3
Installatie en aansluiting
3.1
Hijsen
Het hijsoog om de machine op te hijsen met een
hijstoestel is ingewerkt in de carrosserie en is vlot
bereikbaar langs de buitenkant. Aan beide zijden van
de uitsparingen in het dak zijn geleidingsstangen
voorzien.
Controleer de afmetingen en het gewicht op het
typeplaatje van de pomp voordat u de pomp ophijst,
zie hoofdstuk 10.5.
Wanneer u de machine opheft, moet u de takel zo
plaatsen dat de pomp, die horizontaal moet staan,
verticaal wordt opgeheven.
!
Hijs de machine nooit op met de
geleidingsstangen.
Houd het versnellen en vertragen
!
van de hefbeweging binnen veilige
grenzen (max. 2g).
Hijsen met een helikopter is niet
toegestaan.
Om de machine met een vorkheftruck te kunnen
optillen, zijn er in het onderstel rechthoekige sleuven
voor een vorkheftruck voorzien.
- 21 -
3.2
Installatie
3.2.1
Installatie binnen
Als de pomp binnen wordt opgesteld, plaatst u een
uitlaatpijp van een voldoende ruime diameter om de
uitlaatgassen naar buiten te voeren. Zorg voor
voldoende ventilatie en let erop dat de koellucht niet
opnieuw wordt aangezogen.
!
Neem voor meer informatie over een
binnen opgestelde installatie contact
op met Atlas Copco.
3.2.2
Installatie buiten
– Plaats de pomp op een horizontale, vlakke en
stabiele bodem. De pomp kan werken in een
hellende positie van hoogstens 15% (in beide
richtingen: voor/achter en links/rechts).
– De deuren van de pomp moeten gesloten blijven
om te voorkomen dat water en stof kunnen
binnendringen. Binnendringend stof verkort de
levensduur van de filters en kan de werking van
uw machine aantasten.
– Controleer dat de motoruitlaat niet naar personen
gericht is.
– Plaats de achterkant van de pomp bovenwinds,
weg van vervuilde luchtstromen en muren.
Vermijd dat uitlaatgas van de motor terug wordt
aangezogen. Dit veroorzaakt oververhitting en
tast het motorvermogen aan.