Kalibratie
De camera's voor de zichtsystemen die op de drone zijn geïnstalleerd, zijn in de fabriek
gekalibreerd. Als de drone een botsing veroorzaakt of als de werktemperatuur aanzienlijk is
gewijzigd, kan het nodig zijn om het toestel te kalibreren via DJI Assistant 2 (Enterprise-serie).
Sluit de drone aan op een computer en kalibreer de camera's van het zichtsysteem wanneer dit
wordt gevraagd in DJI Pilot 2.
1. Zet de drone aan.
2. Sluit de drone en de pc aan met een USB-C-kabel.
3. Start DJI Assistant 2 (Enterprise-serie) en log in met een DJI-account.
4. Klik op M350 RTK en de kalibratieknop.
5. Volg de instructies van DJI Assistant 2 (Matrice-serie) om de kalibratie van de afstandsbediening
te starten. Zorg ervoor dat het touchscreen van de afstandsbediening geen licht weerkaatst
voordat u gaat kalibreren. Richt het kalibratiepictogram op het zichtsysteem en kalibreer de
zichtsystemen voor zes richtingen volgens de instructies.
• Schakel de USB-C-kabel NIET uit en haal de stekker niet uit het stopcontact na de
kalibratie. Wacht op de berekening van de data.
Het zichtsysteem gebruiken
Het zichtsysteem maakt het mogelijk om binnenshuis of in omgevingen waar geen GNSS-signaal
beschikbaar is, nauwkeurig te zweven.
Wanneer het GNSS-signaal beschikbaar is, biedt het zichtsysteem aanvullende informatie voor
het verbeteren van de nauwkeurigheid van de positiebepaling van drones. Het zichtsysteem
werkt goed binnen 30 m van de grond en horizontaal 20 m van een muur of andere objecten
naar de zijkant, de oppervlakken moeten duidelijke patronen en voldoende verlichting hebben.
MATRICE 350 RTK Gebruikershandleiding
20 m
20 m
30 m
©
2023 DJI Alle rechten voorbehouden.
19