5.11 Curven
Om te voorkomen dat u tot wel 30 verschillende doseer-en voersamenstellingscurven moet instellen, kunt
u een curve aan een ventiel toewijzen.
U kunt maximaal 6 verschillende groepen curven (met elk een afzonderlijke doseer-, voersamenstellings-
curve) programmeren.
De dagnummers in de groeicurve moeten opeenvolgend zijn (zie onderstaand voorbeeld).
Wanneer het dagnummer van het eerste knikpunt groter is dan 1, dan wordt tot aan het ingestelde
dagnummer op basis van de instelling van het eerste knikpunt geregeld.
Dosering
Wanneer uw installateur de doseercurven heeft geactiveerd, kunt u met programmeerbare curven de voer-
en/of waterhoeveelheid per dier automatisch mee laten groeien met de leeftijd van de dieren. In de
doseercurve geeft u voor ieder knikpunt het dagnummer en de bijbehorende voerhoeveelheid per dier per
dag (g/d) in. Voor iedere diergroep (of ventiel) kunt u een aparte doseercurve instellen.
Een curve bestaat uit maximaal 15 knikpunten. Het dagnummer ligt tussen de 1 en 999 en wordt
automatisch iedere nieuwe dag (Begin nieuwe dag) met 1 opgehoogd.
De totale doseerhoeveelheid wordt elke dag opnieuw berekend op basis van:
de curve-instellingen;
het actuele dagnummer;
het actuele aantal dieren in de stal.
Druk op
voor een grafische weergave van de curve. Door nog een keer op deze toets te drukken, keert
u ook weer terug naar de tabel weergave. Het actuele dagnummer wordt met een ● (punt) weergegeven.
PFV-94XX-G-NL02080
Voor een automatisch en geleidelijke aanpassing van de dosering,
voersamenstelling e.d. kunt u tot zes verschillende curven
programmeren. Een curve kan maximaal uit 15 knikpunten bestaan.
Afhankelijk van het actuele dagnummer wordt de actuele instelling
uit de curve bepaald. Op basis van deze berekende waarde regelt de
voercomputer de voerafgifte (de curven moeten dan wel aan staan).
Niet toegestaan
5. Voersysteem
21