De optimale luchtdruk is bereikt als het voertuig horizontaal
staat. De minimumluchtdruk moet zo groot zijn dat de lucht-
balg niet kan doorslaan. Bij een leeg voertuig bedraagt deze
waarde ca. 0,5 bar (a.u.b. afzonderlijk bepalen), bij een bela-
den voertuig al naargelang de belading duidelijk hoger.
De maximaal toelaatbare werkdruk van de installatie be-
draagt 4,0 bar.
Om beschadigingen van de luchtbalgen uit te sluiten, is het
belangrijk in het kader van onderhoudswerkzaamheden de
luchtbalgen te controleren op opeenhopingen van materiaal
en verontreinigingen en deze zo nodig te reinigen.
De volgende reinigingsmiddelen zijn toegestaan voor de
reiniging van luchtbalgen: zeepoplossing, methanol, etha-
nol en isopropylalcohol.
Chassis
03-6