volgens het elektrische schema van het toestel. Raadpleeg hierbij ook het technischboek van de
ruimtethermostaat. Bij foute schakeling vervalt de fabrieksgarantie.
LET OP!:
– De maximale lengtes en diameters staan vermeld in de tabel [26].
– Afscherming van de kabel op het toestel aarden.
– Voor het aansluiten van meerdere toestellen zie [25] + [26].
3.2 K euze buskabel
De buskabel moet overeenkomstig de voor het land specifieke uitvoering worden uitgekozen,
waarbij de waarden moeten worden aangehouden die in de technische gegevens zijn opgenomen.
Buskabels met de overeenkomstige specificaties, die in de landen met een EIB-markt worden
aangeboden, zijn:
– YCYM
– EIB-specificatie
– J-Y(st)Y
– EIB-specificatie
– JH(st)H
– A-2Y(L)2Y of A-2YF(L)2Y Telefoongrondleiding, installatie in het
4.0 Inbedrijfstelling / buiten bedrijfstelling
4.1 Algemeen
Elk toestel wordt voor verpakken volledig op veiligheid en juiste werking getest. Hierbij worden o.a.
de gasdruk en CO
afgesteld. Controleer echter altijd de gasvoordruk. Nooit onoordeelkundig aan
2
regelschroeven draaien. Vergeet vooral niet de gebruiker te instrueren over het correct gebruik en
bedienen van het toestel en randapparatuur.
4.2 Controlewerkzaamheden
– Elektrische hoofdschakelaar uitschakelen.
– Ruimtethermostaat op minimum temperatuur instellen.
– Open de gasstop kraan, vervolgens de gasleidingen zorgvuldig ontluchten en controleren op
lekkage. In géén geval open vuur gebruiken! [27]
– Gasstopkraan sluiten.
– Controleer bij GSX of de schoepen in het luchtuitblaasraam in de openstand zijn geplaatst (min.
45º openen).
– Elektrische hoofdschakelaar inschakelen en de ruimtethermostaat op maximumtemperatuur
instellen. De branderautomaat zal na een voorspoeltijd een elektrische vlamboog geven, de
veiligheidsafsluiter van het gascombinatieblok zal openen. Aangezien de gasstopkraan gesloten is,
zal er geen vlam ontstaan. De branderautomaat gaat na 4 ontstekings pogingen van elk ongeveer 5
seconden in storing. Na een wachttijd van ca. 30 seconden kan de automaat ontgrendeld worden
waarna dezelfde cyclus kan worden herhaald.
– Open de gasstopkraan, het toestel zal nu in bedrijf komen.
– Controleer het vlambeeld van de hoofdbrander (duidelijke vlamkern, gelijkmatig branden).
– Controleer bij toestellen met externe ventilator of de maximale opwarming van 30K niet wordt
54
Vaste installatie
Droge, vochtige, natte ruimten
In de openlucht (geen direct zoninstraling)
Opbouw, inbouw, in leidingen
Vaste installatie
Alleen in binnenruimten
Opbouw, in leidingen
Halogeenvrije leidingen, installatie op afstand
buitengebied