Inhoudsopgave
Advertenties
7 • Afdrukken
BELANGRIJK! Verleng de levensduur van de printkop en voorkom schade aan de printkop door deze belangrijke aanwijzingen op te volgen:
• Druk af op de laagst mogelijke temperatuur van de printkop.
• Raak de onderkant van de printkop niet aan met vingers of scherpe voorwerpen.
• Zorg dat de labels schoon zijn.
• Zorg dat de labeloppervlakken glad zijn. Ruwe labels verkorten de levensduur van de printkop.
• Druk smal materiaal af met een smalle afdrukroller indien mogelijk.
• Een blootliggend printrolleroppervlak mag nooit gebruikt worden met een blootliggend printkopoppervlak. De roller moet altijd minstens
zo breed zijn als het labelmateriaal en het lint moet breder zijn dan de roller!
De printer is gereed voor gebruik wanneer alle aansluitingen zijn gemaakt en wanneer de labels en eventueel het transferlint zijn geladen.
Kalibratie (Synchronisatie van media-aanvoer)
Als de labelrol volledig is geladen, de sensoren ingesteld zijn en het lint is geladen, moet de printersensor als volgt worden "gekalibreerd" op
het geïnstalleerde label:
1.
Laad lint en labelrol en stel sensoren in volgens de aanwijzingen in Hoofdstuk 6: Materiaal laden.
2.
Sluit de printmodule en het bedieningspaneel aan de voorzijde.
3.
Druk op de groene pijlknop (aanvoer) op het startscherm. De printer voert een aantal labels aan en stopt dan.
De printer heeft daarmee de sensor gekalibreerd zodat de afstanden tussen de geïnstalleerde labels goed kunnen worden gedetecteerd.
4.
Scheur de blanco labels af en gooi deze weg.
Als de printer niet correct kalibreert, moet de locatie van de sensoren worden aangepast aan op uw labelonderdelen zoals beschreven in
de instructies Laden van materiaal en sensoren. Kalibratie moet telkens wanneer een rol wordt geïnstalleerd worden uitgevoerd, of als
de printmodule is geopend en de positie van het labelmateriaal is verstoord.
Afdrukken in afscheurmodus
De labelprinter is voorzien van een scheurrand om de labelstrook met de hand af te scheuren na het afdrukken. Scheur de labels naar
boven af met de labelstrook dichtbij de voorkant van de printer voor een optimaal resultaat.
Afdrukken met automatisch snijden
(Alleen met auto-snijmodellen)
Het auto-snijmodel kan worden gebruikt bij standaard afdrukken of bij automatisch doorsnijden van labels aan het einde van de taak of
tussen labels door. De precieze snijpositie kan het best worden ingesteld in het stuurprogramma.
BELANGRIJK! De snijmodus moet in het stuurprogramma worden geactiveerd. Bij directe programmering naar de printer met behulp
van scripts, kan dit worden gedaan met de "C-opdracht" in de directe programmering (zie de Programmeerhandboek).
26
BradyPrinter i5100
Advertenties
Inhoudsopgave
