Elektrische aansluiting
5
Elektrische aansluiting
5.1
Elektrische veiligheid
Conform de geldende nationale regelgeving.
5.2
Aansluitspecificaties
5.2.1
Benodigd gereedschap
• Voor kabelwartels: gebruik passend gereedschap
• Voor borgklem: inbussleutel 3 mm
• Striptang
• Bij gebruik van soepele kabels: crimptang voor adereindhuls
• Voor verwijderen aders uit de klem: platte schroevendraaier ≤ 3 mm (0,12 in)
5.2.2
Voorschriften voor verbindingskabel
De door de klant geleverde aansluitkabels moeten aan de volgende specificaties voldoen.
Toegestaan temperatuurbereik
• De installatierichtlijnen die gelden in het land van toepassing moeten worden
aangehouden.
• De kabels moeten geschikt zijn voor de verwachte minimale en maximale temperaturen.
Signaalkabel
PROFINET met Ethernet-APL
Het type referentiekabel voor APL-segmenten is veldbuskabel type A, MAU type 1 en 3
(gespecificeerd in IEC 61158-2). Deze kabel voldoet aan de voorschriften voor
intrinsiekveilige toepassingen conform IEC TS 60079-47 en kan ook worden gebruikt in niet-
intrinsiekveilige toepassingen.
meer informatie is opgenomen in de Ethernet-APL Engineering Guideline
(https://www.ethernet-apl.org).
Kabeldiameter
• Kabelwartels meegeleverd:
M20 × 1,5 met kabel 6 ... 12 mm (0,24 ... 0,47 in)
• Insteekveerklemmen voor instrumentuitvoering zonder geïntegreerde
overspanningsbeveiliging: aderdiameters 0,5 ... 2,5 mm
• Schroefklemmen voor instrumentuitvoering met geïntegreerde overspanningsbeveiliging:
aderdiameters 0,2 ... 2,5 mm
14
2
(24 ... 14 AWG)
Flowmeter Proline 200 PROFINET met Ethernet-APL
2
(20 ... 14 AWG)
Endress+Hauser