Condensol 1 V 24 R - Condensol 1 V 34 R
2.14.9. Twee verwarmingskringen configureren
[Kit 2de omloop, regelschroef (019119)
- Radiatoren en vloerverwarming
Buitenvoeler
-
Controleer de aansluiting van de buitenvoeler (fig. 23).
-
Controleer de aansluiting van de omgevingsvoeler* QAA73 of van de eventuele
kamerthermostaat (fig. 23).
-
Controleer de aanwezigheid van eventuele shunts.
-
Controleer de aansluiting van de circulatiepompen (fig. 23)..
Omloop 1: Kring radiatoren
Omloop 2: Vloerverwarming
-
Kies de helling van de verwarmingscurve volgens de methode die beschreven wordt
in de paragraaf "Regeling van de verwarmingscurve", zie figuur 29 bladzijde 31.
Opmerkingen
Kies een curve waarvan de vertrektemperatuur lager is dan 80°C.
Hellingen die op 15 geregeld zijn voldoen normaal gezien voor de meeste installaties.
Met ruimtevoeler QAA73
F
V o e r d e r e g e l i n g v a n d e p a r a m e t e r s
rechtstreeks uit op de omgevingsvoeler
QAA73.
-
De stookcurve van de kring 1 te regelen, lijn 70
(voorbeeld: 15)
-
Regel de helling van de verwarmingscurve van kring
2, lijn 80, op dezelfde waarde als die van kring 1
(voorbeeld: 15).
-
Programmeer de uren van de verwarmingsperiodes.
Omloop 1: lijn 10 tot 16
Omloop 2: lijn 20 tot 26
[Programmeer de uren van de verwarmingsperiodes
zonder verlaagde modus.
of
[Programmeer de uren van de verwarmingsperiodes
r e k e n i n g h o u d e n d m e t d e t r a a g h e i d v a n d e
vloerverwarming.
•
Omschakelingtemperatuur zomer/winter
(lijn H 516 op de verwarmingsketel)
-
regel op 30 °C om de functie desactiveren.
*Ruimtevoeler : Vermijdt directe warmtebronnen
(open haard, televisie, fornuizen), zones met frisse
luchtstromen (ventilatie, deur) en buiten muren.
36
SIEMENS
SIEMENS
REV 12
REV 12
Kamerthermostaat
Voeler QAA73
Thermische beveiliging vloerverwarming
Zonder ruimtevoeler QAA73
(Met of zonder kamerthermostaat)
F
Voer de regelingen van de parameters uit op het
controlebord.
De stookcurvevan de kring 1 te regelen, lijn H 532
(voorbeeld: 15)
Regel de helling van de verwarmingscurve van kring 2,
lijn H 533, op dezelfde waarde als die van kring 1
(voorbeeld: 15).
Programmeer de uren** van de verwarmingsperiodes,
lijn P 11 tot P 16
•
Met programmeerbare kamerthermostaat
-
I n g e v a l v a n e e n k a m e r t h e r m o s t a a t m e t
programmeerklok, de ketel instellen op het permanent
"comfort" regime (lijn 11 op 0, lijn 12 op 24:00).
-
Programmeer de uren** van de verwarmingsperiodes
op de kamerthermostaat.
•
Zonder kamerthermostaat
-
Ve r h o o g
omgevingstemperatuur, lijn P 5.
**[Programmeer de uren van de verwarmingsperiodes
zonder verlaagde modus.
O F
[ P r o g r a m m e e r
verwarmingsperiodes rekening houdend met de
traagheid van de vloerverwarming.
d e
i n s t e l l i n g
v a n
d e
u r e n
Gebruiksaanwijzing "1239"
d e
b e p e r k t e
v a n
d e