6. Controle en onderhoud
6.4
Ontluchting van de installatie
T000184-A
T000185-A
3
1
41
De eventueel in het apparaat, de leidingen of de kranen aanwezige
lucht moet verwijderd worden, om storende geluiden te voorkomen
die tijdens het verwarmen of tappen van water kunnen ontstaan. Ga
hiervoor als volgt te werk:
1. Open de kranen van alle op de installatie aangesloten radiatoren.
T000181-B
2. Stel de richtwaarde van de verwarming op een zo hoog mogelijke
temperatuur in.
3. Wacht tot de radiatoren warm zijn.
4. Zet de ketel uit.
5. Wacht ongeveer 10 minuten tot de radiatoren koud aanvoelen.
6. Ontlucht de radiatoren. Werk van beneden naar boven.
5
4
2
T000854-A
GMR 5045 CondensGMR 5065 CondensGMR 5090
CondensGMR 5115 Condens
270810 - 124804-AA