Toelichting bij de symbolen en veiligheidsinstructies
▶ Let op dat koudemiddel reukloos kan zijn.
▶ De leidinginstallatie tussen buitenunit en binnenunit moet zo kort
mogelijk zijn.
▶ Houd nationale gasvoorschriften aan.
▶ Mechanische aansluitingen op de binnenunit moeten toegankelijk
zijn voor onderhoudsdoeleinden.
▶ Bescherm toestellen, leidingwerk en fittingen tegen omgevingsin-
vloeden zoals gevaar van water dat zich ophoopt en bevriest in de af-
voerbuizen of verzamelen van vuil.
▶ Voor informatie over de maximale koudemiddelhoeveelheid, instruc-
ties betreffende het bijvullen van koudemiddel en informatie over de
handling, installatie, reiniging en het afvoeren van het koelsysteem,
zie de installatie-instructie van de buitenunit.
▶ Houd de aanbevelingen van de fabrikant aan voor wat betreft het on-
derhoud.
▶ De eenheid moet worden opgeslagen op een passende locatie om
mechanische schade te voorkomen.
▶ De eenheid moet worden geïnstalleerd, onderhouden, gerepareerd
en gedemonteerd conform de installatie-instructie door een gekwali-
ficeerd installateur of servicemonteur. Alleen gekwalificeerd perso-
neel kan verzegelde onderdelen openen, behandelen, vullen,
aftappen en koudemiddel afvoeren.
HGevaar voor brand of explosie van ontvlambare gassen
Het product bevat het ontvlambare koudemiddel R290. Als er een lek
optreedt, kan het koudemiddel door vermenging met lucht een brand-
baar gas vormen. Er bestaat gevaar voor brand en explosie.
▶ Gebruik bij werkzaamheden aan het geopende product een gasde-
tector om er zeker van te zijn dat er geen lekkage is. De detector moet
gekalibreerd zijn voor R290 en ingesteld op ≤ 25% van het laagste
vlampunt.
▶ Zorg ervoor dat er geen ontstekingsbronnen in de buurt van het pro-
duct zijn.
▶ Als een R290 gas lek gedetecteerd wordt, neem contact op met een
R290 gekwalificeerd technicus.
▶ Houd tijdens de installatie rekening met de minimale geadviseerde
afstanden tot de warmtepomp m.b.t. openingen van de woning en
mogelijke ontstekingszones zoals aangegeven in deze handleiding
Veiligheidszone pagina 7.
HLekdetectie koudemiddel
Potentiële ontstekingsbronnen mogen niet worden gebruikt voor het de-
tecteren van koudemiddellekkage. Een halogeentoorts (of een andere
detector met open vlam) mag niet worden gebruikt.
Elektronische lekdetectors kunnen worden gebruikt met de juiste kali-
bratie. Lekdetectie-apparatuur moet worden ingesteld op een percenta-
ge van de LFL van het koudemiddel en worden gekalibreerd conform het
aanwezige koudemiddel. Waarborg het juiste percentage gas (25%
maximum).
Vloeistoflekdetectoren (zoals de methode met luchtbellen of fluoresce-
rende middelen) kunnen ook worden gebruikt. Echter vloeistofdetecto-
ren die chloor bevatten mogen niet worden gebruikt omdat deze
koperen buis aantasten.
Wanneer voor herstel van de lekkage soldeerwerkzaamheden nodig zijn,
moet al het koudemiddel vooraf worden verwijderd of geïsoleerd.
HElektrotechnische werkzaamheden
Laat elektrotechnische werkzaamheden alleen door een elektrotech-
nisch installateur uitvoeren.
Vóór de werkzaamheden aan de elektrische installatie:
▶ Schakel de netspanning over alle polen vrij en borg deze tegen herin-
schakelen.
▶ Zorg ervoor, dat het toestel geheel spanningsloos is.
▶ Houd de aansluitschema's van de overige installatiedelen ook aan.
4
HAansluiting op de voedingsspanning
Er moet een voorziening worden opgenomen om de eenheid veilig van
de voedingsspanning los te koppelen.
▶ Installeer een categorie III veiligheids/werkschakelaar, die alle polen
van de voedingsspanning scheidt.
HDraagkracht van het dak
▶ Het product alleen op een dak met voldoende draagkracht monteren.
▶ Advies is om een bouwkundig ingenieur te raadplegen.
▶ Houd voor een correcte installatie alle geldende nationale en regiona-
le voorschriften, bouwbesluiten, technische regelingen en richtlijnen
aan.
HWerkzaamheden op het dak
Indien de maatregelen voor ongevallenpreventie niet in acht genomen
worden, bestaat bij werkzaamheden op het dak valgevaar.
▶ Wanneer er geen algemene valbeveiliging aanwezig is, moet per-
soonlijke beschermingskleding en beschermingsuitrusting gedragen
worden.
▶ Respecteer de ongevallenpreventievoorschriften.
HOverdracht aan de eigenaar
Instrueer de gebruiker bij de overdracht over de bediening en gebruiks-
voorwaarden van de cv-installatie.
▶ Leg de bediening van de installatie uit – besteed daarbij vooral aan-
dacht aan alle veiligheidsrelevante handelingen.
▶ Wijs erop, dat ombouw of reparatie alleen door een erkend installa-
teur mogen worden uitgevoerd.
▶ Wijs op de noodzaak van inspectie en onderhoud voor de garantie
van een veilig en milieuvriendelijk bedrijf.
▶ Geef de installatie- en onderhoudsinstructie door.
▶ Wijs erop dat het plaatsen van een toekomstig dakraam of ventilatie-
opening niet binnen de aangeven grenzen rondom de warmtepomp is
toegestaan.
▶ Wijs erop dat bij het plaatsen van toekomstige zonnepanelen vol-
doende ruimte wordt over gelaten rondom de warmtepomp t.b.v ser-
vice 2.9.1 pagina 8.
▶ Wijs erop dat bij het aansluiten van een mechanisch ventilatie sys-
teem op de warmtepomp, deze bijdraagt aan het algehele geluidsni-
veau.
Compress 5800i AWR – 6721831580 2024/08