Onderhoud
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Na de eerste 2 bedrijfsuren
Na de eerste 10 bedrijfsuren
Na de eerste 20 bedrijfsuren
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 100 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren
Om de 800 bedrijfsuren
Om de 1000 bedrijfsuren
Om de 2000 bedrijfsuren
Maandelijks
Veiligheid bij onderhoud
•
Doe het volgende voordat u de machine
afstelt, schoonmaakt, verlaat of er
onderhoudswerkzaamheden aan verricht:
– Plaats het voertuig op een horizontaal
oppervlak.
– Schakel de aftakas uit.
– Zorg dat de tractie-eenheid in neutraal staat.
– Stel de parkeerrem van de tractie-eenheid in
werking.
– Zet de motor van de tractie-eenheid af en
verwijder het sleuteltje.
– Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot
stilstand zijn gekomen.
– Laat de onderdelen van de machine afkoelen
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
•
Verricht onderhoudswerkzaamheden uitsluitend
volgens de instructies in deze handleiding. Indien
belangrijke reparaties nodig zijn of hulp is vereist,
moet u contact opnemen met een erkende
Toro-dealer.
•
Zorg dat alle bevestigingen vastzitten zodat het
veilig is om met de machine te werken.
Onderhoudsprocedure
• De wielmoeren aandraaien.
• De wielmoeren aandraaien.
• De riemspanning van de rotorriem controleren en afstellen indien nodig.
• De aslagers van de ventilator smeren.
• De bandenspanning controleren.
• Hydraulische slangen en leidingen controleren
• Het peil van de hydraulische vloeistof controleren.
• De aandrijfas smeren.
• De wielmoeren aandraaien.
• Als u de aanbevolen hydraulische vloeistof niet gebruikt of het reservoir ooit hebt
gevuld met een andere vloeistof, moet u de hydraulische vloeistof verversen.
• Als u de aanbevolen hydraulische vloeistof niet gebruikt of het reservoir ooit hebt
gevuld met een andere vloeistof, moet u het hydraulische filter vervangen.
• Als u de aanbevolen hydraulische vloeistof gebruikt, moet u het hydraulische filter
vervangen.
• Als u de aanbevolen hydraulische vloeistof gebruikt, moet u de hydraulische
vloeistof verversen en het filter vervangen.
• De riemspanning van de rotorriem controleren en afstellen indien nodig.
•
Voer indien mogelijk geen onderhoudswerkzaam-
heden uit als de motor van de tractie-eenheid
draait. Blijf uit de buurt van bewegende onderde-
len.
•
De spanning van de riem niet controleren of
aanpassen terwijl de motor van de tractie-eenheid
loopt.
•
Haal voorzichtig de druk van onderdelen met
opgeslagen energie.
•
Ondersteun de machine met blokken als u ze
omhoogbrengt. Vertrouw niet op een hydraulisch
systeem om de machine te ondersteunen.
•
Zorg ervoor dat alle veiligheidsschermen zijn
bevestigd nadat u onderhoud hebt verricht aan de
machine of nadat u deze hebt afgesteld.
16