de bloedsomloopstatus en de juiste uitlijning.
Voor het aansluiten van de patiënt op de monitor zijn de volgende stappen nodig:
1. Kies de sensor.
2. Controleer de sensor en de oximetriekabel.
3. Reinig of desinfecteer de sensor als u het herbruikbare type gebruikt
(wegwerpsensoren zijn voor gebruik bij één patiënt en hoeven niet gereinigd of
gedesinfecteerd te worden).
4. Bevestig de sensor aan de patiënt.
4.4.1 De sensor kiezen
WAARSCHUWING!
gebruiksaanwijzing van de sensor, inclusief alle
waarschuwingen, voorzorgsmaatregelen en instructies.
Kies de juiste sensor uit de volgende tabel.
PATIËNT
Volwassen
>45 kg
Pediatrisch
15-45 kg
Neonaat<3Kg
(alleen voor
steekproefsgewijze
controle)
4.4.2 Zorg voor en behandeling van de sensor
WAARSCHUWING!
de sensor en kabel kan leiden tot beschadiging van de
sensor. Dit kan leiden tot onnauwkeurige meetwaarden.
Houd de connector vast in plaats van de kabel wanneer u de sensor aansluit op of
loskoppelt van het apparaat zoals getoond in Figuur 4.2.
Handheld Pulsoxymeter Bedieningshandleiding
Lees voor gebruik aandachtig de
SITE
Vinger
Vinger of teen
Oor
Vinger
Vinger of teen
Oor
Hand of voet
Voet
Verkeerd gebruik of onjuiste behandeling van
Hoofdstuk 4: Bedieningsinstructies
BESCHRIJVING
Sensor, volwassene (herbruikbaar)
Sensor, Wegwerp, Volwassen vinger
Sensor, Oor (herbruikbaar)
Sensor, Pediatrisch (herbruikbaar)
Sensor, wegwerp, ped. vinger
Sensor, Oor (herbruikbaar)
Sensor, Wegwerp, Neonaat
Sensor, Wikkel. Neonaat
(herbruikbaar)
4-3