Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Benodigde Ruimte Op Het Dak; Beveiliging Tegen Blikseminslag; Benodigde Gereedschappen En Materialen; Montagevolgorde - Nefit SCM3 Installatie- En Onderhoudsinstructies

Vlakke collector voor zonnethermische systemen
Inhoudsopgave

Advertenties

5.3

Benodigde ruimte op het dak

GEVAAR: Levensgevaar door collectoren, die niet be-
stand zijn tegen de wind- en stromingspieken.
▶ Minimale afstand tot de rand van het dak aanhouden
(maat a).
a
E
a a
a a
6720640298.18-1.ST
6720640298.18-1.ST
Afb. 19
• Maat a: beide formules zijn mogelijk. De kleinere waarde kan worden
gebruikt.
• Maat A en B:  tab. 10
• Maat C: minimaal twee rijen dakpannen tot de nok/schoorsteen.
• Maat D: minimaal 0,5 m voor de aanvoer rechts of links naast het col-
lectorveld.
• Maat E: komt overeen met 1,9 m (type horizontaal: 1,0 m) en is de
minimumafstand van bovenkant collector tot de onderste profielrail,
die eerst wordt gemonteerd.
• Maat F: wanneer een ontluchter op het dak nodig is, minimaal
0,4 m voor de aanvoer.
Aantal
collectoren
Maat A
1
1,18 m
2
2,38 m
3
3,58 m
4
4,78 m
5
5,98 m
6
7,18 m
7
8,38 m
8
9,58 m
9
10,78 m
10
11,98 m
Tabel 10 Benodigde ruimte voor type verticaal en horizontaal
SCM3 • 6 720 806 154 (2013/03)
h
a =
10
b
b
a = b
10
C
F
h
a a
Maat B
Maat A
Maat B
2,17 m
2,17 m
1,18 m
2,17 m
4,37 m
1,18 m
2,17 m
6,56 m
1,18 m
2,17 m
8,76 m
1,18 m
2,17 m
10,95 m
1,18 m
2,17 m
13,15 m
1,18 m
2,17 m
15,34 m
1,18 m
2,17 m
17,54 m
1,18 m
2,17 m
19,73 m
1,18 m
2,17 m
21,93 m
1,18 m

Montage van de dakbevestiging

5.4

Beveiliging tegen blikseminslag

▶ Conform de regionale voorschriften controleren, of een bliksembevei-
ligingsinstallatie nodig is.
Vaak wordt een bliksembeveiliging bijv. voor gebouwen voorgeschre-
ven, die hoger zijn dan 20 m.
▶ Installatie van een bliksembeveiliging laten uitvoeren door een elek-
trotechnisch installateur.
▶ Wanneer een bliksembeveiligingsinstallatie aanwezig is, de koppeling
van de zonne-installatie op dit systeem controleren.
5.5

Benodigde gereedschappen en materialen

• Steeksleutel 27 en 30 mm voor de aansluiting van de leiding
• Steeksleutel 24 en 37 voor de verbindingsset (2 rijen, accessoires)
• Steeksleutel 19 mm voor stokschroeven
• Houtboor Ø 6 mm en metaalboor 13 mm voor stokschroeven
• Haakse slijper bij bedekking met leipannen
• Waterpas
• Metselkoord
• Ontluchtingspan of antennedoorgangen
• Materiaal voor isolatie van de leidingen
Voor de montage van de montageset en de aansluitset is
alleen de inbussleutel 5 mm van de aansluitset nodig.
5.6

Montagevolgorde

1. Bepaal de afstanden voor dakverbindingen.
2. Monteer de dakverbindingen.
3. Monteer de profielrail en de afglijbeveiliging.
4. Monteer de collectoren en collectorsensoren.
5. Sluit de leidingen aan op de collectoren.
6
Montage van de dakbevestiging
GEVAAR: Voor valpartijen!
▶ Bij alle werkzaamheden op het dak beveiligen tegen
vallen.
▶ Wanneer geen onafhankelijk valbeveiliging aanwezig
is, persoonlijke beschermingsuitrusting dragen.
Afhankelijk van de dakbedekking wordt de dakverbinding met verschil-
lende dakhaken of stokschroeven uitgevoerd.
▶ Voor een betere begaanbaarheid van het dak een dakdekkerladder
gebruiken en/of afzonderlijke dakpannen omhoog schuiven.
▶ Gebroken dakpannen, leipannen, platen enz. verwijderen en vervan-
gen.
6
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave