Komfovent Domekt C6M Gebruikershandleiding pagina 56
Automatisering
Verberg thumbnails
Zie ook voor Domekt C6M:
- Gebruikershandleiding (56 pagina's) ,
- Installatiehandleiding (48 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
NL
Code
Melding
F6
Oververhitting
elektrische
verwarming
F7
Warmtewisselaar
defect
F8
IJsafzetting in de
warmtewisselaar
F9
Intern brandalarm
F10
Extern brandalarm
F11-F22
Temperatuursensor is
defect.
F23-F27
Regelmodule defect
F28
Storing
temperatuursensor
1
Enkel CF kasten.
56
Mogelijke oorzaak
1. Luchttoevoerdebiet is te laag bij
een hoge warmtevraag.
2. Storing elektrische voeding
tijdens bedrijf van de elektrische
verwarming. De verwarming kon
niet afkoelen.
3. Elektrische verwarming defect.
1. Warmtewiel draait niet (alleen bij
DOMEKT R apparaten).
2. Luchtomleidingsklep van de
tegenstroomwarmtewisselaar
werkt niet goed (alleen bij
DOMEKT CF units).
1. Vorstbescherming van de
warmtewisselaar werkt niet naar
behoren.
2. Vorstbescherming is
uitgeschakeld en de
buitenluchttemperatuur is lager
dan -4°C.
1
1. Interne luchttemperatuur is
hoger dan 50°C
2. Temperatuursensor is defect.
Een brandalarm werd ontvangen
van het brandbeveiligingssysteem
van het gebouw.
Temperatuursensor(s) defect of niet
aangesloten.
Storing regelmodule moederbord.
Geen signaal van
temperatuursensor in het
bedieningspaneel.
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
Wat de gebruiker moet doen
1. a. Controleer lucht lters en luchtkanalen.
1. b. Verlaag de gewenste temperatuur.
1. c. Verhoog het ventilatievoud.
2. Controleer of de unit is aangesloten op de
netspanning.
3. Neem contact op met een erkende
servicedienst.
Zodra de fout is verholpen, reset u de
thermische beveiliging van de thermostaat
voordat u de unit weer start. Zoek binnen
de kast naar een gele sticker met het woord
"Reset" die aangeeft waar de thermische
beveiliging zich bevindt. Afhankelijk van
het model kan de knop een zwarte ronde
dop hebben of is deze in de behuizing
van de verwarming geïntegreerd en via
een speciaal daartoe ontworpen opening
bereikbaar met behulp van een lang puntig
voorwerp (een potlood bijvoorbeeld).
1. Controleer op vreemde voorwerpen
of rommel dat ronddraaien van de
warmtewieltrommel verhindert.
Controleer of de warmtewielaandrijfriem
niet gescheurd is.
2. Neem contact op met een erkende
servicedienst.
1. Controleer de instellingen van de
vorstbescherming. Controleer of een
externe voorverwarming werkt, indien
toegepast.
2. Controleer instellingen vorstbescherming.
Indien een geïntegreerde externe
voorverwarming niet wordt toegepast
dan kunt u geen apparaat met een
tegenstroomwarmtewisselaar gebruiken
als de temperatuur buiten lager wordt
dan -4°C.
1. Lokaliseer de hittebron in de kanalen of
de unit.
2. Neem contact op met een erkende
servicedienst.
Zodra een brandalarm is gewist,
moet de unit worden gestart met het
bedieningspaneel, de computer of de
smartphone.
Neem contact op met een erkende
servicedienst.
Neem contact op met een erkende
servicedienst.
Controleer de bedrading en kabels van het
bedieningspaneel. Vervang indien nodig het
bedieningspaneel.
C6M_user manual_24-06
Advertenties
Inhoudsopgave
