Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
NL
- Haal de sensormodule uit de afvoer.
1. Houd de aan/uit-knop van de afstandsbediening gedurende 5 secon-
den ononderbroken ingedrukt.
Resultaat: de groene led begint te knipperen.
2. Draai de sensormodule ondersteboven.
Resultaat: De groene led brandt permanent en de pomp start.
3. Draai de sensormodule met de goede kant naar boven.
Resultaat: De nieuwe koppeling wordt opgeslagen.
Sluit de procedure af: als u gedurende 30 seconden niets doet, gaat de
led uit en keert het apparaat terug naar de gebruikersmodus.
VOER EEN KOPPELINGSTEST UIT: houd de sensormodule minstens 2
seconden ondersteboven en draai hem dan weer met de goede kant
naar boven.
Resultaat: de led brandt continu en de pomp start na een vertraging
van 2 seconden.
OPMERKING
- Als de module niet of niet lang genoeg wordt omgedraaid (stap 2), gaat
de groene led uit en wordt de nieuwe koppeling niet opgeslagen.
- De koppelingsprocedure kan zo vaak als gewenst worden herhaald.
3. INSTALLATIE
BELANGRIJK
Opmerking betreffende de draadloze communicatie:
Voor een optimale draadloze communicatie,
1. Alle mogelijk bronnen in de buurt verwijderen die radiogolven kunnen
verstoren. Bijvoorbeeld: metalen structuren, hifi-luidsprekers, de aanwe-
zigheid van isolatiemateriaal met aluminium, metalen inspectieluiken, ...
2. De afstandsbedieningbox in dezelfde ruimte als het afvoerputje instal-
leren.
De installatiestappen volgen zoals beschreven in de bijgevoegde hand-
leiding.
3.1 HET OPZETTEN VAN
• Het apparaat moet eenvoudig toegankelijk zijn voor inspectie en
onderhoud.
• Ingebruikname van de sensormodule:
◇ De module uit het afvoerputje verwijderen.
◇ De rode wig uit de sensormodule halen en de module weer in het
afvoerputje plaatsen.
• Om de nieuwste technische ontwikkelingen op het gebied van
akoestiek in dit apparaat te optimaliseren; is het belangrijk:
◇ de bak zo te plaatsen dat deze nergens in aanraking komt met de
wanden van het vertrek;
◇ de bak op een perfect platte ondergrond te plaatsen om de
werking van de trillingsdempers niet te verstoren;
◇ de afvoerleidingen op de juiste wijze aan te sluiten en ervoor te
zorgen dat de afstand tussen de bevestigingspunten niet meer dan
een meter bedraagt.
3.2 INSTALLATIE VAN DE AFSTANDSBEDIENINGBOX
BELANGRIJK
De afstandsbedieningbox in dezelfde ruimte als het afvoerputje instal-
leren.
GEVAAR
Onjuiste installatie van de afstandsbedieningbox.
Gevaar voor elektrische schokken.
Ö Respecteer een minimumafstand van 60 cm tussen de dou-
che en de afstandsbedieningbox.
Ö Het stopcontact voor de aansluiting van de afstandsbedie-
ningbox moet zich op een minimale afstand van 60 cm van de
douche bevinden.
Ö De douchewand moet elk risico op sproeien van de afstands-
bedieningbox voorkomen.
Zie het maatschema op blz. 2 om het afstandsbedieningbox aan de
muur te bevestigen.
3.3 HYDRAULISCHE AANSLUITING
AANZUIGLEIDING
1. Bevestig de aanzuigbuis met secondelijm aan het afvoerputje en zet
deze vast met de meegeleverde slangklem.
2. Controleer op lekken.
BELANGRIJK
Elke ingreep in verband met een verzegelingsprobleem geeft geen aan-
leiding tot een garantieclaim.
AFVOERLEIDING
BELANGRIJK
MELDING
Afvoer onder de pomp!
Gevaar voor overheveling.
Ö Installeer een membraanbeluchter (vacuümbreker) aan de
bovenkant van de afvoer (zie bijgevoegde folder).
3.4 ELEKTRISCHE INSTALLATIE
Sluit de pomp aan op de afstandsbedieningbox met behulp van de
meegeleverde snelconnectorkabel.
De afstandsbedieningbox aansluiten op het elektriciteitsnet.
4. INBEDRIJFSTELLING
Lijst met controlepunten voor de inbedrijfstelling:
1. De dop van het pompreservoir openen. De meegeleverde kartonnen
trechter gebruiken en de pomp vullen met 3 liter water om deze op
gang te brengen. Het afdichtingsschijfje en de dop zorgvuldig terug-
plaatsen.
2. 1 liter water in het afvoerputje gieten om de afvoer te testen.
3. Controleren of de afvoer correct functioneert: de motor start auto-
matisch het water wordt adequaat uit het afvoerputje gepompt.
4. Controleer de dichtheid van de aansluitingen met de douche aange-
sloten op de aanzuigpomp.
5. Stap 2-4 over meerdere cycli herhalen.
5. ONDERHOUD
Zie meegeleverde handleiding.
MELDING
De module tijdens het onderhoud, de reiniging of opslag
niet langdurig omkeren!
Hierdoor loopt de batterij leeg.
Ö De module moet in de positie opgeslagen worden waarin
deze zich bevindt in het afvoerputje.
REINIGING VAN DE FILTER
De verwijderbare filter van het afvoerputje dient dagelijks gereinigd
te worden.
1. Het deksel openen
2. De filter eruit halen en het vuil verwijderen dat zich in de filter heeft
opgehoopt
3. Het vuil in de vuilnisbak gooien.
MELDING
Het vuil niet in het afvoerputje gooien.
Risico op verstopping.
Ö Het vuil in een vuilnisbak gooien.
4. De filter in de gootsteen/wasbak wassen met water en afwasmiddel
en terug in het afvoerputje plaatsen.
REINIGING VAN HET AFVOERPUTJE
Het afvoerputje moet elke maand gereinigd worden.
1. Het deksel en de filter verwijderen.
2. Het afvoerputje schoonmaken met water en zeep.
CONTROLEREN/REINIGEN VAN DE SENSORMODULE
De sensormodule moet, naar gelang gebruik, elke maand gecontro-
leerd en gereinigd worden.
1. De sensormodule verwijderen door deze omhoog te trekken.
2. De sensormodule kort omkeren (5-10 seconden) en controleren of
de pomp start (het groen ledlampje van de afstandsbedieningbox gaat
branden).
3. Eventueel vuil verwijderen en in de vuilnisbak gooien (niet in de af-
voer).
4. In de gootsteen/wasbak met water en afwasmiddel reinigen.
5. De module terugplaatsen door deze in de afvoer te klikken.
30
In geval van horizontale afvoer na de
pomp (of een afvoer met zeer gering
hoogteverschil), dient een verticale buis
van ten minste 30 cm boven de pomp
geïnstalleerd worden om altijd druk uit
te oefenen op de terugslagklep waar-
door deze waterdicht wordt. Als de te-
rugslagklep niet waterdicht is, kan het
water in het afvoerputje teruglopen en
dus de pomp opnieuw laten starten.
Advertenties
Inhoudsopgave
