10.9 Aansluiten van de kamerthermostaat, eventuele buitenvoeler of boilersensor
Aansluiten van een kamerthermostaat
In de onderzijde van
het toestel zijn door-
voeropeningen voor
kabels aanwezig.
Verwijder de losneembare connector, aan
de rechterzijde van de elektrakast. Hiervoor
moet het voorpaneel worden verwijderd.
Deze aansluiting is een universele
kamerthermostaat aansluiting voor
zowel een OpenTherm- òf AAN/UIT-
kamerthermostaat.
Sluit de kamerthermostaat aan (max. 1 stuk).
Het maakt niet uit welke draad op 7 of 8 aan-
gesloten zit.
Figuur 10.13
Aansluiten van een buitenvoeler of extra kamerthermostaat
Verwijder het voorpaneel
• Draai de schroeven aan de onder-
zijde van het voorpaneel los.
(Het is niet nodig de schroeven
volledig te demonteren!)
• Trek het voorpaneel aan de onder-
zijde naar voren en til deze uit zijn
ophangpunten (bovenzijde).
Figuur 10.14
Figuur 10.15
1 - 2 MET DOORVERBINDING (Normaal warmwaterbedrijf)
Stromingssensor geactiveerd
GEEN DOORVERBINDING (Geen warmwaterbedrijf)
Stromingssensor uitgeschakeld
3 - 4 Optie: aansluiting van een buitenvoeler, zie uitleg hier-
naast bij 1). (NTC 10kOhm bij 25
5 - 6 Aansluiting voor één of meerdere extra AAN/UIT-kamer-
thermostaten. Zie uitleg hiernaast bij 2).
7 - 8 Universele kamerthermostaat aansluiting.
Sluit één OpenTherm- of één AAN/UIT-kamerthermostaat
aan. Een thermostaat met warmte versnelling (anticipatie-
stroom) werkt niet correct.
januari 2018
o
C)
BlueSense 3
/ BlueSense 4
32
Kamerthermostaat met anticipatiestroom
Op dit toestel kan geen AAN/UIT-kamerthermostaat
worden aangesloten met een warmteversnelling
(anticipatiestroom), bijv. de Honeywell T87F.
Toestellen spanningsloos
Zorg dat het toestel (en evt. andere OpenTherm-
apparaten) tijdens de montage is uitgeschakeld!
Anders bestaat de kans dat de thermostaat en
ketel niet goed functioneren.
Als er een OpenTherm-kamerthermostaat wordt aangeslo-
ten, vervallen soms sommige functies op het toestel en
dienen deze instellingen op de thermostaat evt. aangepast
te worden (Afhankelijk van het model kamerthermostaat).
Eventueel andere OpenTherm-apparaten altijd aansluiten
*
tussen de kamerthermostaat en de ketel.
Een ander OpenTherm-apparaat kan bijvoorbeeld een
zonneboiler of WTW-unit zijn. Zie voor meer informatie de
handleiding van het betreffende apparaat.
Controleer hierbij de correcte werking van de kamer-
thermostaat en het cv-toestel.
1) Aansluiten van een buitenvoeler (3-4)
Sluit de buitenvoeler aan bij gebruik van de WA-
regeling van het toestel of een WA-regeling van een
OpenTherm-kamerthermostaat.
Monteer de buitenvoeler op een buitenmuur, uit de
zon en op de noord- of noord-oostzijde van het huis,
min. 1 meter van de grond en niet beïnvloed door een
mogelijke warmte bron, zoals een ventilatie-opening
of een raam.
2) Aansluiten (extra) AAN-/UIT-kamerthermostaat
Op aansluiting 5 - 6 kan een (of meer) extra AAN/UIT-
schakelende thermostaat aangesloten worden.
Bijvoorbeeld een extra vorstthermostaat en/of een extra
kamerthermostaat.
Eisen / opmerkingen m.b.t. deze extra thermostaat:
• Er kan GEEN extra OpenTherm-thermostaat aan-
gesloten worden.
• Deze extra thermostaat dient een spanningsvrije
AAN/UIT-schakelende thermostaat te zijn.
• Een thermostaat met een warmteversnelling (anti-
cipatiestroom), bijv. de Honeywell T87F, werkt niet correct.
• Als er meerdere extra AAN/UIT-thermostaten aangesloten
worden, dienen deze parallel op aansluiting 5 - 6 aange-
sloten te worden.
• Er kunnen niet gelijktijdig meerdere zogenaamde
"Powerstealing"-thermostaten op de aansluiting 5 - 6
worden aangesloten.
/ BlueSense 5
32
32
21