E: Leidingen tussen koelmiddelaftakset en binnenunit
RXYQQ8~20U7Y1B
VRV IV Q+-reeks warmtepomp
4P546229-1B – 2024.03
Capaciteitsinde
x binnenunit
Standaard
640≤x<920
34,9
≥920
41,3
(a)
Ø25,4 van toepassing wanneer 290≤x≤420, indien lokaal beschikbaar.
Voorbeeld:
▪
Stroomafwaartse capaciteit voor E=capaciteitsindex van unit 1
▪
Stroomafwaartse capaciteit voor D=capaciteitsindex van unit 1+capaciteitsindex
van unit 2
De leidingdiameter voor directe aansluiting op de binnenunit moet dezelfde zijn als
de diameter voor de aansluitleiding van de binnenunit.
Capaciteitsinde
x binnenunit
Standaard
15~50
12,7
63, 80
15,9
100~140
200
19,1
250
22,2
▪
Wanneer de equivalente leidinglengte tussen de buiten- en de binnenunits 90 m
of meer bedraagt, moeten dikkere hoofdleidingen (zowel gaszijdig als
vloeistofzijdig) worden gebruikt. Afhankelijk van de lengte van de leiding kan de
capaciteit afnemen. Maar zelfs in een dergelijk geval moet de maat van de
hoofdleidingen worden vergroot. Meer specificaties vindt u in de technische
data.
a
b
a Buitenunit
b Hoofdleidingen (vergroot bij een equivalente leidinglengte van ≥90 m)
c Eerste koelmiddelaftakkit
d Leidingen tussen koelmiddelaftakset en binnenunit
e Binnenunit
HP-klasse
8
10
17
Installatie van de leidingen
|
Leidingmaat (buitendiameter) (mm)
Gasleiding
Max.
54,1
Leidingmaat (buitendiameter) (mm)
Gasleiding
Max.
15,9
19,1
25,4
28,6
e
d
c
Vergroot
Leidingmaat (buitendiameter) (mm)
Gasleiding
19,1 → 22,2
(a)
22,2 → 25,4
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Vloeistofleiding
Standaard
Max.
19,1
22,2
Vloeistofleiding
Standaard
Max.
6,4
9,5
9,5
12,7
Vloeistofleiding
9,5 → 12,7
75