WLAN-internettoegangspunten
Selecteer
Menu
Bed. paneel
>
Verbinding
Bestemmingen
>
de instructies op het scherm. U kunt ook een van de groepen
met toegangspunten openen, een toegangspunt selecteren
waarvoor de aanduiding
vervolgens
Bewerken
selecteren.
Gebruik de instructies die u hebt ontvangen van uw
serviceprovider om de volgende opties te bewerken:
WLAN-netwerknaam
•
opgeven
of
Netw.namen
netwerk selecteert, worden
WLAN-beveiligingsmodus
instellingen van het toegangspuntapparaat.
Netwerkstatus
— Hiermee geeft u aan of de naam van
•
het netwerk wordt weergegeven.
WLAN-netwerkmodus
•
hocnetwerk wilt maken en apparaten rechtstreeks
gegevens moeten kunnen verzenden en ontvangen. Een
WLAN-toegangspunt is niet nodig. In een ad-hocnetwerk
moeten alle apparaten dezelfde WLAN-netwerknaam
gebruiken.
WLAN-beveiligingsmodus
•
coderingsmethode die u wilt gebruiken: WEP, 802.1x, of
WPA/WPA2
(802.1x en WPA/WPA2 zijn niet beschikbaar
voor ad hoc netwerken.) Als u
wordt er geen codering toegepast. U kunt de WEP-, 802.1x-
en WPA-functies alleen gebruiken als het netwerk dat
ondersteunt.
Toegangspunt gebruiken
•
bevestiging
om het apparaat zodanig in te stellen dat om
158
Instellingen
en
>
Toegangspunt
>
wordt weergegeven en
— Selecteer
Handmatig
zoeken. Als u een bestaand
WLAN-netwerkmodus
bepaald aan de hand van de
— Selecteer
Ad-hoc
als u een ad-
— Selecteer de
Open netwerk
selecteert,
— Selecteer
Na
bevestiging wordt gevraagd voordat de verbinding die
gebruikmaakt van dit toegangspunt tot stand wordt
gebracht, of selecteer
en volg
zodanig in te stellen dat automatisch verbinding met de
bestemming wordt gemaakt via dit toegangspunt.
Voer de instellingen voor de geselecteerde
beveiligingsmodus in en selecteer
beveiligingsinstell..
Geavanceerde WLAN-instellingen
Selecteer
Opties
de volgende opties:
IPv4-instellingen
en
•
het IP-adres van het subnet, de standaardgateway en de
IP-adressen van de primaire en secundaire DNS-servers in.
Neem voor deze adressen contact op met uw
internetprovider.
IPv6-instellingen
•
Ad-hoc kanaal
•
— Selecteer
kanaalnummer (1-11) wilt invoeren.
Proxyserveradres
•
in.
Proxypoortnummer
•
proxypoort in.
Instellingen voor packet-
gegevens (GPRS)
Selecteer
Menu
Verbinding
Automatisch
WLAN-
Geavanc. instellingen
>
— Voer het IP-adres van het apparaat,
— Definieer het type DNS-adres.
(uitsluitend voor ad-hocnetwerken)
Door gebr. gedef.
als u handmatig een
— Voer het adres van de proxyserver
— Voer het nummer van de
Bed. paneel
Instellingen
>
>
> Packet-ggvns.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
om het apparaat
en kies een van
en