b Plaats de pipetteernaald van de flessendop voor
elueermiddel A in het pak elueermiddel A. Draai de dop
goed vast.
LET OP:
Zet de flessendoppen met naald niet boven het
instrument op de pakken en de fles, maar ergens
anders. Anders kunt u vloeistof morsen en het
instrument beschadigen.
c Plaats het pak elueermiddel B en pak elueermiddel CV.
• Zie stappen 4-a en b.
d Plaats de fles hemolysespoeloplossing.
• Zie stappen 4-a en b.
e Controleer dat de doppen van de pakken elueermiddel en de fles hemolysespoeloplossing goed zijn
aangedraaid.
BELANGRIJK:
Als de dop los zit, kan dit leiden tot meer vloeistofcondensatie door verdamping, waardoor
onnauwkeurige meetresultaten worden verkregen.
5
Plaats de pakken en de fles op het flessenblad.
a Schik de buizen netjes om verdraaiing of verwarring te voorkomen.
b Plaats de pakken elueermiddel en de fles
hemolysespoeloplossing op het flessenblad.
• Plaats de pakken en de fles zoals rechts is aangegeven.
BELANGRIJK:
Plaats de pakken tussen de geleiders voor de
pakken elueermiddel.
c Geef de pakken elueermiddel een zodanige vorm dat ze goed blijven staan.
LET OP:
Elueermiddel wordt mogelijk niet volledig opgezogen wanneer het pak gebogen is of inklapt
tijdens een meting.
HA-8380V
-
1
18
Fles
hemolysespoeloplossing
Pak
elueermiddel A
Pak
elueermiddel
CV
Pak
elueermiddel
B