Installatie- en bedieningshandleiding
6.2
Montage
De montage moet worden uitgevoerd terwijl men de volgende beschermingsmiddelen draagt en nadat de
voorbereidende taken zijn voltooid.
Gereedschappen
•
Geen gereedschap nodig
Selecteer en richt de installatieplaats in volgens de specificaties in hoofdstuk "4.8
1.
Montageomstandigheden" op pagina 44.
De persluchttoevoerleiding, condensaatverzamelleiding, koelwaterleiding die door de klant
2.
wordt geleverd, moet drukloos zijn en beveiligd tegen onbedoelde drukopbouw.
3.
Zorg ervoor dat u de benodigde gereedschappen en materialen bij de hand hebt.
Bereid de benodigde verbindingsmaterialen voor die geschikt zijn voor het druk- en
4.
temperatuurbereik.
5.
Controleer het product op beschadigingen en gebruik onbeschadigde producten.
6.
Hoofdstuk "4.7 Verbindingen" op pagina 42 moet worden gelezen en toegepast.
Lijn het product zo uit dat de gebruikersinterface zichtbaar is en verbindingselementen
1.
toegankelijk zijn.
2.
Bevestig het product indien nodig aan de vloer.
3.
Perslucht: sluit de flensverbinding aan op de persluchtleiding.
4.
Koelwater, watergekoelde modellen: sluit de schroefverbinding aan op de koelwaterleiding.
5.
Condensaatafvoer: sluit de condensaatafvoerslang aan op de afvoerverzamelleiding.
6.
Installeer zo nodig een stootbescherming.
50 | 124
Vereisten
Materiaal
•
Geen materiaal nodig
Voorbereidende taken
Montage
DRYPOINT
Beschermingsmiddelen
®
RA III