10 Sluit het kaartslotpaneel door het vast te klikken.
OPMERKING:
Geleid geen kabels van kaarten over of achter de kaarten. Kabels die over de kaarten zijn geleid
kunnen er voor zorgen dat de computerbehuizing niet goed sluit of dat er schade aan de apparatuur ontstaat.
11 Sluit kabels aan die verbonden moeten zijn met de kaart.
Raadpleeg de kaartdocumentatie voor informatie over de kabelaansluitingen van de kaart.
OPMERKING:
Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op de netwerkaansluiting
of het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
12 Plaats de computerbehuizing terug (zie "De computerbehuizing terugplaatsen" op pagina 106),
sluit de computer en apparaten opnieuw op het lichtnet aan en zet ze vervolgens aan.
13 Installeer de benodigde stuurprogramma's voor de kaart zoals beschreven in de kaartdocumentatie.
1
slotarm
3
randconnector
2
PCI Express-kaart
4
kaartconnector
Onderdelen verwijderen en installeren
1
2
3
4
83