Gebruik van de
glaskeramische kookplaat
De kookzones in- en uitschakelen
Voor het inschakelen van een kookzone drukt u de
bijbehorende knop rechtsom.
Om hem uit te schakelen draait u de knop linksom tot
aan "0".
Het aangaan van het controlelampje van de
ELEKTRISCHE KOOKPLATEN geeft aan dat minstens
één elektrische kookplaat aan is.
Bedieningsknoppen van de elektrische kookplaten
De fornuizen kunnen voorzien zijn van normale en
snelle elektrische platen in verschillende combinaties
(de snelle platen verschillen van de anderen door
de aanwezigheid van een rode stip in het midden).
Gebruik pannen met een platte bodem niet kleiner
dan de diameter van de kookplaat, zo vermijdt u
warmteverlies en eventuele schade aan de kookplaten.
De verhoudingen tussen de positie aangegeven op de
knoppen en het gebruik van de kookplaten dat wordt
aangeraden, zijn aangegeven in de tabel.
Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten
ongeveer 4 minuten lang op de maximale stand
worden gezet, zonder pannen erop te plaatsen.
Gedurende deze beginfase wordt de beschermlaag
hard en bereikt hij zijn maximale weerstand.
Controlelampje elektrische kookplaten
Dit blijft aan zolang er op de kookplaat een elektrisch
verwarmingselement aan is.
Programma Snelle of normale elektrische plaat
0
Dicht
1
Voor het bereiden van groenten en vis
2
Voor het bereiden van aardappelen (op stoom),
soep, erwten, bonen
Voor het langduriger koken van grote
3
hoeveelheden, groentensoep enz.
Voor het braden van braadstukken (medium gaar)
4
Voor het braden van braadstukken (goed gaar)
5
6
Voor bruin braden of snel aan de kook brengen
Praktische tips voor het gebruik van de kookplaat
• Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem
zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak;
• gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken zodat alle hitte wordt
benut;
• controleer dat de bodem van de pannen altijd goed
schoon en droog is: de pannen zullen zo optimaal
op het kookgedeelte aansluiten waardoor zowel
pannen als kookvlak langer mee zullen gaan;
• vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op
een gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van
gasbranders kan de bodem van pannen vervormen,
waardoor ze niet goed meer aansluiten;
• laat nooit een kookgedeelte zonder pan erop
aanstaan, het zou kapot kunnen gaan.
NL
33