Technische Gegevens; Bedrijfsomstandigheden; Vereisten Voor Te Verpompen Vloeistof; Inlaatniveau En Installatiediepte - Grundfos UNILIFT CC 5 Installatie- En Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor UNILIFT CC 5:
- Installatie- en bedieningsinstructies (16 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (28 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
9. Technische gegevens
9.1 Bedrijfsomstandigheden
9.1.1 Debiet
Max.
opvoerhoogte
Pomptype
[m]
UNILIFT CC 5
UNILIFT CC 7
UNILIFT CC 9
Bij gebruik van de horizontale uitlaat
kunnen de prestaties met 5%
verminderen.
9.1.2 Temperatuur
Max. omgevingstemperatuur
Vloeistoftemperatuur
Bedrijfstemperatuur
Opslagtemperatuur
Thermische beveiliging
Thermische beveiliging
Pomptype
Uitschakelen bij temperatuur in
UNILIFT CC 5
UNILIFT CC 7
UNILIFT CC 9
Laat de pomp met tussenpozen van ten
minste 30 minuten gedurende niet langer
twee minuten op maximaal 70 °C draaien.
9.1.3 Vereisten voor te verpompen vloeistof
Te verpompen
Regenwater en grijs afvalwater
vloeistof
zonder lange vezels
pH-bereik
4-9 pH
Max.
∅10 mm
deeltjesgrootte
16
Max. debiet
3
[m
/u]
5
6
7
10
9
14
40 °C
0-40 °C
0-40 °C
-10 tot +50 °C
de wikkelingen van
160 °C
160 °C
140 °C
9.1.4 Inlaatniveau en installatiediepte
Min.
inlaatniveau
Pomptype
met zeef
[mm]
UNILIFT CC 5
20
UNILIFT CC 7
20
UNILIFT CC 9
20
Max.
installatiediepte
Pomptype
[m]
UNILIFT CC 5
2
UNILIFT CC 7
7
UNILIFT CC 9
Min. inlaatniveau
zonder zeef
[mm]
3
3
3
Kabellengte
[m]
5
10
Advertenties
Inhoudsopgave
