Het beeld instellen
Optie
4:3 D. beeldversch.
* In deze modus is trapeziumcorrectie mogelijk.
• Als u het schermaspect wijzigt, worden eventuele instellingen voor trapeziumcorrectie
of digitale beeldverschuiving teruggesteld.
• Afhankelijk van het ingestelde schermaspect wordt [Automatisch] mogelijk automatisch
geselecteerd bij [Aspect].
■ Een aspectverhouding selecteren
Selecteer een type aspectverhouding op basis van het type ingangssignaal, de
aspectverhouding van het scherm en de resolutie.
Druk op de afstandsbediening op de ASPECT-knop om het type aspectverhouding
te wijzigen.*
Optie
Automatisch
16:10*
16:9
4:3
Zoom*
Selecteer dit als u een scherm gebruikt met een aspectverhouding
van 4:3.
Hoewel trapeziumcorrectie in deze modus niet beschikbaar is,
kunt u bij projectie recht vooruit het beeld naar links of rechts
verschuiven.
Een beeld wordt geprojecteerd met de aspectverhouding van het
ingangssignaal. Selecteer deze modus voor normale
beeldprojectie.
Het beeld wordt geprojecteerd met een ingangssignaal-
aspectverhouding van 16:10. Selecteer deze optie als u een beeld
met een aspectverhouding van 16:10 niet correct kunt projecteren
in de modus [Automatisch].
Het beeld wordt geprojecteerd met een ingangssignaal-
aspectverhouding van 16:9. Selecteer deze optie als u een beeld
met een aspectverhouding van 16:9 niet correct kunt projecteren
in de modus [Automatisch].
Het beeld wordt geprojecteerd met een ingangssignaal-
aspectverhouding van 4:3. Selecteer deze optie als u een beeld
met een aspectverhouding van 4:3 niet correct kunt projecteren in
de modus [Automatisch].
Hiermee wordt conform het schermaspect het bovenste/onderste
of linker/rechter deel van het beeld afgesneden en zoomt u in op
het midden van het beeld. Selecteer deze optie als u bij het
bekijken van videobeelden zwarte balken boven en onder in het
scherm ziet (brievenbus).
104
Functie
Functie