3
Installatievoorbereiding
3.1
Transport
De warmtepomp moet altijd rechtop worden getransporteerd en opge-
slagen. De warmtepomp mag tijdelijk worden gekanteld onder ≤ 45°,
maar niet plat worden gelegd.
De warmtepomp mag niet worden opgeslagen bij temperaturen onder
-30 °C of boven +60 °C.
De warmtepomp moet zodanig worden opgeslagen dat deze niet mecha-
nisch kan worden beschadigd en is beschermd tegen regen/water.
VOORZICHTIG
Gevaar voor corrosie!
Corrosie kan vooral op de condensor en de verdamperlamellen storin-
gen veroorzaken of inefficiënt werken van het product tot gevolg heb-
ben.
▶ Plaats de buitenunit niet in een bereik, waar corrosieve, bijvoorbeeld
zure of basische, gassen optreden.
▶ Stel het product zodanig op, dat tegen directe zeewind (zoute wind)
is beschermd.
▶ Stel de buitenunit niet op in de directe omgeving aan de zee, maar
houd een minimale afstand van 500 m aan. In Frankrijk en Ierland is
de benodigde afstand tot de zee 1000 m.
3.2
Uitpakken
▶ Verwijder de verpakking overeenkomstig de instructie op de verpak-
king.
▶ Pak de meegeleverde accessoires uit.
▶ Controleer de leveringsomvang op volledigheid.
3.3
Dak opstelling
VOORZICHTIG
Plaatsen een warmtepomp niet een corrosieve omgeving (bijvoor-
beeld veehouderij of industrie)
Dit kan leiden tot meer onderhoud of een verkorte levensduur
▶ Het plaatsen de warmtepomp bij voorkeur niet in een gebied met veel
stof en andere vervuiling.
▶ Plaats de warmtepomp bij voorkeur niet onder een boom
• Laat altijd een constructie tekening en berekening maken van de op-
stelling van de warmtepomp. Een document met belastingtabellen is
op de professioneel.nefit-bosch.nl te vinden.
• Let op bij de opstelling van de warmtepomp dat de bereikbaarheid
voor onderhoudswerkzaamheden op elk moment gegarandeerd is.
Als de toegang bijvoorbeeld bij een installatie op het dak beperkt is,
denk daarbij aan zonnepanelen of een zonneboiler, moeten er
passen-de maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat
het onder-houd zonder extra tijd of dure hulpmiddelen kan worden
uitgevoerd. Het advies is een vrije ruimte aan te houden van 50cm
meter.
• Let bij de opstelling op de geluidsoverdracht van de warmtepomp,
vooral met het oog op eventuele geluidsoverlast voor buren.
• De warmtepomp indien mogelijk niet bij geluidsgevoelige ruimten
opstellen.
• Controleer het geluidsdruk niveau op de opstellingsplaats met be-
hulp van de rekentool van het bouwbesluit. De rekentool is gratis be-
schikbaar op de website van rijksoverheid (rekentool geluid van
buiten opgestelde installaties voor warmte- en koude op wekking).
• Stel de warmtepomp niet op in een hoek, waar deze aan 3 zijden is
omgeven door muren. Dit kan leiden tot een verhoogd geluidsniveau.
Compress 5800i AWR – 6721831580 2024/08
• Houd ook rekening met eventuele zonnepanelen of zonnecollectors
of ander objecten.
• Bij opstelling op een dak niet dichtbij een gebouw plaatsen, laat altijd
50cm ruimte voor installatie- en onderhoudstoegang:
• Houd rekening met toegankelijkheid vanaf de straat voor hijs of ser-
vice toegang (hoogwerker of kraan).
50cm
Afb. 6
Vrijstaande warmtepomp
• Om vervuiling en onderhoud van de unit te minimaliseren wordt ge-
adviseerd de warmtepomp bij voorkeur niet onder een boom te plaat-
sen.
• Stel de warmtepomp zodanig op, dat geen sneeuw of water vanaf een
bovenliggend dak in en op de warmtepomp kan glijden of druipen.
• Houd rekening met toegankelijkheid vanaf de straat voor hijs of ser-
vice toegang (hoogwerker of kraan).
Afb. 7
Opstelling met bovenliggend dak
Installatievoorbereiding
10042554-001
10051381-001
9