Pagina 1
Inleiding Veiligheidsaanwijzingen Montage/installatie Veldapparatuur uit serie 6 Aansluiten Continue gasanalyse Beknopte bedrijfshandleiding Inbedrijfstelling in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Service en onderhoud Beknopte bedieningshandleiding Technische specificaties Buitenbedrijfstelling en verwijdering Bijlage OXYMAT 6F 7MB2011, 7MB2017 ULTRAMAT 6F 7MB2111, 7MB2112, 7MB2117 CALOMAT 6F 7MB2511, 7MB2517 CALOMAT 62F 7MB2531 04/2024...
Pagina 2
Als producten en componenten van derden worden gebruikt, moeten deze door Siemens aanbevolen of goedgekeurd zijn. Een onberispelijke en veilige werking van de producten veronderstelt een vakkundig transport, alsook een vakkundige opslag, opstelling, montage, installatie, inbedrijfstelling, bediening en een vakkundig onderhoud.
Inhoudsopgave Inleiding..............................7 Doel van deze documentatie ....................7 Productversies ........................7 Toepassingsgebied....................... 8 Algemeen ......................... 10 Waarschuwingen en aanwijzingen ..................10 Correct gebruik ........................10 Gekwalificeerd personeel ....................11 Aanwijzingen voor garantie....................11 Aanwijzingen bij de levering ....................11 1.10 Normen en voorschriften ....................
Pagina 4
Inhoudsopgave Montage/installatie ..........................25 Veiligheidsinformatie ......................25 3.1.1 Algemeen .......................... 25 3.1.2 Apparaten in explosieve zones ................... 25 3.1.2.1 Montageaanwijzing ......................26 3.1.2.2 Meer montageaanwijzingen voor apparaten van ontstekingsbeveiligingstypes Ex nR en Ex tc ..........................26 3.1.2.3 Afmetingen voor voorbereiding van installatie..............27 3.1.2.4 Aansluiting van de vlamblokkeringen .................
Pagina 5
Inhoudsopgave Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones ............60 6.2.1 Analysator ......................... 60 6.2.2 Ex px-beveiligingsinrichting....................61 6.2.3 Hulpapparatuur ......................... 61 6.2.4 Vervangingsonderdelen ..................... 61 Technische specificaties........................63 Algemene technische specificaties (alle analyseapparaten) ..........63 Technische specificaties ULTRAMAT 6F................64 Technische specificaties OXYMAT 6F ...................
Pagina 6
Inhoudsopgave Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Inleiding Doel van deze documentatie Deze handleiding is een samenvatting van de wezenlijke kenmerken, functies en veiligheidsinstructies en bevat alle informatie die nodig is voor veilig gebruik van het betreffende apparaat. Voor montage en inbedrijfsname moet u deze handleiding goed doorlezen! Om doelmatig gebruik te garanderen, moet u uzelf vertrouwd maken met de werking van het betreffende apparaat.
Inleiding 1.3 Toepassingsgebied Gegevens matrixcode Informatie afvalverwerking: niet bij het huishoudelijk afval doen! EC-compatibiliteitssymbool Naam en adres van de fabrikant Benaming van oorsprong Meetbereik(en) Serienummer Bestelnr. (MLFB-nummer) van het apparaat Naam van het apparaat Toepassingsgebied Aanwijzingen In deze bedieningshandleiding wordt ook de op basis van de EU-richtlijn 2014/34/EU (ATEX) voor toepassing in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst, toegestane veldapparatuur uit bouwserie 6 beschreven.
Pagina 9
Inleiding 1.3 Toepassingsgebied Certificaat Ex-beschermingsklasse Apparaat MLFB-nr. TÜV 01 ATEX 1697 X II 2/3 G Ex pz [ia Ga] op is T6 OXYMAT 6F 7MB201x-xxxxx-0xxx-ZE12 Tegen overdruk beveiligde behui‐ resp. T4 resp. T3 Gb/Gc 7MB201x-xxxxx-1xxx-ZE12 zing met continue doorspoeling ULTRAMAT 6F 7MB211x-xxxxx-0xxx-ZE12 voor zone 2 II 2/3 G Ex pz nR op is T6 resp.
Siemens aanbevolen dan wel toegelaten externe apparaten en componenten. Het in dit document beschreven product is ontwikkeld, geproduceerd, gecontroleerd en gedocumenteerd met inachtneming van de geldende veiligheidsnormen.
De inhoud van deze handleiding vormt geen onderdeel van een vroegere of bestaande overeenkomst, toezegging of een vroegere of bestaande rechtsverhouding en is ook niet bedoeld om deze te wijzigen. Alle verplichtingen van Siemens AG blijken uit het desbetreffende koopcontract dat ook de volledige en uitsluitend geldige garantieregeling bevat. Deze overeengekomen garantiebepalingen worden in de handleiding niet uitgebreid of ingeperkt.
Inleiding 1.11 Overeenstemming met de Europese richtlijnen Bij een gebruik van dit product buiten het geldigheidsgebied van deze normen en voorschriften moeten de geldende normen en voorschriften in het land van de exploitant in acht worden genomen. De ULTRAMAT 23 is conform CSA ingedeeld in de klassen C225206 en C225286 en conform CSA-accreditatie volgens ISO/IEC 17065 bij...
De producten en oplossingen van Siemens worden voortdurend verder ontwikkeld om ze nog veiliger te maken. Siemens raadt uitdrukkelijk aan om product-updates toe te passen zodra deze beschikbaar zijn en om altijd uitsluitend de actuele productversies te gebruiken. Het gebruik van verouderde of niet meer ondersteunde versies kan het risico op cyber- bedreigingen verhogen.
Veiligheidsaanwijzingen 2.3 Ondeskundige wijzigingen bij het apparaat Sym‐ Verklaring van de symbolen op het apparaat bool Gebruiksaanwijzing in acht nemen Waarschuwing voor hete oppervlakken Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning Ondeskundige wijzigingen bij het apparaat WAARSCHUWING Onjuiste veranderingen aan het apparaat Door veranderingen aan het apparaat kan er risico ontstaan voor personeel, het systeem en de omgeving, met name in explosieve zones.
Veiligheidsaanwijzingen 2.4 Analyseapparaten in explosieve zones WAARSCHUWING Gassen die een gezondheidsgevaar inhouden Door voor de gezondheid gevaarlijke (corrosieve, brandbare en/of giftige) gassen in het apparaat te brengen, kunnen gevaren ontstaan voor personeel, installatie en milieu. Indien het op grond van de meettaak van het apparaat noodzakelijk is, moeten de volgende maatregelen worden getroffen: •...
Veiligheidsaanwijzingen 2.4 Analyseapparaten in explosieve zones WAARSCHUWING Ongeschikt apparaat voor explosieve zones Explosiegevaar. • Gebruik uitsluitend uitrusting die is goedgekeurd voor gebruik in de beoogde explosieve zone en die van een overeenkomstige aanduiding is voorzien. 2.4.1 Overdrukbewaking In geval van apparaten met het type ontstekingsbeveiliging overdrukbehuizing 'Ex px' bzw. 'Ex pz', dient u een passende spoeleenheid aan te sluiten.
Veiligheidsaanwijzingen 2.4 Analyseapparaten in explosieve zones Als ontstekingsbeveiligingsgas moet, afhankelijk van de meetgassamenstelling, inert gas (bijv. stikstof) of lucht gebruik worden. Afvoer van ontstekingsbeveiligingsgassen in de Ex- zone is alleen toegestaan indien voorzien van een beveiliging tegen deeltjes of vonken. 2.4.3 Interne explosiebeveiliging De interne explosiebeveiliging heeft betrekking op het meetgaspad (Containment System (CS)) in de analysator en de ontstekingsbeveiliging van het procesgas.
Veiligheidsaanwijzingen 2.4 Analyseapparaten in explosieve zones Zie ook Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones (Pagina 68) 2.4.4.1 Apparaatsoorten Ex px met "compensatie van lekkageverlies" Het Containment System (meetgaspad in het apparaat) wordt beschouwd als adequaat, wanneer • de gasachtige meetstof niet brandbaar is, •...
Veiligheidsaanwijzingen 2.5 Meting van zuurstof in waterstof met Oxymat 6F de ontstekingsbeveiligde gassen werd daarom vastgesteld op 1 l/min; het overstijgt daarmee de maximale hoeveelheid meetgassen die vrijkomen meer dan 100-voudig. 2.4.4.3 Apparaatsoorten Ex nR met dampbeveiligde behuizing In apparaten met dampbeveiligde behuizing (beveiligingstype Ex nR) mogen alleen meetgassen ingevoerd worden, waarvan de samenstelling onder de laagste explosiegrens (UEG) ligt.
Veiligheidsaanwijzingen 2.5 Meting van zuurstof in waterstof met Oxymat 6F In het algemeen onderscheidt men bij het optreden van ontvlambare gasmengsels de volgende gevallen: • vaak of altijd ontvlambaar – meer dan 1000 uur/jaar • incidenteel ontvlambaar – 10 tot 1000 uur/jaar • zelden ontvlambaar – minder dan 10 uur/jaar GEVAAR Explosiegevaar! Meten van ontvlambare gasmengsels met OXYMAT 6...
Veiligheidsaanwijzingen 2.6 Meting van waterstof in zuurstof met Calomat 6F Meting van waterstof in zuurstof met Calomat 6F LET OP Ontplofbare gasmengsels Gasmengsels van waterstof H in zuurstof O zijn ontplofbaar over een groot gebied. Bij een omgevingsdruk van 1000 hPa en een omgevingstemperatuur van 20 °C ligt de onderste explosiegrens (LEL) bij...
Veiligheidsaanwijzingen 2.6 Meting van waterstof in zuurstof met Calomat 6F 2.6.1 Apparaatomgeving bij CALOMAT 6F CALOMAT 6F veldapparaat De behuizing van het veldapparaat moet doorgespoeld worden, zodat hierin bij een beperkt ontsnappen van meetgas geen verrijking kan plaatsvinden. 2.6.2 Afstelling Afstelling De CALOMAT 6 moet op 2 punten worden afgesteld of gekalibreerd: op het nulpunt bij 0 % H op het uitslagpunt (gevoeligheid) bij...
Veiligheidsaanwijzingen 2.6 Meting van waterstof in zuurstof met Calomat 6F 2.6.3 Grenswaarde Grenswaarde Om te waarborgen dat tijdens het meten de meetwaarden veilig onder de onderste explosiegrens (LEL) liggen, is een grenswaarde ingesteld die bij 1 % H ligt. Dit komt overeen met ca.
Pagina 24
Veiligheidsaanwijzingen 2.6 Meting van waterstof in zuurstof met Calomat 6F Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Montage/installatie Veiligheidsinformatie 3.1.1 Algemeen WAARSCHUWING Overschreden maximaal toegestane bedrijfsdruk Gevaar op persoonlijk letsel of vergiftiging. De maximaal toegestane bedrijfsdruk is afhankelijk van de apparaatversie, drukgrenswaarde en nominale temperatuur. Het apparaat kan worden beschadigd wanneer de bedrijfsdruk wordt overschreden. Er kunnen hete, toxische en corrosieve procesmedia vrijkomen. Garandeer dat de maximaal toegestane bedrijfsdruk van het apparaat niet wordt overschreden.
Montage/installatie 3.1 Veiligheidsinformatie WAARSCHUWING Potentieel explosieve omgeving Open, onderhoud of repareer het apparaat nooit in een zone die eventueel explosief kan zijn. 3.1.2.1 Montageaanwijzing Montage van het apparaat Installeer de explosiebeveiligde analysator en zo nodig de Ex pz-beveiligingsinrichting in een trillingsvrije ruimte. Bescherm het apparaat tegen directe zonnestraling. •...
Montage/installatie 3.1 Veiligheidsinformatie Gereedschappen Voor de inbouw van de vlamblokkeringen heeft u de volgende gereedschappen en hulpmiddelen nodig: • voor alle apparaten – Steeksleutel SW 21 • voor CALOMAT 62F – PTFE schroefdraadtape conform DIN EN 751-3 klasse F of klasse FRp Aansluiting bij OXYMAT 6F en CALOMAT 6F Ga voor de installatie van vlamblokkeringen als volgt te werk: 1.
Pagina 29
Montage/installatie 3.1 Veiligheidsinformatie 3. Monteer met geschikt gereedschap (steeksleutel SW 21) de vlamblokkering met adapter op de meetgasin- en -uitgang en draai met de steeksleutel stevig vast. ① Meetgasin- en -uitgang ② Vlamblokkering met adapter ③ Aansluiting voor meetgas 4. Als gasaansluitingen zijn de schroefaansluitingen van de vlamblokkering met een schroefdraad G1/4"...
Montage/installatie 3.2 Vereisten aan de inbouwlocatie 4. Monteer met geschikt gereedschap (steeksleutel SW 21) de vlamblokkering met adapter op de meetgasin- en -uitgang en draai met de steeksleutel stevig vast. ① Meetgasin- en -uitgang ② Vlamblokkering met adapter ③ Aansluiting voor meetgas 5.
Montage/installatie 3.2 Vereisten aan de inbouwlocatie LET OP Onjuiste montage Het apparaat kan worden beschadigd, vernield of het functioneren ervan kan worden beperkt door onjuiste montage. • Garandeer voor het plaatsen dat het apparaat niet zichtbaar beschadigd is. • Garandeer dat de procesverbindingen schoon zijn en dat er geschikte afdichtingen en schroefaansluitingen zijn gebruikt.
Brandbare Metingen van brandbare gassen zijn alleen mogelijk met een apparaat met leidingen en een extra spoelgasbe‐ gassen waking (bijv. Siemens Minipurge, artikelnummer 7MB8000-1AA). Ontvlamba‐ Metingen van permanent ontvlambare gassen/gasmengsels zijn niet toegestaan. Metingen van zelden of kort‐ re gassen stondig ontvlambare gassen/gasmengsels zijn alleen toegestaan met apparaten met leidingen die zijn voorzien...
Aansluiten Veiligheidsaanwijzingen 4.1.1 Wetten en richtlijnen Neem bij aansluiting, montage en bediening goed nota van de veiligheidsvoorschriften, richtlijnen en wetten die in uw land gelden. Deze omvatten bijvoorbeeld: • National Electrical Code (NEC - NFPA 70) (USA) • Canadian Electrical Code (CEC) (Canada) Andere richtlijnen voor gebruik in gevaarlijke zones zijn bijvoorbeeld: •...
Aansluiten 4.1 Veiligheidsaanwijzingen Opmerking Elektrische scheidingsinrichting conf. IEC 60947-1 en IEC 60947-3 Conform IEC 60947-1 "Norm laagspanningsschakelaars en overstroombeveiligingsinrichting" en IEC 60947-3 "Schakelaars, scheiders, smeltveiligheden" heeft u voor het apparaat een elektrische scheidingsinrichting nodig. Wij raden een normaal in de handel verkrijgbare installatieautomaat aan. 4.1.2 Apparaten in explosieve zones GEVAAR...
Pagina 35
Aansluiten 4.1 Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Geen equipotentiaalverbinding Explosiegevaar vanwege compensatie- of ontstekingsstromen door gebrek aan potentiaalvereffening. • Zorg voor de potentiaalvereffening van het apparaat. • De kabeldoorsnede van de potentiaalvereffeningskabel moet groter zijn dan of gelijk zijn aan de aansluitkabel van de elektronica. WAARSCHUWING Ongeschikte kabels, kabelschroefverbindingen en/of pluggen Explosiegevaar in explosieve zones.
Aansluiten 4.2 Aansluitingen van de veldapparatuur Aansluitingen van de veldapparatuur ULTRAMAT 6F CALOMAT 6F OXYMAT 6F 271,0 253,0 237,0 201,0 127,0 65,0 58,0 Afbeelding 4-1 Aansluitingen van de BR 6 veldapparatuur ULTRAMAT 6F, OXYMAT 6F en CALOMAT 6F Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Aansluiten 4.3 Elektrische verbindingen Afbeelding 4-2 Aansluitingen van het apparaat CALOMAT 62F Elektrische verbindingen Voor correct gebruik dient u op het volgende te letten: • Voorzie de systeeminstallatie van een netscheidingsinrichting. • Verbind de behuizing van de analysator met de potentiaalvereffening (zie ook de hierbij behorende bedieningshandleiding of het toestelhandboek) •...
Aansluiten 4.3 Elektrische verbindingen • Markeer alle intrinsiek beveiligde leidingen en installeer deze gescheiden van de niet intrinsiek beveiligde leidingen. Let hierbij op de vereiste minimale afstanden! • Sluit de net- en signaalleidingen aan volgens de aansluitingsschema's van de aan te sluiten apparatuur (zie bijbehorende bedieningshandleidingen of toestelhandboeken).
Aansluiten 4.3 Elektrische verbindingen • De aansluitingsverbindingen naar de relaisuitgangen, binaire ingangen en analoge uitgangen moeten worden geaard. • De analoge uitgangen zijn potentiaalvrij, maar hebben een normale negatieve pool. • Als maatregel om vonken bij de relaiscontacten (bijv. grenswaarderelais) te voorkomen, moeten er RC-elementen worden aangesloten zoals weergegeven in het onderstaande schema.
Aansluiten 4.4 Gasverbindingen beveiligingsgeleider hebben bij het potentiaal van de behuizing. U dient bij het aansluiten de volgende eisen na te leven: • Elke geleider moet een doorsnede hebben van ≥ 1 mm . U dient de fasegeleider aan te sluiten op de gemarkeerde positie in de stekker.
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones 4.5.1 Algemene gegevens voor aansluiting ① ④ Elektronicaonderdeel Meetgasingang ② ⑤ Aansluitblok voor elektrische aansluitin‐ Analysatoronderdeel ③ ⑥ Kabelschroefverbindingen Veerschroeven (ideaal: in totaal 8 voor beide helften van de behuizing) Afbeelding 4-4 ULTRAMAT 6F, open behuizing In alle veldapparaten bevindt zich in de linkerhelft van de behuizing een...
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones 4.5.2 Vlamblokkeringen aansluiten Montage van de vlamblokkeringen Incidenteel ontvlambare meetgassen mogen alleen in de gasanalysatoren Calomat 6F, Calomat 62F en Oxymat 6F worden geleid, als de in- en uitgang voor meetgas voorzien zijn van een vlamblokkering met adapter.
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones 4.5.3.2 Aansluitschema's Aansluitschema voor de Ex px-soort met "compensatie van lekkageverlies" Afbeelding 4-5 Aansluitschema voor de apparatuursoort Ex px met "compensatie van lekkageverlies" Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Pagina 44
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Aansluitschema voor de soort Ex px resp. Ex pz met "continue doorspoeling" Afbeelding 4-6 Aansluitschema voor de apparatuursoort Ex px resp. Ex pz met "continue doorspoeling" Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Pagina 45
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Klembezettingschema Afbeelding 4-7 Bezetting van klemmen op het hoofdpaneel van de veldapparatuur Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Afbeelding 4-8 Bezetting van klemmen AUTOCAL-paneel van de veldapparatuur 4.5.4 Aansluiting van meet- en ontstekingsbeveiligingsgas (spoelgas) Apparaten die in explosieve zones worden gebruikt, moeten worden gespoeld met lucht of inert gas. Het door de spoeling uitgedreven gas moet via een afgasleiding naar een milieuvriendelijke afvoer geleid worden.
Pagina 47
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Apparaten in verwarmde uitvoering moeten bij gebruik van agressieve gassen altijd gespoeld worden. Bevestig de analysator en Ex px-beveiligingsinrichting volgens uw afmetingenschets in paragraaf Aansluitschema's (Pagina 43) en verbind deze volgens montageschema's 4-2 of 4-3. De navolgende opmerkingen betreffen het gebruik van de door ons aanbevolen Ex px- beveiligingsinrichting volgens onze actuele catalogus AP01.
Pagina 48
Aansluiten 4.5 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones "compensatie van lekkageverlies") toegepast wordt. Het dempingsonderdeel (smoorspoel) moet dan zo nodig vóór de drukmeetplaats gemonteerd worden. Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling kan alleen correct uitgevoerd worden wanneer de gebruiker terdege kennis heeft genomen van de inhoud van de betreffende toestelhandboeken/ bedieningshandleidingen. Er moet vooral gelet worden op de hierin beschreven veiligheids- en waarschuwingsaanwijzingen. Het apparaat werd voorafgaand aan de levering geparametriseerd en afgesteld. Via menugestuurde functies kunnen echter vele parameters alsnog aan specifieke taakstellingen worden aangepast.
Inbedrijfstelling 5.1 Veiligheidsinstructies VOORZICHTIG Een lagere beschermingsklasse Schade aan het apparaat wanneer de behuizing open is of niet juist is gesloten. De beschermingsklasse die wordt vermeld op het apparatuurplaatje of in Hoofdstuk "Technische specificaties (Pagina 63)", is niet langer gegarandeerd. • Garandeer dat het apparaat stevig is afgesloten. WAARSCHUWING In bedrijf nemen en gebruiken met niet-verholpen fout Wanneer een foutmelding verschijnt, is de correcte werking in het proces niet langer...
Pagina 51
Inbedrijfstelling 5.1 Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING Het apparaat openen terwijl het is verbonden met de voeding Explosierisico in gevaarlijke zones • Open het apparaat uitsluitend terwijl het niet is verbonden met de voeding. • Voordat u het in bedrijf neemt, moet u controleren dat het deksel, de dekselsloten en de kabelinvoeren zijn vastgemaakt volgens de richtlijnen.
Inbedrijfstelling 5.2 Dichtheidscontrole van het Containment System 5.2.2 Aanbevolen testmodule ULTRAMAT 6F Pluggen Manometer (relatieve druk) Uitgang meetgaspad Drukregelaar Uitgang compensatiegaspad Blokkeringsventiel (lekkage <10 kPa*l/s Afbeelding 5-2 Testmodule voor dichtheidscontrole van het meetgaspad en het doorstroomde compensatiegaspad (gebroken lijn) van de ULTRAMAT 6F Installeer de testmodule als volgt: ①...
Inbedrijfstelling 5.3 Overige maatregelen voor apparaten in een omgeving waar ontploffingsgevaar heerst • de voordruk van het beschermgas instellen (dit moet vóór de drukregelaar 0,2 ... 0,4 MPa zijn); • de drukregelaar van de Ex px-beveiligingsinrichting op minstens 0,2 MPa instellen. Bij meting van brandbare gassen met beschermingsklasse Ex px "met compensatie van lekkageverlies"...
Inbedrijfstelling 5.3 Overige maatregelen voor apparaten in een omgeving waar ontploffingsgevaar heerst 5.3.3 Sleutelschakelaar Met een sleutelschakelaar (overbruggingsschakelaar), kan de Ex-beveiliging van de Ex p- beveiligingsinrichting gedeactiveerd worden (sleutel steekt in het slot). Hiermee kan de analysator ook zonder spoeling met ontstekingsbeveiligingsgas elektrisch geactiveerd worden, bijv.
• Voordat u het apparaat opent of wegneemt, moet u controleren dat er geen procesmedia kunnen vrijkomen. WAARSCHUWING Ontoelaatbare reparatie en onderhoud van het apparaat • Reparatie en onderhoud mag uitsluitend plaatsvinden door bevoegde Siemens werknemers. Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Service en onderhoud 6.1 Veiligheidsinstructies VOORZICHTIG Elektrostatische ontladingen De in dit apparaat ingebouwde elektronische componenten en modules kunnen door elektrostatische ontladingen vernietigd worden. Om deze reden moeten overal waar componenten en modules geproduceerd, gecontroleerd, getransporteerd en ingebouwd worden, uitgebreide maatregelen worden genomen om elektrostatische ontladingen te voorkomen, zoals bijv.
Pagina 59
Service en onderhoud 6.1 Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING Onjuiste aansluiting na onderhoudswerkzaamheden Explosiegevaar in explosieve zones. • Het analyseapparaat moet juist worden aangesloten na onderhoudswerkzaamheden. • Sluit het apparaat na onderhoudswerkzaamheden. VOORZICHTIG Hete onderdelen in het apparaat Temperaturen die onbeschermde huid kunnen verbranden, kunnen enige tijd aanwezig blijven nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld.
Service en onderhoud 6.2 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones WAARSCHUWING Onderhoud tijdens continu gebruik in explosieve zones Er bestaat explosiegevaar wanneer u reparaties of onderhoud aan het apparaat uitvoert in explosieve zones. • Maak het apparaat los van de voeding. - of - •...
6.2.2 Ex px-beveiligingsinrichting WAARSCHUWING Ontoelaatbare reparatie van het apparaat • Reparatie mag uitsluitend plaatsvinden door bevoegde Siemens werknemers. De diagnose en reparatie van storingen is beschreven in de gebruikershandleiding van de betreffende Ex px-beveiligingsinrichting. 6.2.3 Hulpapparatuur Onderhoud en reparatie van defecten aan de toebehorende apparatuur is beschreven in de betreffende gebruikershandleiding.
Pagina 62
Service en onderhoud 6.2 Analyseapparaten voor gebruik in explosieve zones Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Technische specificaties Algemene technische specificaties (alle analyseapparaten) Deze specificaties gelden tenzij anders vermeld in de technische specificaties voor de versie van het analyseapparaat. Behuizing Gebruikspositie van het analyseapparaat: Bedieningselement verticaal Beschermingsklasse IP65 conform EN 60529 Afmetingen 438 mm x 480 mm x 311 mm (b x d x h) Elektrische eigenschappen ...
Technische specificaties 7.3 Technische specificaties OXYMAT 6F Componenten in gaspad vochtig gemaakt met bemonsteringsgas Pijpen Titanium of edelstaal 1.4571 of Has‐ Titanium of edelstaal 1.4571 of telloy C22 Hastelloy C22 Voorbeeld kamer Titanium of edelstaal 1.4571 of Has‐ Titanium of edelstaal 1.4571 of •...
Technische specificaties 7.4 Technische specificaties CALOMAT 6F Componenten in gaspad vochtig gemaakt met bemonsteringsgas Standaardapparaten Veldapparatuur Veldapparatuur in explosieve zo‐ Gaspad gemaakt van Gasbus Edelstaal 1.4571 buizen Buis Voorbeeld kamer Edelstaal 1.4571 of tantaal Gaspad gemaakt van Gasbus Titanium of edelstaal 1.4571 of Has‐ Titanium of edelstaal 1.4571 of pijpen telloy C22...
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones Explosiebeveiliging Toewijzing overdrukbehuizing Ex px met compensatie van lekkageverlies Soort ontstekingsbe‐ • Overdrukbehuizing Ex px met compensatie van lekkageverlies: (apparaat‐ veiliging varianten 7MB251x-xxx0x-xAEx, 7MB253x-xxxx-xxEx, 7MB201x- xxx0x-2xxx of -3xxx en 7MB211x–xxxxx–2xAx of -3xAx) •...
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones Toewijzing dampbeveiligde behuizing nR Soort ontstekingsbevei‐ • Dampbeveiligde behuizing Ex nR: (apparaatvarianten 7MB251x-xxx0x- liging xABx, 7MB201x–xxx0x–0xxx- of -1xxx-Z+E11 en 7MB211x–xxxxx–0xAx- of -1xAx-Z+E11, 7MB253x–xxxxx–xxBx) temperatuurcategorie Apparaat Ex nR OXYMAT 6F, niet verhit OXYMAT 6F, verhit ULTRAMAT 6F CALOMAT 6F...
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones Elektrische aansluitgegevens Alle apparaten, alle ontstekingsbeveiligingstypen, indien niet anders ver‐ meld Seriële interface RS 485 PROFIBUS PA-interface (optioneel) naar keuze in ontstekingsbeveiligingstype instrinsiek beveiligde Ex ia IIC/IIB of (9-polige DSUB-stekker, pinnen 3, 7, 8) Ex ib IIC/IIB (niet voor CALOMAT 62F) alleen voor aansluiting aan een gecertificeerde, intrinsiek beveiligde stroomkring...
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones Pneumatische gegevens van ontstekingsbeveiligingsgassen Waarde Volume behuizing ca. 50 l Ontstekingsbeveiligingsgas • Inert gas (bijv. stikstof uit een drukgasfles) • Lucht uit een ex-vrije zone, voorwaarde: – olie- en stofvrijheid – deeltjesgrootte < 40 µm –...
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones • Relaiscontact voor uitschakeling van aanvullende hulpapparatuur (bijv. Ex-scheidingsrelais) • Aansluitmogelijkheid van een sleutelschakelaar met een intrinsiek beveiligde opvraagmogelijkheid • Alleen voor apparaatsoorten met "compensatie van lekkageverlies": Aansluitmogelijkheid van een sleutelschakelaar met een intrinsiek beveiligde opvraagmogelijkheid Drukverschilmonitoring Geldt alleen voor apparaatsoorten Ex p "met compensatie van lekkageverlies".
Pagina 74
Technische specificaties 7.6 Technische gegevens voor gebruik in explosieve zones Geldt voor alle apparaatvarianten. Scheidingsrelais Bestelnr. 7MB8000-4AB 7MB8000-4AA Spoelvoeding 110 V AC 240 V AC Contacten 8 maakcontacten 8 maakcontacten Aanwijzing: de relais moeten in een aparte Ex e-behuizing worden geïnstalleerd! Scheidingstransformator Bestelnr. 7MB8000-3AC Uitgangssignaal (beveiligingstechnisch) 25 V/99 mA/613 mW Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Buitenbedrijfstelling en verwijdering Het af te voeren apparaat is als elektronisch afval met het afvalcodenummer 160213 een ’gevaarlijke bestanddelen bevattend apparaat’. Daarom moet een plaatselijke afvalverwerker het apparaat correct en milieuvriendelijk af‐ voeren. Het mag in geen geval worden afgevoerd via het huishoudelijk afval! Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Pagina 76
Buitenbedrijfstelling en verwijdering Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...
Bijlage Technische ondersteuning/Service en Support Technische ondersteuning op internet vindt u hier: Services&Support (https:// support.industry.siemens.com/cs/gb/en/sc) Regionale Siemens-contactpersonen vindt u hier: Contactpersonen (https://w3.siemens.com/ aspa_app/) Overzicht afkortingen Tabel A-1 Afkorting/ Toelichting teken ATEX Atmosphère explosible (Frans voor explosieve atmosfeer) CALOMAT 6 C 62 CALOMAT 62 Communauté...
Pagina 78
SELV Safety Extra Low Voltage (Engels voor veilige extra lage spanning) SIPROM GA Siemens Process Maintenance for Gas Analyzers, Siemens Proces Onderhoud voor Gasanalysatoren TÜV Technischer Überwachungsverein, Duitse test-, controle- en certificeringsinstantie U 6...
Index Beoogd gebruik, 10 Veilige extra-lage spanning, 38 Veiligheidsaanwijzingen Onderhoud en service, 58 Veiligheidsinformatie Signaalverbindingen, 38 Certificaten, 33 Veranderingen correct gebruik, 14 onjuist, 14 Elektrische verbindingen Signaalverbindingen, 38 Voedingsaansluiting, 39 Wetten en richtlijnen Personeel, 33 Uit elkaar halen, 33 Garantie, 11 Gekwalificeerd personeel, 11 Gevaarlijke zone Wetten en richtlijnen, 33 Levering, 11 Overzicht afkortingen, 77 Plaatje, 7 Service, 77 Technische ondersteuning, 77 Testcertificaten, 33...
Pagina 80
Index Beknopte bedrijfshandleiding in overeenstemming met EN 61010-1 en EN 60079-0 Beknopte bedieningshandleiding, 04/2024, A5E45779389006-AB...