Bediening
4.5 Menu pH-SONDE SETUP (vervolg)
KALIBREREN (vervolg)
1 PUNT MANUEEL
Kalibratie met een bekende standaarden.
2 PUNT MANUEEL
Kalibratie met twee standaarden, beide met een bekende pH-waarde.
AANPASSEN TEMP
De aangegeven temperatuur met max. ±15 °C aanpassen.
DEFAULT SETUP
Zet het systeem op de oorspronkelijke fabrieksinstelling terug.
CONFIGUREREN
WIJZIG NAAM
Een naam met max. 10 posities ingeven. Willekeurige combinaties van symbolen en alfanumerieke tekens zijn
toegestaan.
KIES MEETCEL
De meeteenheden selecteren die weergegeven moeten worden.
SCHERMWEERGAVE
De resolutie selecteren (xx.xx pH of xx.x pH).
TEMP EENHEID
Een van de weergegeven opties (°C of °F) selecteren.
LOG SETUP
Ofwel SENSOR INTERV selecteren om het interval voor de sensorprotocollering in te stellen, of TEMP INTERVAL om
het interval voor de temperatuurprotocollering in te stellen.
AC FREQUENCY
Voor een optimale ruisonderdrukking de correcte netfrequentie (50 of 60 Hz) selecteren. De voorinstelling is 60 Hz.
GEMIDDELDE
De gemiddelde waarde via een instelbaar tijdinterval van 0-60 seconden selecteren.
TEMP.ELEMENT
Het type temperatuurelement uit de weergegeven opties selecteren.
KIES BUFFER
Het buffertype (standaard 4, 7, 10 of DIN 19267) uit de weergegeven opties selecteren.
PURE H20 COMP
Maakt de gebruikersgedefinieerde instelling van de elektrolyten mogelijk die in de toepassing gebruikt worden, zoals
bijvoorbeeld ammoniak of morfoline, zodat op de gemeten pH-waarde een temperatuurafhankelijke lineaire
steilheidfactor kan toegepast worden.
CAL DAGEN
Aantal dagen sinds de laatste kalibratie. Default melding na 60 dagen.
SENSOR DAGEN
Aantal dagen sinds de sensor in bedrijf is. Default melding na 365 dagen.
DEFAULT SETUP
Zet alle door de gebruiker instelbare opties naar de fabrieksinstellingen terug.
18