5.2
Maandelijkse visuele controles
5.2.1
Leidingen / kabelschroefverbindingen
Sleepleiding, voedingsleiding en besturingsleidingen controleren op
beschadiging.
Controle:
• Sleepleiding controleren op 'kurkentrekkervorming'.
• Alle leidingen controleren op beschadigingen aan de isolatie
(scheuren, opengesprongen of poreuze plekken etc.).
• Doorvoeren kantbescherming en bevestigingen (gelegde leidingen)
controleren.
• Kabelschroefverbindingen en knikbeschermingen controleren op
beschadigingen (dichtheid, scheuren, poreuze plekken etc.).
5.2.2
Commando-apparaten, eindschakelaars en sensoren
Controle:
• Stofkappen, knopschakelaars, draaischakelaars en
tuimelschakelaars controleren op beschadigingen.
• Behuizingen, activeringshendels en rollen van eindschakelaars
controleren op beschadigingen en volledigheid.
• Behuizingen, afstanden en bevestiging van sensoren controleren op
beschadigingen en vast zitten.
• Ophoping van smeermiddel verwijderen.
5.2.3
Looprollen / geleiderollen
Controle:
• Rollen controleren op afbladderingen, groef-/ scheurvorming en
putvorming.
Geen enkele rol mag beschadigd zijn.
Bedrijfshandleiding
47 / 64
BL081 NL uitgave 01.2018