Inhoudsopgave
Advertenties
Condensol 1 V 24 R - Condensol 1 V 34 R
2.10. Elektrische aansluitingen
De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden
volgens de voorschriften van het Algemene Reglement
voor de Elektrische Installaties (A.R.E.I.).
De elektrische aansluitingen zullen uitgevoerd worden
wanneer alle andere montageoperaties uitgevoerd zijn
(vasthechten, aansluiten,....enz.).
De draadklemmen gebruiken om iedere toevallige
uitschakeling te vermijden.
De elektrische uitrusting van de ketel moet op de
aarding aangesloten worden.
Het is aanbevolen van de elektrische installatie uit te
rusten met een differentiële bescherming van 30 mA.
De aansluiklemmen bevinden zich op klemmenstroken
aan de achterkant van het kontrolebord.
Toegang tot de klemmenstrook:
-
Neem de voorwand van de ketel af en schroef de moer
op de behuizing van het bord los.
De aansluitingen uitvoeren volgens de schema's fig. 20
tot 24.
Electrische voeding:
Gebruiksspanning 230V ~ 50 HZ, Aarde minder dan 30
ohms
Faze beschermd door een smeltzekering van 5A.
Aansluiten op de met de ketel geleverde kabel. Aarding
(groen/geel), neutraal (blauw) en fase (bruin).
F
Het is noodzakelijk de polariteit faze-neutraal te
eerbiedigen bij gelegenheid van de elektrische
aansluiting.
Gebruik een soepele kabel van 3 x 0,75 mm
van het type H05VV-F.
Gebruiksaanwijzing "1239"
5
6
4
1 - Elektronische doos
2 - Display
3 - Elektronische kaart ACI
4 - Klemmenstrook (1 omloop)
4 en 5 - Klemmenstrook (2 omlopen)
6 -
Elektronische module
7 - Smeltzekering op fase
8 - Smeltzekering op neutraal
Figuur 19 - Toegang tot de klemmenstrook
2
minimum
3
1
7
2
8
AGU
23
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
