Overdrukbewaking; Externe Explosiebeveiliging; Overzicht; Voorspoelfase - Siemens 6 Series Beknopte Bedieningshandleiding
Continue gas
Verberg thumbnails
Zie ook voor 6 Series:
- Beknopte handleiding (34 pagina's) ,
- Beknopte bedieningshandleiding (78 pagina's) ,
- Beknopte bedieningshandleiding (82 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Veiligheidsaanwijzingen
2.4 Analyseapparaten in explosieve zones
Ongeschikt apparaat voor explosieve zones
Explosiegevaar.
• Gebruik uitsluitend uitrusting die is goedgekeurd voor gebruik in de beoogde explosieve
2.4.1
Overdrukbewaking
In geval van apparaten met het type ontstekingsbeveiliging overdrukbehuizing 'Ex px' bzw.
'Ex pz', dient u een passende spoeleenheid aan te sluiten. Deze spoeleenheid zorgt ervoor, dat
de overdruk betrouwbaar en de volumestroom bedrijfszeker (redundant) bewaakt wordt.
Als er een analysator van het 'Ex pz'-type ontstekingsbeveiliging gebruikt wordt, dan
dient u bij invoer van brandbare of ontsteekbare meetgassen een spoeleenheid in
onstekingsbeveiligingstype 'Ex px' toepassen.
2.4.2
Externe explosiebeveiliging
Overzicht
De externe explosiebeveiliging moet voorkomen dat ontsteekbare gasmengsels (gasdampen)
de behuizing binnendringen of aan het exterieur ontbranden. Daarom wordt het apparaat
gespoeld met onstekingsbeveiligingsgas en wordt daarnaast bij categorie-2-apparaten (Ex-zone
1) het bedieningspaneel via een intrinsiek beveiligd scheidingscomponent bediend.
2.4.2.1
Voorspoelfase
De voorspoelfase dient voor het verwijderen van eventueel aanwezige gassen, voordat het
apparaat ingeschakeld wordt. In deze tijd (5 min) wordt de behuizing met het vijfvoudige van
het eigen volume doorgespoeld.
2.4.2.2
Bedrijfsfase
Na afloop van de voorspoelfase volgt de bedrijfsfase; hierbij wordt bij de modus
• Ex px met"compensatie van lekkageverlies" alleen nog de hoeveelheid
ontstekingsbeveiligingsgas aangevoerd, die nodig is om in vergelijking met atmosfeer en
meetgas een overdruk van ten minste 50 Pa (aanbevolen 5 hPa) te behouden.
• Ex px resp. Ex pz met "continue doorspoeling" het ontstekingsbeveiligingsgas met een
doorstroom van ≥ 1 l/min door de behuizing geleid. Tegelijkertijd wordt er een overdruk
van ten minste 50 Pa (aanbevolen 5 hPa) ten opzichte van de atmosfeer opgebouwd.
16
WAARSCHUWING
zone en die van een overeenkomstige aanduiding is voorzien.
Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0
Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB
Advertenties
Inhoudsopgave
