ASSISTENTIEDIENST
PEG PEREGO biedt een after-sales
assistentieservice, rechtstreeks of via een netwerk
van erkende assistentiecentra, voor eventuele
reparaties of vervangingen en de verkoop van
originele vervangingsonderdelen.
Om contact op te nemen met een
assistentiecentrum, ga naar onze site
http://www.pegperego.com
Bij ieder contact heeft u het serienummer van het
artikel nodig. Raadpleeg de laatste afbeelding in
deze handleiding om het serienummer te
achterhalen.
MONTAGE-INSTRUCTIES
LET OP
ALLEEN VOLWASSENEN MOGEN DE
MONTAGEWERKZAAMHEDEN UITVOEREN.
LET OP WANNEER U HET VOERTUIG UIT DE
VERPAKKING HAALT.
ALLE SCHROEVEN EN KLEINE ONDERDELEN
ZITTEN IN EEN ZAKJE IN DE VERPAKKING.
DE ACCU ZOU AL IN HET ARTIKEL KUNNEN
ZITTEN.
Gebruik het speelgoed niet als het beschadigd blijkt
nadat de verpakking geopend is, maar wendt u tot het
verkooppunt of bel het assistentiecentrum.
Let op kinderen die aanwezig zijn tijdens de montage,
want er bestaan risico's vanwege de kleine
onderdelen (gevaar voor inslikken) en de plastic
zakjes waarin ze zijn verpakt (gevaar voor
verstikking).
Voor de montage van het speelgoed heeft u een
rechte en een kruiskopschroevendraaier, een hamer
en een tang nodig.
MONTAGE
1 • Plaats de voorbumper en draai de vier schroeven
vast zoals op de afbeelding.
2 • Plaats de achterbumper.
3 • Draai de schroeven vast zoals op de afbeelding.
4 • Verbind de twee delen van het stuurwiel met
elkaar.
5 • Sluit het stuursysteem aan op het systeem van
het dashboard. LET OP: plaats de kabels terug in
hun zitting om te voorkomen dat ze worden plat
gedrukt.
6 • Steek het stuurwiel op de stang.
7 • Lijn de gaten in de stang en het stuurwiel uit met
elkaar. Draai schroef en moer vast: de moer
wordt in de zeshoekige opening bevestigd, de
schroef in de ronde opening.
8 • Plaats het windscherm zoals op de afbeelding.
9 • Draai de twee schroeven vast.
10 • Plaats de stoelhoes zoals op de afbeelding.
11 • Maak de voorste elastieken vast.
12 • Maak de andere twee elastieken vast.
13 • Positioneer de stoel. Zet hem vast met de
onderlegschijf en de knop.
14 • Verbind onderdeel A met onderdeel B;
15 • Steek het dwarsstuk van de roll-bar in de
verticale steunen en draai ze zodat ze in elkaar
passen.
16 • Zet de 2 platen vast in de zittingen onderaan de
rollbar, en houd hen op hun plaats. Zet het
samenstel vast aan de rollbar met de 2
meegeleverde schroeven (detail A)..
17 • Steek het uiteinde van de veiligheidsgordel in de
ruimte in het midden onder op de stoel, zoals op
de afbeelding.
18 • Breng het net aan door het eerst vast te
schroeven aan het chassis van de auto,
19 • en het vervolgens vast te maken aan de rollbar.
20 • Plaats de achteruitkijkspiegels in de richting die
wordt aangegeven door de pijl.
21 • Breng de stickers aan op beide zijden van het
frame (zie het stickervel). Druk de 2 opschriften
van kunststof vast.
22 • Duw de wieldoppen vast op de vier wielen.
23 • Duw de antenne in de hiervoor bestemde
opening op het rechter voorspatbord.
24/5•Open de motorkap. Verwijder de twee
schroeven van de namaakmotor. Til de
namaakmotor op.
Ga daarna als volgt te werk:
-Haal de accu uit de verpakking;
-draai de schroef van de accublokkering los;
-plaats de accu;
-blokkeer hem met de accublokkering.
26 • Steek de stekker B helemaal in de stekker A, tot
hij klikt.
27 • Duw de namaakmotor omlaag en schroef hem
vast. Sluit de motorkap en zet hem vast met de 2
haken. Het voertuig is gereed om te worden
gebruikt.
KENMERKEN EN GEBRUIK VAN HET
VOERTUIG
28 • Steunstang van de motorkap.
29 • Onder de koffer zitten vier verwijderbare
speelgoedgereedschappen. De koffer kan worden
weggehaald door de vier bevestigingen naar
achteren te trekken zodat ze loskomen.
30 • 1- START/STOP-knop: door hem in te drukken
gaat de knop branden en worden alle
voertuigfuncties geactiveerd (functie START).
Door hem nogmaals in te drukken, gaat de knop
uit en worden alle voertuigfuncties uitgeschakeld
(functie STOP).
2- FM RADIO:
A - USB-ingang
B - ingang SD CARD
C - AUX-ingang
D - keuzetoetsen. Door ze afzonderlijk in te
drukken, worden er nummers of radiofrequenties
geselecteerd. Door ze meerdere keren tegelijk in
te drukken, kan er worden geschakeld tussen de
modi zoals aangegeven op het display (USB, SD,
AUX).
E - volumeregelknoppen. Om de radio uit te
zetten, draai het volume helemaal omlaag, op het
display verschijnt de tekst "OFF". Om hem weer
aan te zetten, druk op de toets om het volume te
verhogen.
3- CLAXON: door de knop in te drukken wordt
de claxon geactiveerd
4- GASPEDAAL en ELEKTRISCHE REM: om te
remmen, haal de voet van het pedaal, de rem
schakelt automatisch in. Na circa 10 minuten van
inactiviteit gaat het voertuig naar de modus
stand-by (OFF). Als de knop START is
ingeschakeld, worden door het indrukken van het
pedaal alle voertuigfuncties weer geactiveerd.
5- LED-INDICATORS op het dashboard:
- MOTOR: een rode brandende led signaleert de
overbelasting van de motor. Laat het pedaal los.
Na 10 seconden is het voertuig klaar voor
gebruik.
- BATTERIJ: een knipperende oranje led geeft aan
dat de batterij bijna leeg is. Het voertuig schakelt
in deze conditie naar de modus "POWER
SAVING" (lage snelheid, zonder verlichting en
geluid).
Het lampje blijft branden als de batterij helemaal
leeg is. Het voertuig werkt niet meer en de
batterij moet worden opgeladen. Als de batterij
helemaal leeg is en het voertuig verplaatst moet
worden, kan de rem worden ontgrendeld door
het gaspedaal ingedrukt te houden, zodat het
mogelijk is het voertuig handmatig te verplaatsen.
31 • De veiligheidsgordels worden als volgt
losgemaakt: 1 de knop naar het midden duwen en
tegelijkertijd indrukken; 2 losmaken.
32 • SCHAKELPOOK: 1: eerste rijsnelheid. 2: tweede
rijsnelheid. R: achteruit
33 • TWEEDE SNELHEID: wanneer het rode plaatje in
de positie van de afbeelding is, rijdt het voertuig
alleen in de eerste snelheid en achteruit. Op het
plaatje is de tekening van de schildpad in de juiste
positie zichtbaar. Doe het volgende om de
tweede snelheid te gebruiken: draai de schroef
van het rode plaatje los
34 • haal het rode plaatje weg
35 • Draai het 180° tot de tekening van de haas in de
juiste positie komt; steek het plaatje in de
hiervoor bestemde opening.
36 • Draai de schroef weer vast. Door de schakelpook
naar achteren te verplaatsen, rijdt het voertuig
met de tweede snelheid.
37 • ACCESSOIRE: aanhanger, te bevestigen aan het
voertuig (apart verkrijgbaar).
DE ACCU VERVANGEN
LET OP: DE TEKENINGEN VAN DE ACCU'S
GELDEN SLECHTS BIJ BENADERING. UW ACCU
ZOU KUNNEN AFWIJKEN VAN HET AFGEBEELDE
MODEL. DIT IS NIET VAN INVLOED OP DE
GEÏLLUSTREERDE WERKWIJZEN VOOR HET
VERVANGEN EN OPLADEN.
38 • Open de motorkap. Haal de schroef van de
namaakmotor weg. Til de namaakmotor op.
39 • Schroef de accublokkering los en verwijder hem.
40 • Vervang de accu. Plaats de accublokkering terug
en schroef hem weer vast.
41 • Verbind de twee stekkers met elkaar.
42 • Plaats de namaakmotor terug en vastschroeven.
DE ACCU OPLADEN
LET OP: HET OPLADEN VAN DE ACCU'S EN ALLE
WERKZAAMHEDEN OP HET ELEKTRISCHE
SYSTEEM MOGEN UITSLUITEND WORDEN
VERRICHT DOOR VOLWASSENEN.
DE ACCU KAN OOK WORDEN OPGELADEN
ZONDER HEM UIT HET SPEELGOED TE HALEN.
43 • Maak de stekker A van het elektrische systeem
los van de stekker B van de accu door hem aan
de zijkant in te duwen.
44 • Steek de stekker van de accuoplader in een
normaal stopcontact volgens de meegeleverde
instructies. Verbind de stekker B met de stekker
C van de accuoplader.
45 • Haal de stekker van de accuoplader uit het
stopcontact wanneer het opladen voltooid is, en
maak daarna de stekker C los van de stekker B.
46 • Steek de stekker B zo ver mogelijk, tot hij klikt, in
de stekker A. Denk er na deze handelingen altijd
aan de namaakmotor te sluiten met de schroef.