Lees altijd de veiligheidswaarschuwingen voordat u het appa-
raat gebruikt.
1. BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
A1. Deksel waterreservoir
A2. Waterreservoir
A3. Deurtje accessoires
A4. Stoomknop
A5. Stoompijpje
A6. Aan/uit-schakelaar
A7. Koffieuitloop
A8. Lekbakje
A9. Kwast
A10. Reinigingsnaald
A11. Stamper
A12. Ontkalker (alleen bepaalde modellen)
A13. Kleine kopjesplaat
A14. Filterhouder
A15. Filterzeef 2 kopjes
A16. Filterzeef 1 kopje
A17. Melkkan
A18. Doseerschepje
A19. Teststrookje waterhardheid
1.1 Bedieningspaneel
B1. Toets infusietemperatuur
B2. Waarschuwingslampje waterreservoir
B3. Waarschuwingslampje ontkalken
B4. Toets melktemperatuur
B5. Toets 2 x Espresso
B6. Toets Espresso
B7. Schuimregelknop
2. EERSTE GEBRUIK
•
Was alle accessoires, inclusief het waterreservoir (A2)
met warm water en zeep, en droog ze af. Het lekbakje, de
melkkan en de kleine kopjesplaat kunnen in de vaatwasser
gewassen worden.
•
Verwijder het waterreservoir door het naar boven weg te
trekken (afb 1).
•
Open de deksel van het waterreservoir (A1) en vul het re-
servoir (A2) met vers en schoon water; let op het niveau
MAX niet te overschrijden (afb 2).
•
Plaats het waterreservoir terug in de machine en druk het
enigszins aan om de ventielen op de bodem van de tank te
openen.
•
Sluit het apparaat aan op een stopcontact. Schakel de
machine in door middel van de Aan/uit-schakelaar (A6)
(afb. 3).
•
Het waarschuwingslampje waterreservoir (B2) knippert
en de toets
•
Druk op de toets
wordt automatisch gestopt. Maak het lekbakje leeg.
4
(B6) brandt.
(B6) (afb. 4). De afgifte start en
1
2
3