7
Pomp opbergen
7.1
Opbergen
– Berg de pomp op in een droge, vorstvrije en goed
geventileerde ruimte.
– Laat de motor regelmatig warmdraaien, bv.
eenmaal per week. Indien dit niet mogelijk is,
moeten er extra voorzorgen worden getroffen:
•
Raadpleeg de handleiding van de motor.
•
Verwijder de batterij. Bewaar ze op een droge,
vorstvrije plaats. Houd de batterij proper en
zorg ervoor dat de klemmen met een laagje
vaseline bedekt zijn. Herlaad de batterij
regelmatig.
•
Reinig de pomp en bescherm ze tegen vocht.
•
Plaats zakjes silicagel, VCI-papier (vluchtige
corrosievertrager) of een andere droogmiddel
binnenin de machine en sluit de deuren.
•
Bevestig vellen VCI-papier met kleefband op
de carrosserie om alle openingen af te sluiten.
•
Omhul de pomp, met uitzondering van de
bodem, met een plastic zak.
7.2
Opnieuw gebruiksklaar
maken na opberging
Verwijder de omhulling, het VCI-papier en de zakjes
silicagel en onderwerp de pomp aan een grondige
controle (doorloop de controlelijst in hoofdstuk
"Vóór het opstarten" op pagina 23) voordat u de pomp
opnieuw in gebruik neemt.
– Raadpleeg de handleiding van de motor.
– Vervang
het
brandstoffilter
brandstoftank. Ontlucht het brandstofsysteem.
– Plaats de batterij terug en sluit ze aan, indien
nodig na ze opnieuw opgeladen te hebben.
– Laat de pomp proefdraaien.
– Beweeg de as van de pomp handmatig om
eventuele verstoppingen te verwijderen.
- 62 -
en
vul
de