1.
Plaats het apparaat op een verticale en
stevige ondergrond. Gebruik een waterpas bij
het plaatsen van het apparaat.
2.
Plaats het apparaat op een minimale afstand
(Afbeelding 11) van:
•
30 cm van de zijwanden;
•
30 cm van het plafond;
•
20 cm van de vloer;
•
100 cm vrije ruimte aan de voorkant.
3.
Monteer het apparaat niet:
•
direct onder een stopcontact;
•
op een plafond of dak.
4.
Plaats de beugel tegen de muur en teken de
vier gaten af (Afbeelding 12, pos. 1). Zorg
ervoor dat de beugel rechtop staat (zie het
etiket "This side up" op de beugel).
5.
Boor vier gaten van 10 mm op de
gemarkeerde plaatsen
(Afbeelding 12, pos. 1).
6.
Schroef de beugel stevig aan de muur vast
met de verankeringsbouten.
7.
Draai de beugel (Afbeelding 12, pos. 2) aan de
muur vast met de vier moeren
(Afbeelding 12, pos. 3).
8.
Sluit, indien van toepassing, de externe temperatuursensor aan op de achterkant van het
apparaat.
12
Afbeelding 11
Afbeelding 12