Hogedrukpomp
Olie vervangen:
Opvangbak voor ongeveer 1 liter olie
klaarstellen.
Olieaflaatschroef uitdraaien.
Olie in opvangbak aflaten.
Oude olie op milieuvriendelijke wijze ver-
wijderen of bij een geautoriseerde instan-
tie indienen.
Olieaflaatschroef indraaien.
Nieuwe olie langzaam tot de „MAX" mar-
kering aan de oliepeilstok vullen.
Instructie
Luchtbellen moeten kunnen ontsnappen.
Oliesoort en vulhoeveelheid zie Techni-
sche gegevens.
Vorstbescherming
Waarschuwing
Beschadigingsgevaar! Bevriezend water in
het apparaat kan onderdelen van het appa-
raat vernietigen.
Apparaat in de winter in een verwarmde
ruimte bewaren of leegmaken. Bij langduri-
ge stilstanden is het aanbevolen anti-
vriesmiddel door het apparaat te pompen.
Water aflaten
Watertoevoerslang en hogedrukslang
losschroeven.
Apparaat max. 1 minuuut laten draaien
tot de pomp en de leidingen leeg zijn.
Apparaat met antivriesmiddel spoelen
Instructie
Behandelingsvoorschriften van de fabrikant
van het antivriesmiddel in acht nemen.
Gebruikelijk antivriesmiddel door het ap-
paraat pompen.
Daardoor wordt ook een bepaalde corrosie-
bescherming bereikt.
Bandenluchtdruk controleren
Apparaat op een egaal oppervlak neer-
zetten.
Luchtdrukapparaat aansluiten op het
bandventiel.
Luchtdruk controleren en indien nodig
druk bijstellen.
De luchtdruk voor de voor- en achterban-
den moet ingesteld worden op max. 1,5
bar.
Hulp bij storingen
Kleinere storingen kunt u zelf oplossen met
behulp van het volgende overzicht.
Bij twijfel neemt u contact op met de bevoeg-
de klantenservice.
Letselgevaar
Vóór alle onderhoudswerkzaamheden scha-
kelt u het apparaat uit en trekt u de stekker
uit de wandcontactdoos.
Waarschuwing
Reparaties en werkzaamheden aan elektri-
sche componenten mogen alleen door be-
voegde medewerkers van de technische
dienst worden uitgevoerd.
Apparaat draait niet
– Geen netspanning
Controleren of de aangegeven spanning
op het typeplaatje overeenkomt met de
spanning van de stroombron.
Netaansluitkabel op beschadiging con-
troleren.
– Motor overbelast, motorbeveiligings-
schakelaar is geactiveerd
Apparaat uitschakelen.
Stroomkabel uittrekken.
Elektrische kast openen.
Motorbeveiligingsschakelaar opnieuw
inschakelen.
Elektrische kast sluiten.
Apparaat inschakelen.
59
Nederlands