GMR 5045 CondensGMR 5065 CondensGMR 5090
CondensGMR 5115 Condens
1x
C003053-A
5.4
Uitschakeling van de installatie
5.5
Vorstbeveiliging
270810 - 124804-AA
1. Druk 1 maal op de toets r .
2. Het symbool r en de actuele temperatuur verschijnt (de
temperatuur knippert, bijvoorbeeld 60 °C).
3. Verander de waarde door op de toetsen [-] of [+] te drukken. In dit
voorbeeld met de toets [-] naar 55 °C.
4. Druk om te bevestigen op de toets S .
OPGELET
Maak de ketel niet spanningloos. Indien het centrale
verwarmingssysteem een lange periode niet gebruikt
wordt, is het aan te raden de VAKANTIE-modus in te
schakelen.
Als het cv-water in de ketel te ver in temperatuur daalt, treedt de
ingebouwde ketelbeveiliging in werking. Deze werkt als volgt:
4 Bij een watertemperatuur lager dan 7°C schakelt de ketelpomp in.
4 Bij een watertemperatuur lager dan 4°C schakelt de ketel in.
4 Bij een watertemperatuur hoger dan 10°C schakelt de ketel uit en
de circulatiepomp draait na.
OPGELET
De vorstbeveiliging werkt niet als de ketel buiten
4
bedrijf is.
De ketelbeveiliging is slechts een beveiliging voor de
4
ketel en niet voor de installatie. Stel voor de
beveiliging van de installatie het apparaat in op de
VAKANTIE-modus.
Met het bedieningspaneel OE-control is de modus
VAKANTIE uitsluitend beschikbaar indien een
omgevingsvoeler op de ketel is aangesloten.
De VAKANTIE-modus beschermt:
4 De installatie bij een buitentemperatuur onder 3 °C
(standaardinstelling).
4 De kamertemperatuur indien een afstandsbediening is
aangesloten en indien de kamertemperatuur lager dan 6 °C is
(standaardinstelling).
4 De SWW-boiler indien de temperatuur van de boiler lager
dan 4 °C is (het water wordt verwarmd op 10 °C).
Voor het configureren van de vakantiemodus: ¼ Zie hoofdstuk:
"Selecteer de werkingsmodus", pagina 21.
5. Gebruik van het apparaat - OE-control
36