38 Stap 3: De mastertransponderkaart programmeren Zet het codeslot in de programmeermodus: Om het codeslot in de programmeermodus te zetten, voert u de mastercode 2x achter elkaar in. Omdat de code- lengte is gewijzigd in 6 cijfers, moet de mastercode ook in 6 cijfers worden ingevoerd. Het codeslot geeft een lange signaaltoon en de rechter LED verandert van groen naar oranje.
  • Pagina 39 Zet het codeslot weer in de programmeermodus. Voer de volgende programmering in: Programmeercode *0 Programmeercode 01 Gebruiker-ID “001” (mogelijk voor relaisuitgang #1 zijn: 000 - 999) Gebruikerscode “222222”; wordt bevestigd met een lange signaaltoon Programmering opslaan (de linker LED gaat uit en de rechter LED gaat weer groen branden) Stap 6: Aanmaken van vier verschillende transponderkaarten voor relaisuitgang #1 Zet het codeslot in de programmeermodus.
  • Pagina 40 Stap 9: De activeringsduur voor relaisuitgang #1 wijzigen Zet het codeslot in de programmeermodus. Voer de volgende programmering in: Programmeercode *1 Activeringsduur 3 seconden (01 tot 99 seconden is mogelijk) of “00” voor toggle-bedrijf; de invoer wordt bevestigd met een lange signaaltoon Programmering opslaan (de rechter LED brandt weer groen) Stap 10: De activeringsduur voor relaisuitgang #2 wijzigen Zet het codeslot in de programmeermodus.
  • Pagina 41: Codeslot Gebruiken

    14.2 Codeslot gebruiken Na het voltooien van de in hoofdstuk 14.1 beschreven voorbeeldprogrammering is het codeslot klaar voor gebruik. De rechter LED van het codeslot brandt groen en geeft de normaal bedrijf aan. Het codeslot wacht op de invoer van een code.
  • Pagina 42: Problemen Oplossen

    15 Problemen oplossen Na een stroomuitval is het codeslot met de bestaande programmeringen weer klaar voor gebruik. Tijdens een stroomuitval werkt het codeslot echter niet; de uitgangen kunnen niet worden geactiveerd. Afhankelijk van het beoogde gebruik raden we aan om het codeslot om veiligheidsredenen (zoals bij een alarm- systeem) op een ononderbreekbare stroomvoorziening te gebruiken.
  • Pagina 43: Handleiding

    Storing Reden Oplossing Onbepaalde storingen of Zet het codeslot terug naar de fabrieksinstellingen (zie hoofdstuk 13.9) en voer de problemen herprogrammering uit. Schrijf alle programmeringen op, zodat u ze eventueel ongedaan kunt maken. Controleer de aansluitingen van het codeslot. 16 Handleiding Naast deze gedetailleerde handleiding kunt u het programmeeroverzicht en de beknopte handleiding in zes talen downloaden in onze downloadsectie als ze niet reeds bijgevoegd zijn.
  • Pagina 44: Verwijdering

    19 Conformiteitsverklaring (DOC) Bij deze verklaart Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit product voldoet aan de richtlijn 2014/53/EG. De volledige tekst van de EG-conformiteitsverklaring staat als download via het volgende internetadres ter beschikking: www.conrad.com/downloads...
  • Pagina 45: Technische Gegevens

    20 Technische gegevens 20.1 Stroomvoorziening Stroomvoorziening ......12 - 24 V/AC of DC Stroomverbruik ......Standby max. 30mA; max. 160 mA 20.2 Codeslot Aansluiting ........op de geïntegreerde schroefklemmen op het achterpaneel Geschikte transponder ....in de handel gebruikelijke EM-transponder voor frequentie 125 kHz Geheugenruimte ......
  • Pagina 46 Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden. De publicatie voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen.

Inhoudsopgave