Knipperend bij 24V (0x17)
Elektrisch slot 1 (0x07)
Elektrische vergrendeling 1 (0x09)
Zuignap 1 (0x0b)
Gebruikerslicht (0x06)
Radiokanaal 1 (0x0f)
Radiokanaal 2 (0x10)
Radiokanaal 3 (0x11)
Radiokanaal 4 (0x12)
uitgang 1 (flash)
Voor deze uitgang is het mogelijk één van de functies te kiezen die beschreven zijn in Tabel 2.
lampje knippert gedurende de uitvoering van de volledige manoeuvre = aantal
manoeuvres tussen '80 en 100%;
lampje knippert altijd = aantal manoeuvres meer dan 100%.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL1 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Dankzij deze functie kan het controlelampje door regelmatig knipperen (0,5
seconde aan, 0,5 seconde uit) aangeven dat de automatisering bezig is met
het uitvoeren van een manoeuvre.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL2 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Wanneer deze functie geprogrammeerd is zal, wanneer de openingsmanoeu-
vre wordt uitgevoerd, het elektrische slot geactiveerd worden gedurende de
tijd die geprogrammeerd is in de functie "tijd elektrisch slot - configuratie uit-
gangen".
Men gebruikt de uitgang OUT-TL2 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Wanneer deze functie geprogrammeerd is zal, wanneer de openingsmanoeu-
vre wordt uitgevoerd, het elektrische slot geactiveerd worden gedurende de
tijd die geprogrammeerd is in de functie "tijd elektrisch slot - configuratie uit-
gangen".
Men gebruikt de uitgang OUT-TL2 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Wanneer deze functie geprogrammeerd is, zal de zuignap actief worden wan-
neer de applicatie zich in de positie van maximale sluiting bevindt. Opmerking
– In alle andere situaties is de zuignap gedeactiveerd. Wanneer de zuignap
gedeactiveerd wordt, zal, voordat er een openingsmanoeuvre begint, de tijd
worden afgeteld die gepro-grammeerd is in de functie "tijd zuignap - configu-
ratie uitgan¬gen" die het begin van de manoeuvre vertraagt.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL2 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Deze functie is van het type ON/OFF. Belangrijk – Aangezien het licht niet
bestuurd wordt door een timer, wordt om veiligheidsredenen aangeraden een
geschikte lamp te gebruiken, die de warmte van het uitgestraalde licht goed
verdraagt.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL3 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Bij verzending van een instructie met de zender wordt deze uitgang geacti-
veerd. Deze modus is nuttig wanneer er in dezelfde installatie externe inrich-
tingen geïnstal-leerd worden (bijvoorbeeld een hulplicht), die met één enkele
zender bestuurd moeten worden. WAARSCHUWING – Als in de ontvanger
van de besturingseenheid dit radiokanaal niet vrij is omdat het eerder in het
geheugen werd opgeslagen met een instructie, zal de besturingseenheid bij
activering van het kanaal met de zender uitsluitend de geprogrammeerde uit-
gang activeren en de instructie naar de motor toe negeren.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL3 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Bij verzending van een instructie met de zender wordt deze uitgang geacti-
veerd. Deze modus is nuttig wanneer er in dezelfde installatie externe inrich-
tingen geïnstal-leerd worden (bijvoorbeeld een hulplicht), die met één enkele
zender bestuurd moeten worden. WAARSCHUWING – Als in de ontvanger
van de besturingseenheid dit radiokanaal niet vrij is omdat het eerder in het
geheugen werd opgeslagen met een instructie, zal de besturingseenheid bij
activering van het kanaal met de zender uitsluitend de geprogrammeerde uit-
gang activeren en de instructie naar de motor toe negeren.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL3 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Bij verzending van een instructie met de zender wordt deze uitgang geacti-
veerd. Deze modus is nuttig wanneer er in dezelfde installatie externe inrich-
tingen geïnstal-leerd worden (bijvoorbeeld een hulplicht), die met één enkele
zender bestuurd moeten worden. WAARSCHUWING – Als in de ontvanger
van de besturingseenheid dit radiokanaal niet vrij is omdat het eerder in het
geheugen werd opgeslagen met een instructie, zal de besturingseenheid bij
activering van het kanaal met de zender uitsluitend de geprogrammeerde uit-
gang activeren en de instructie naar de motor toe negeren.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL3 bij 24 Vcc / max. 5 W.
Bij verzending van een instructie met de zender wordt deze uitgang geacti-
veerd. Deze modus is nuttig wanneer er in dezelfde installatie externe inrich-
tingen geïnstal-leerd worden (bijvoorbeeld een hulplicht), die met één enkele
zender bestuurd moeten worden. WAARSCHUWING – Als in de ontvanger
van de besturingseenheid dit radiokanaal niet vrij is omdat het eerder in het
geheugen werd opgeslagen met een instructie, zal de besturingseenheid bij
activering van het kanaal met de zender uitsluitend de geprogrammeerde uit-
gang activeren en de instructie naar de motor toe negeren.
Men gebruikt de uitgang OUT-TL3 bij 24 Vcc / max. 5 W.